woensdag 30 januari 2008

maakbare natuur - welke natuur?

Op veel plaatsen gaan de draglines (bestaan die nog?) het land in om het landschap terug te brengen in de oorspronkelijke natuurlijke staat. Rechte kanalen worden weer meanderende beken.
Zelfs in de Verenigde Staten, zo las ik in de wetenschapsbijlage van de NRC afgelopen week. Daar worden riviertjes weer hersteld in pre-koloniale staat. Althans dat dacht men, maar niets is minder waar.
Want voor de kolonisten kwamen, waren de huidige rechtgetrokken beken helemaal niet meanderend. Dat meanderende, zoals bij ons in de Geul en de Roer, is gekomen door het plaatsen van molens met hun schepraderen in het water. Toen die er nog niet waren, hadden zulke rivieren heel vaak niet 1 (hoofd)stroom, maar meerdere stromen, die hier en daar in elkaar vloeiden (op vlak land) en dan via verschillende stromen en poelen zich weer voortzetten op weg naar zee.

In Nederland of breder nog West Europa wist men dat al lang, zo blijkt uit het artikel. Zelfs de Romeinse invloed kun je nog terugvinden in de loop van rivieren. En heeft men zich al lang neergelegd bij het idee dat je de oorspronkelijke staat van de rivier niet herstelt, maar een historisch beeld van de rivier dat je nu blijkbaar aanstaat. Voor de Amerikanen is het nog even wennen blijkbaar.

dinsdag 29 januari 2008

dure orkesten: Baumol revisited

De orkesten willen er geld bij, anders vertrekken musici naar het buitenland. En zo wordt muziek steeds duurder. Dat komt door de wet van Baumol.

Die kwam vorige week ook even ter sprake toen we op het werk discussieerden over de vraag waarom de tarieven van de kapper jaar op jaar stijgen, terwijl de graanprijzen maar dalen (afgezien van het laatste jaar dan). En dat terwijl kappers zich makkelijk kunnen vestigen, je koopt een paar scharen en je kunt mensen thuis al knippen, concurrentie volop dus.

De reden is dat de productiviteitsstijging in de maakindustrie (en de landbouw) veel groter is dan in de dienstverlening. Combines, tractoren, vrachtauto's en andere machines worden steeds groter, maar het is moeilijk iemands haar steeds sneller met een steeds grotere schaar of tondeuse te knippen. En dat is precies het inzicht dat William Baumol eens formuleerde: het Concertgebouw kan Beethoven niet met twee violisten minder spelen en ook niet 10 minuten sneller (hoewel er forse verschillen zitten tussen dirigenten op dit punt).

En zo wordt de Mattheus Passion elk jaar duurder en moet er steeds meer geld bij. Gevolg is natuurlijk wel dat mensen op zoek gaan naar andere, goedkopere muziek: in mijn jeugdjaren hadden we geen compleet 19e eeuws symphonie-orkest meer nodig, maar genoeg aan een gitaargroep van vier (the Beatles en zo). Later werden dat singer-songwriters en tegenwoordig zijn het dj's met een laptop of een draaitafel die samplen. Kan er nog meer productiviteit uitgewrongen worden?

Overigens geldt de wet van Baumol, die dus zegt dat er in de dienstverlening geen of weinig productiviteit is en daardoor de prijzen en kosten sterk stijgen, niet in alle dienstverlening even sterk: computers hebben veel veranderd en wel degelijk productiviteitsstijging in de dienstverlening veroorzaakt, TV kun je tegenwoordig met kleine ploegen maken en radio zelfs thuis achter de PC.
En artsen beginnen met groepsdiagnoses, zo meldde het Nederlands Dagblad volgens BNR vandaag. Alle diabetispatentienten bij elkaar, dan hoef je het maar 1 keer uit te leggen, artsen vinden het afwisselend, en patienten nemen meer van elkaar aan (uit de praktijk) dan van de arts. Dat het productiviteitsverhogend is werd er niet bij gemeld, maar dat mag je verwachten.

Opvoeding
De wet van Baumol slaat ook toe bij de opvoeding van kinderen. Dat is een vorm van (interne) dienstverlening in gezinnen die echt duur is geworden - ook al lijken kinderen eerder volwassen. Zodat ouders zich er minder van permiteren dan vroeger, je ziet overal ter wereld dat het gemiddeld aantal kinderen terugloopt als mensen welvarender worden. Levens worden daardoor dus nog weer duurder en -zo stond afgelopen weekend in de NRC - dat leidt ertoe dat kinderen niet meer in de natuur buiten mogen ravotten. Het ontbreekt niet zozeer aan natuur maar ook de gevolgen van schade pakken duurder uit. En dat heeft een zelfversterkend effect, want kinderen worden banger opgevoed.

Ander gevolg: ze leren minder met elkaar samen spelen en -werken, met als gevolg dat we het nodig vinden in het middelbaar onderwijs veel samenwerking tussen deze bangere, alleenstaande kinderen aan te leren. En met name jongens staan daar op die leeftijd niet voor open. Zodat de feminisering doorzet. En uit een artikel over cultuur in Nederland en Oost-Europa in het Maandblad voor Accountancy van deze maand begrijp ik dat we volgens de beroemde maatstafen van Hofstede sr. al zo'n feminine cultuur hebben in dit land, waar andere landen veel meer macho en hierarchisch zijn.

Rampzalig allemaal? Kon wel eens meevallen - voorals nog is er internationaal veel te verdienen door feminien een beetje te schipperen met en tussen al die culturen.

Op de foto het Rivium kantorencomplex in Rdam/Capelle

maandag 28 januari 2008

boer zoekt vrouw

Boer zoekt vrouw haalt met 4,4 miljoen kijkers nieuwe records. Er wordt dan ook veel gespeculeerd over de oorzaak van het succes. Hans Beerekamp, tv recensist van de NRC rubriek Beeldenstorm zoekt het vanavond nu eens niet in de nostalgie maar in het feit dat veel Nederlanders het lastig vinden met emotie om te gaan. Dat effect wordt in deze serie uitvergroot in een omgeving van de gewone man en in een (agrarisch) milieu dat toch een connotatie heeft van moeilijk emoties tonen. Geen nostalgie dus, maar de referentie aan de streekroman waar emoties niet worden getoond.

Maandagochtend langzaam op gang

We werden vanochtend niet wakker van de wekker, maar van de vogels. Niet omdat het al voorjaar wordt, maar vanwege een stroomstoring - de polder zat twee uur zonder electriciteit. Nu komt dat wel vaker voor, gelukkig is er een boiler voor een korte douche, gas voor de thee, en kun je met een mobieltje de electriciteitsmaatschappij bellen, maar handig is het niet. Alsof je om 4 uur 's nachts in Honduras moet opstaan voor een excursie om de gifgroene boomkikker te spotten.
En daarna werkte de A12 ook al niet mee. Een ernstig ongeluk, totale blokkade en 17 km file meldde de autoradio toen ik probeerde het dorp uit te rijden. Thuis werken zonder elektriciteit werkt ook niet dus dan maar het eerstvolgende nummer: via de A13. Dat deden er meer dus ik deed twee uur over de 22 km.
Kortom er ontstaat forse schade als algemene voorzieningen het niet meer doen. Ik hoop dat de kosten daarvan goed in de modellen van de wegbeheerders en netbeheerders zit. Laatst zei iemand me dat dat bij de wegbeheerders niet meevalt: ze zijn nog immer verantwoordelijk voor de weg, niet voor de mobiliteit.
In de file kreeg ik de indruk dat niet alle verloren uren schade zijn: er wordt nagedacht (over deze blog en andere zaken), er wordt gebeld en als het echt stilstaat zelfs gelezen. En veel van de uren worden 's avonds gecompenseerd, zodat de kosten vooral worden afgewenteld op minder dure uren van mensen zelf. Dat inhalen van het werk op andere uren gebeurt niet alleen door onderzoekers. Zelfs loonwerkers halen tegenwoordig op zaterdagavond elf uur een kraan op zo merkte ik. Ik dacht nog even aan diefstal, maar het bleek tegenwoordig normaal. Hoezo 24-uurs economie.

zondag 27 januari 2008

innovaties in suiker

Als bietentelend lid en dus mede-eigenaar van Cosun, kreeg ik afgelopen week een brief van mijn suikercooperatie. Waarin wordt meegedeeld dat men de vestiging Groningen gaat sluiten, waarmee 30% van de Nederlandse verwerkingscapaciteit verdwijnt. Dat is een moedige stap, ingegeven door het besluit van de EU om de suikerproductie met een derde te reduceren.

Het besluit van de EU leidt tot een sterke margedaling in de keten - zo meldt de bestuursvoorzitter. De vraag bij economen (zoals ik), die soms gevraagd worden vooraf te rekenen aan het effect van Europese besluiten, is altijd weer hoe groot die marge-daling dan wel is. Minder groot dan men vooraf in de discussie vaak veronderstelt, zo bewijst voor mij ook weer deze gang van zaken.
We sluiten al heel lang suikerfabrieken en dus is het een logische stap er nu weer een dicht te doen - dat effect hadden we als economen wel al in de smiezen. Suiker Unie gaat ook langere campagnes draaien. Vroeger was de Kerst heilig, dan moest men klaar zijn, nu gaat men tot ver in januari door. Misschien dat de kans op vorst kleiner geworden is met het huidige klimaat, maar bovenal zijn de Kerstdagen goedkoper geworden. Een suikerfabriek leg je niet zomaar stil of start je weer met een contactsleuteltje op. En doordraaien met Kerst en Oud & nieuw kostte je heel veel dure overuren. Dus vandaar de oude wens om voor de Kerst de stekker uit de campagne te trekken. Maar wie nu door een moderne suikerfabriek loopt, ziet nauwelijks meer mensen - het is net een chemische procesindustrie met hier en daar iemand achter schakelpanelen en monitoren. Je hoeft dus minder mensen om te kopen om met de Kerst te werken, en het kapitaal wil je graag zo lang mogelijk inzetten.

Verder ziet Suiker Unie blijkbaar kans (zo lees ik) om bieten in het buitenland te laten verwerken, waar nog overcapaciteit in niet-gesloten fabrieken is. Als je bieten een keer geladen hebt en van Zeewolde naar Dinteloord rijdt, kun je ook wel doorrijden naar Tienen (B). Zoveel extra kost dat niet (de kosten zitten vooral in laden en lossen, niet in een uurtje doorrijden), dus daar hoef je geen fabriek voor open te houden.

Ook kan er surplussuiker (waarvan men minder verwacht nu door lagere prijzen ruim uitzaaien minder aantrekkelijk is) worden doorgeschoven naar volgend jaar (overigens moeten ook die bieten door de fabriek heen, dus dat argument moeten ze me nog maar eens uitleggen). En verder helpen hier de bio-brandstoffen, want als er wat teveel bieten zouden zijn dan kun je die beter tot gesubsidieerde brandstof vergisten dan er een fabriek voor openhouden. Aldus het pakket maatregelen dat Cosun aankondigt.

Veel van deze ontwikkelingen zouden vroeg of laat ook autonoom wel plaats gevonden hebben, ten slotte is Suiker Unie al sinds jaar en dag een van de meest efficiente en best renderende suikerfabrikanten (gezien de marge die ze ons telers uitbetalen) met goed management.

Toch is het opvallend dat de veranderingen in het beleid blijkbaar de prikkel zijn om weer een volgende rationalisatiestap te maken. Die sterke margedaling zal wel waar zijn, maar ik vermoed dat hij veel minder sterk is dan economen in hun modellen voorzichtigheidshalve aannemen als ze aangekondigd beleid doorrekenen.
Als je wel in die sterke margedaling gelooft, kun je overigens nu je quota alsnog inleveren. Nog te weinig mensen hebben dat gedaan (die houden het erop dat het wel meevalt blijkbaar), dus ga je gang, dan worden ze bij ons niet gekort.

zaterdag 26 januari 2008

Smithfield

Veel zakenmensen kijken begerig naar sectoren met hoge marges, veelal jonge bedrijfstakken waar veel geld te verdienen is. En gooien op Nokiaanse wijze het roer om. Maar er is ook een andere strategie: een oude bedrijfstak consolideren. Zoals in de vleessector bijvoorbeeld. Marges zijn er laag (het Amerikaanse Smithfield komt zelden boven de 3%) maar dat betekent ook dat er geen nieuwe toetreders tot de markt zijn. Net als bij boeren en tuinders.
Tot die conclusie kwam een artikel in The Economist van 2001, dat ik bij het opruimen van de studeerkamer tegenkwam - en na deze blog kan weggooien. Het artikel ging over Smithfield (wiens beurskoers sinds 1975 sterker is gestegen dan die van General Electric). Het bevatte nog een paar details die ik niet kende.
Allereerst is het juridisch wel een beursgenoteerde NV maar de facto toch een familiebedrijf. Aan het hoofd van de onderneming staat de derde generatie, Joseph Luter, die het bedrijf 'by remote control' runt uit een leunstoel met telefoon en een adresboekje (maar toendertijd zonder computer) vanuit een appartement in New York.
De grote innovatie van Smithfield was een Boeing 747 met 2000 Britse zeugen die in 1990 naar de States werden gevlogen. Geintrigeerd door de hogere varkensvleesconsumptie in Europa had Luter ontdekt dat de Amerikaanse varkens tweederangs waren.
Terzijde meldt het artikel ook nog dat de bedrijfstak niet zonder zorgen is omdat een varken twee a drie keer zoveel afval (mest) produceert als een mens.

The Economist 1.12.2001 "Bringing home the bacon"
De gevelsteen op de foto komt uit Dordrecht

vrijdag 25 januari 2008

Microtrends

Toekomstvoorspellers en andere koffiedikkijkers kunnen plezier hebben van een boek van Mark Penn: Microtrends. Hij heeft er 75 verzameld: verschijnselen waar je niet in beeld had, maar die een grote invloed op de wereld kunnen hebben als ze het begin zijn van een trend of transitie.
De voorbeelden zijn vaak (politiek) amerikaans, maar er zijn aardige bij: 3 miljoen amerikanen zitten meer dan 90 minuten in de auto naar hun werk, en dezelfde tijd ook weer terug (een markt voor in-car entertainment), er zijn meer huishoudingen met huisdieren zonder kinderen dan huishoudingen met kinderen (vandaar de petfood markt) en er zijn in de VS 10 mljoen latino's die protestant zijn (en Bush in het zadel geholpen hebben).
Door de wet van de long tail (lange staarten) die zegt dat via internet zulke groepen zich makkelijker organiseren en dat er ook producten voor hen profijtelijk via internet te vermarkten zijn, leidt dit tot het beeld dat de samenleving minder homogeen wordt.
Mark Penn spreekt van een microtrend zodra het een omvang heeft van 1% van de populatie. Dat doet me goed, want bij het LEI hanteren we ook al jaren die kritische grens om ergens gegevens over te verzamelen.

Link

Eerder deze maand besprak ik een rapportje in een blog over onmaakbaarheid. De eerste auteur Martijn Duineveld (http://www.martijnduineveld.nl/) was daarvan gecharmeerd en stelt graag de links beschikbaar naar de documenten. Ik geef ze even door, met dank en bij deze:

Duineveld, M., Beunen, R., Ark, R., van., Assche, K., van. & R. During The difference between knowing the path and walking the path. Over het terugkerend maakbaarheidsdenken in beleidsonderzoek. Wageningen: Wageningen Universiteit
http://www.martijnduineveld.nl/documenten/thepath.pdf

Duineveld, M., & Kuier, G. Tevens zal dit onderzoek een belangrijke bijdrage leveren aan… Over het politiek-maatschappelijke ‘nut’ van sociaal wetenschappelijk onderzoek Wageningen: Wageningen Universiteit

http://www.martijnduineveld.nl/documenten/Hetnutvanswo.pdf

donderdag 24 januari 2008

think global, eat local

De belangstelling voor locaal geproduceerd voedsel neemt toe. Niet alleen in Europa maar ook in de VS, zo begreep ik van de week van een directeur van een amerikaans food research institute. Daar is de trend versterkt door een schandaal rond verontreinigd voer voor huisdieren, zodat mensen zich ineens gingen beseffen wat er niet allemaal uit China komt.
Het verschijnsel roept een hoop vragen op. Zoals, wat is 'lokaal': het eigen dorp of made in Europe - over dat laatste praten we vanmiddag in Brussel. Of de vraag of het een modegril is, of een niche in de markt die blijft, of dat het de toekomstige standaard is.
Dat laatste lijkt me zeer onwaarschijnlijk, tenzij de energieprijzen de pan uitreizen en transport onbetaalbaar wordt. Maar om de ontwikkeling in te schatten zouden we meer moeten weten van de aankoopmotieven. Is het een anti-globaliseringsbeweging (men is tegen de huidige globalisering en reist ook niet), is het compensatie-gedrag (net zoals autorijders niet tegen auto's zijn maar best wat extra geld voor een Toyota Prius neerleggen uit milieuoverwegingen), zijn we rijker en associeren we wat duurdere lokale producten met kwaliteit, schatten we de voedselveiligheid van onder onze eigen wetgeving geproduceerde goederen hoger in, is het een milieuoverweging (als in food miles) of dierwelzijnsmotief (zoals bij kalfsvlees in Engeland waar men geen transport van levende dieren meer wil). Wie het al weet mag het zeggen...

woensdag 23 januari 2008

Egypte

We hadden vandaag op het werk een hoge delegatie uit Egypte op bezoek. Altijd weer boeiend om te discussieren over de verschillen en overeenkomsten tussen landen die dichtbevolkt in een delta gelegen zijn. Het viel me op hoe zeer deze mensen keken naar het Europese beleidsinstrumentarium om hun land verder op weg te helpen. Waaronder plattelandsontwikkeling, daar ging het vandaag over.
Of ik ook wel eens in Egypte geweest was - werd ik gevraagd. Ik kon niet nalaten uit te leggen dat ik bij mijn bezoek zeer onder de indruk was van hun historie maar na een paar uur in het Egyptisch museum in Cairo in de fout ging. Tegen de gids zei ik dat ik meende een vergelijkbaar beeld wel eens in het British Museum in Londen te hebben gezien. Het antwoord sprak boekdelen: sir, you mean the Egyptian Museum in London.

dinsdag 22 januari 2008

sms en olie

Nog even terugkomend op mijn blog van gisteren: er wordt in Europa ge-smst en in de VS niet (of veel minder) omdat locale telefoongesprekken in de VS zeer goedkoop of zelfs gratis zijn, en in Europa veel duurder. Dat verleidde tieners met een kleine beurs indertijd om net als in Azie het sms'en te leren om hun locale vriendjes te contacten. Die verklaring miste Robert Frank nog in zijn boek en hij liet me inmiddels per mail weten ingenomen te zijn met deze toelichting. Verder gewoon lezen dat boek.
Maar in deze tijd van beurscrisis en dalende koersen wilde ik het nog even hebben over de koers van olie. Die was onlangs even 100 dollar en dat leverde weer dat Joop-den-Uijl-gevoel op dat de wereld nooit meer zou worden zoals hij was. In de laatste editie van Shell Venster, het PR blad van Kon. Olie, laat CEO Jeroen van der Veer daarover zijn licht schijnen.
Hij houdt rekening met vertraagde vraaguitval, als consumenten zuiniger autos en schepen gaan kopen. En "in elk geval nemen wij voor onze investeringsbeslissingen een veel lagere olieprijs om te zien of de projecten ook dan nog rendabel zijn. Je kan die 'moeilijke olie' (golf van mexico, teerzanden) winstgevend produceren bij aanzienlijk lagere olieprijzen dan honderd dollar". Olie en granen: producten met veel vaste kosten en lange investeringscycli en dus ingebouwde garanties voor sterke prijsfluctuaties. Net aandelen - het verleden is de enige garantie voor de toekomst, what else. De wereld blijft zoals hij was want 'nieuwe economie' maak je maar zelden mee.

maandag 21 januari 2008

economic naturalist

Waarom zitten de knopen aan dameskleding links en bij heren rechts? Waarom krijg je in een cafe vaak gratis nootjes bij de borrel terwijl je voor het goedkopere kraanwater moet betalen?

Als je de economische antwoorden op dit type vragen wil weten, dan moet je het alleraardigste boekje "The Economic Naturalist" van Robert. H. Frank lezen. Frank is hoogleraar op Cornell (VS) en schreef eerder wetenschappelijke boeken met o.a. Ben Bernake (die bij de FED nu de beurskoersen en de economie tracht te redden). Hij heeft trouwens ook een ontwapenende website, met zijn publicaties en de brass band van zijn zoontje.

Ik verwees al eerder naar het boek met de kippentest, en in september las je hier een blog over opportunity costs met een link naar een leuke You Tube video over het boek. Frank zijn truc komt uit het leren aan de hand van verhalen (de narrative aanpak) waarbij hij zijn studenten eerst zelf vragen laat bedenken en dan het antwoord.

Zo heeft hij een mooie uitleg waarom het zin heeft obers een deel van hun geld via fooien te laten verdienen: daarmee wordt een deel van het personeelsmanagement overgeheveld van de restauranthouder naar de klant. Die kan veel beter beoordelen of de ober goed werk levert dan de baas en daar waar mensen vaker hetzelfde restaurant bezoeken is de fooi dus een efficient feed-back mechanisme.

Frank legt ook uit waarom consumenten in de VS (en elders) twee keer de wereldmarktprijs voor suiker betalen: dat is politieke economie. Omdat consumenten maar een fractie van hun inkomen aan suiker besteden, nemen weinig kiezers de moeite hier een issue van te maken en te gaan lobbyen bij hun volksvertegenwoordigers. Voor de suikerproducenten liggen de prikkels heel anders: die verdienen wel fors met lobbyen en kunnen dus wel wat transactiekosten opbrengen om zich te organiseren en argumenten te bedenken, studies te laten doen en congresleden te steunen. (op de foto een gevelsteen uit Dordt uit de suikertijd).

Altijd leuk blijft ook het experiment van Kahnemann en Tversky, de grondleggers van de gedragseconomie met veel psychologie. Ze lieten studenten aan een rad van aventuur draaien waarmee ze een willekeurig cijfer van 1 tot 100 kregen. Vervolgens moest de vraag beantwoord worden welk percentage van de Afrikaanse landen lid is van de VN. De meeste studenten hebben daar geen idee van en weten ook dat het toegekende willekeurige cijfer er niets mee te maken heeft. Toch antwoorden de studenten met een cijfer lager dan 10 een percentage van 25% van de landen, en de studenten met een willekeurig cijfer boven 65 hielden het op 45%. Onze hersenen laten ons soms aardig in de steek. Met weinig rationele effectenbeurzen als een van de gevolgen.

Lezen dus dit boek, als je van deze blog en dergelijke voorbeelden houdt. Alleen het voorbeeld over sms-en lijkt me incompleet, maar daar stuur ik Frank een mailtje over. En die knopen - dat komt uit de 17e eeuw toen de kopers van kleding tot de gegoede burgerij behoorden waarbij de mannen zichzelf aankleden en de vrouwen een bediende hadden (die ook liever de knopen rechts had) - na die tijd waren de switchkosten te hoog en bleef het zo. En de nootjes zijn complementaire producten (verhogen de bierconsumptie, daarom krijg je ook zoute pinda's) en het water is een substituut (dan koop je minder bier).

zondag 20 januari 2008

Cooperatieve aardappelbusiness Zevenhuizen ter ziele

Aan de geschiedenis van de cooperatieve aardappelbusiness in Zevenhuizen is een eind gekomen. Het was nooit een succes a la Aviko in Steenderen - integendeel. Naar verluidt bouwde de locale cooperatie Zevenhuizen begin jaren zeventig een grote aardappelbewaarschuur, met ambitieuse plannen voor meer. Rotterdam, de glastuinbouw en de natuur waren toen nog ver weg. Al in de jaren zeventig bleken de ambities te hoog gegrepen (het waren ook lastige aardappeljaren met extreme prijzen en extreem droge en natte weersomstandigheden in 1975 en 1976) en het onroerend goed kwam in handen van topcooperatie Cebeco-Handelsraad in Rotterdam. En via hen kwam het bij cooperatie Cavo Latuco, lid van die cooperatie.
Toen die cooperatie jaren geleden fuseerde met Agrifirm in Meppel was er blijkbaar al geen reden meer het naambord op de schuur aan te passen. Er werden nog een aantal jaren uien bewaard en op het voorterrein werd in de zomer nog wat graan ontvangen - wat wij als buren en ex-boerderijbewoners wel nostalgisch vonden. Mijn eerste betaalde vakantiebaantje was ooit in de graanontvangst.
Eind vorig jaar verkocht Agrifirm het pand aan een locale loonwerker, wat wel een klein beetje zal hebben bijgedragen aan de gerapporteerde winst van Agrifirm. En zo zijn wij ineens dagen druk een windsingel te rooien en nog wat planten te redden. Want waar het afwezige Agrifirm het onderhoud op de grens met plezier overliet aan de belanghebbende omwonenden, wil de nieuwe eigenaar natuurlijk elke duur betaalde vierkante meter in gebruik nemen. Gezien de hoogteverschillen tussen de percelen vraagt dat om creatieve oplossingen.
En natuurlijk kijken de omwonende burgers of hun informele eigendomsrechten van rust, stofvrij, stankvrij in tact blijven. Sommigen hadden liever de sloop gezien, met de bouw (hier of aan het dorp) van een bungalow. Maar voor die rood voor groen regeling was de oude opzet van de cooperatie Zevenhuizen weer niet ambitieus genoeg: je krijgt alleen een bouwvergunning voor duizend kuub schuur. Zeshonderd is dan te weinig, en waar vind je zo snel er nog eens vierhonderd en hoe verdeel je dan de buit?
Enfin, een loonwerkbedrijf past nog aardig in een landelijke omgeving en het blijkt dat we als buitenburgers ook in aanmerking komen voor een programma rond de aanplant van nieuwe boerenwindsingels. Hoe sympathiek.

zaterdag 19 januari 2008

bureaucratie in de natuur

De NRC van dit weekend spoorde een Friese weduwe op die bijna 50.000 euro dreigt mis te lopen omdat ze het natuurbeheer op haar land niet zelf uitvoert, maar door drie buurmannen moet laten doen (en zo eerlijk was dat terzijde te vertellen). Te idioot voor woorden.
Maar de NRC heeft wel gelijk, ik ken meer van die gevallen waar de wetgever een veel te eenvoudig beeld heeft van wat een boerenbedrijf tegenwoordig is. Of slecht taalgebruik en slecht denkwerk hand in hand gaan. Alsof je schoolboekengeld alleen uitkeert aan complete huisje-boompje-beesje-gezinnen en gemaksthalve maar even voorbijgaat aan een-oudergezinnen, laat staan dat je iets regelt voor een homo-echtpaar met kinderen.
Ik weet niet of dat komt omdat ambtenaren en politici een beeld uit de jaren zestig hebben van het gelukkige gezin op de boerderij (ook toen waren er trouwens weduwen), of dat de mythe van het gezinsbedrijf in stand gehouden moet worden, maar het leidt zoals de NRC terecht constateert tot zeer onbevredigende gevolgen.
En aan ons wetenschappers kan het dit keer niet liggen, want we schrijven al jaren papers waarin we uitleggen dat een bedrijf iets anders is dan een bedrijfsvestiging (inderdaad: sommige bedrijven hebben meerdere vestigingen) en dat een ondernemer meerdere bedrijven kan hebben, net zoals een bedrijf geleid kan worden door meerdere ondernemers. En de relatie tussen ondernemer en gezin of huishouding is even ingewikkeld en ook nog aan verandering onderhevig: mensen hebben nu eenmaal de behoefte samen te wonen, te trouwen en soms te scheiden - of ze overlijden.
Maar het is aan de wetgever blijkbaar slecht besteed, die doet niet alleen aan risico-analyse, maar ook aan extreme risico-mijding. Misschien moeten we van elk boerenbedrijf maar een B.V. maken, dan komt de boodschap misschien aan.
Enfin, het artikel ging over de bureaucratie in natuurbeheer, en dit is niet de enige ergenis. Ook het gedoe met kaarten en exacte oppervlaktegrenzen leidt tot rechtzaken en terugvordering van subsidies. Ook bij de EU Toeslagen is dat een gevreesd probleem dat tot veel extra kosten leidt, zo weet ik uit eigen ervaring. Dat dit niet kan worden opgelost met ICT (als je een tractor met een satelliet op een centimeter nauwkeurig kunt laten rijden) en een beetje (5%?) tolerantie bij de controle is voor mij ook onbegrijpelijk.
En tot slot zijn er de contracten met output sturing. Het artikel suggereert enigszins dat dit ook maar lastig is (bij 15 plantjes krijg je wel de biodiversiteitspremie, bij 14 niet), maar ik zou niets beters weten. Je kunt er moeilijk als ambtenaar het hele jaar bij staan om te zien of een ondernemer niet te veel kunstmest geeft en het lijkt me ook ondernemersrisico als je op minder geschikte gronden of vlak naast de snelweg toch grutto's wil huisvesten.
Maar bij tarwe betalen we voor 10.000 kg twee keer zoveel per ha als bij 5.000 kg. Waarom krijg je dan bij 15 plantjes wel je geld en bij 14 niet een 14/15e deel (of beter nog: bij elk extra plantje wat extra meer). Die contracten moeten dus beter, denk ik dan als krantenlezer.
Geen wonder dat boeren afhaken van natuurbeheer en dat het weer uitdraait op functiescheiding. Zou daar nog iemand belang bij hebben?

Latijn in Dordt


Sine Cerere et Libero friget Venus - schijnt een klassieke spreuk te zijn, maar ik kende hem niet; ook nooit Latijn gedaan. Het staat voor Zonder voedsel en wijn verkilt de liefde.
Ik kwam de spreuk deze week tegen bij een bezoek aan het Museum Simon van Gijn in Dordrecht. Dordt is voor automobilisten niet aan te raden, dus we maakten een tochtje met de waterbus van Krimpen. Dat alleen al levert een vakantiegevoel op en Dordrecht zelf lag er fraai bij. Het museum met zijn stijlkamers, Atlas en zolder met antiek speelgoed is een must.

vrijdag 18 januari 2008

lijstje: Afkortingen in de retail



Gisteren las ik de kranten in de trein naar Amsterdam. Veel over het plan van Minister Verburg om de veehouderij duurzamer te maken, met als teneur 'het idee is goed, hoe gaat u dat regelen'. En terecht aandacht voor de spanning tussen beter milieu en meer dierwelzijn. Dat moeten we beter leren afwegen, daar kunnen economen ook nog wat aan doen.
Het is altijd weer genoeglijk door het Groene Hart te sporen, dit keer op weg naar het Nieuwe Amsterdam (we zagen het KNSM eiland en de nieuwe bibliotheek) en de fraaie Afghanistan tentoonstelling in de Nieuwe Kerk.
Het meest interessant in de pers vond ik de Van Dale column in De Pers met een toelichting op de namen van retailketens die zijn voortgekomen uit afkortingen:

  1. HEMA: Hollandse Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam
  2. FEBO: Ferdinand Bolstraat
  3. EDAH: Ebbens, Damen, Auskes en Hettema (de oprichters)
  4. ETOS: Eenheid, Toeweiding, Overleg, Samenwerking
  5. SRV: Samen Rationeel Verkopen
  6. DE SPAR: Door Eendrachtig Samenwerken Profiteren Allen Regelmatig (als logo werd natuurlijk een spar gekozen, het "De" verviel in de loop der tijd in de meeste landen, maar in Italie is het nog steeds DE SPAR, en een spar is in Italie een Abete, dus een fraaie case voor hoe beeldmerken werken).

donderdag 17 januari 2008

Peters pagina

Voor een paar aardige blogs (op 15 en 16 januari) over de landbouw zie http://www.peterspagina.nl/

Lijstje: grote groene misverstanden

Het moeizaam voortmodderen van reconstructiecommissies kan ook nog wat moois voortbrengen. Zijn ergenis zette Arcadis medewerker Leo Lamers aan tot het publiceren van een erg goed boekje: Het grote groene misverstand - ontmaskering van een tunnelvisie op de landbouw en het landelijk gebied (afgelopen zomer verschenen bij Landwerk, ISBN9879077824047).
In gewoon Nederlands, zonder ook maar in een zin te verwijzen naar enige economische theorie (maar daar wel consistent mee), legt Lamers uit hoe het echt zit met de economie van het platteland. Goed verluchtigd met toepasselijke foto's, kaarten en kaders. Als je ook maar enigszins een greintje waarheid ziet in een van onderstaande misverstanden (die ik aan Het Grote Groene Misverstand ontleen), lees dan onmiddelijk dit boek:

  1. Dagelijks stoppen 10 boeren met hun bedrijf en daardoor neemt de landbouwproductie af, verloedert het platteland, verdwijnen de koeien uit het landschap en verpauperen de dorpen. Als we niet uitkijken zijn we voor ons voedsel straks afhankelijk van het buitenland.
  2. Landbouw verdwijnt uit Nederland
  3. Nu is het nog de steun aan de landbouw die helpt het landschap een beetje open te houden. Maar wie doet dat als de boeren wegtrekken? De landbouw heeft ook veel kapot gemaakt, het verdwijnen ervan schept ook nieuwe kansen (die is speciaal voor RPB Directeur Wim Derksen, die die uitspraak deed in 2005)
  4. Als landbouwprijzen blijven dalen, de grenzen opengaan voor Oost-Europa en er dagelijks tien boeren stoppen, dan moet het doek wel vallen voor de Nederlandse landbouw
  5. Zorgt de afname van het aantal landbouwbedrijven niet vanzelf voor afname van de milieuproblemen en zijn al die milieuregels voor de landbouw dus wel nodig? En zijn de resterende milieuproblemen niet gewoon op te lossen met technische maatregelen?
  6. Als zoveel landbouwbedrijven stoppen, komt er vanzelf meer ruimte voor natuur. Sterker nog: nieuwe natuurgebieden kunnen drager zijn voor de vrijgekomen landbouwgrond
  7. Doordat zoveel boeren stoppen, verloedert het landschap. De landbouw is immers de beheerder van het landschap.
  8. Al heel lang wordt de noodklok geluid over het landelijk gebied. Doordat er minder landbouwbedrijven komen, krimpt de economie van het landelijk gebied en dreigen openbaar vervoer, het postkantoor, de school en de laatste kruidenier uit de dorpen te verdwijnen.
  9. Als Nederland zoveel landbouwproducten exporteert lijkt onze voedselvoorziening vanzelfsprekend gegarandeerd te zijn.

woensdag 16 januari 2008

De kippentest

Waarom zijn bruine eieren in de winkel duurder dan witte, hoewel de smaak en voedingswaarde niet verschillen? Deze economische quizvraag stond afgelopen week hiernaast en twaalf lezers waren bereid daar over na te denken en wat aan te vinken. Hieronder het antwoord - dat blijkbaar geen zacht eitje was.

De helft van de deelnemers dacht meteen aan de markt: kopers hebben liever bruine dan witte, zijn dus bereid daar wat meer voor te betalen. En dus ligt de prijs wat hoger. Op zich een goede gedachte, maar op zijn best de halve waarheid. Want als dat het enige was, dan laten de pluimveehouders die witte eieren produceren geld op straat liggen. Door bij de volgende generatie kippen om te schakelen naar rassen die bruine in plaats van witte produceren zouden ze met dezelfde kosten meer kunnen verdienen - en dus zijn de prijzen in een evenwichtssituatie weer gelijk.
Maar dat antwoord is in ieder geval marktgerichter dan het voor de hand liggende antwoord dat je vroeger, zo stel ik me voor, standaard kreeg op de lagere landbouwschool: bruine eieren hebben een hogere kostprijs want ze komen van rassen die wat groter zijn, grotere kippen hebben wat meer voer nodig. Maar als dat de enige oorzaak zou zijn, en het consumenten niet uit zou maken, dan zouden er dus geen bruine eieren meer worden geproduceerd maar alleen witte.
En dus heeft een derde van de quizende lezers het goed: beide condities moeten vervuld zijn voor een evenwicht waarin bruine eieren wat duurder zijn dan witte.
En dan was er nog 1 lezer die denkt dat geen van beide een rol speelt, maar dat er een andere oorzaak is. Dat inzicht hoor ik hieronder graag. Het enige wat ik kan bedenken is dat bv. kosten in de supermarkt voor bruine eieren duurder zijn, omdat het volume lager zou kunnen zijn. Maar ik heb de indruk dat er juist meer bruine worden verkocht.
Het is een bekend voorbeeld uit de landbouweconomie om te leren denken in evenwichten, en het staat ook in Robert H. Frank's The Economist Naturalist, waarover komende dagen meer.

Lijstje: Europese Landbouwcommissarissen


In het jaar van 50 jaar GLB wordt het ook tijd voor een lijstje met de 10 landbouwcommissarissen, in volgorde van opkomst:




  1. Sicco Mansholt (NL) 1957 -1972

  2. Carlo Scarascia-Muqnozaa (IT) 1972-1973

  3. Pierre Lardinois (NL) 1973 -1977

  4. Finn Olav Gundelach (Dk) 1977- 1981

  5. Paul Dalsager (Dk) 1981 - 1985

  6. Frans Andriessen (NL) 1985 -1989

  7. Ray MacSharry (Ierland) 1989 -1993

  8. Rene Steichen (Lux) 1993-1995

  9. Franz Fischler (Oostenrijk) 1995 -2004

  10. Mariann Fischer Boel (Dk) 2004 -
Negen mannen en een vrouw, en alleen als je een forse hervorming voorstelt, haal je de geschiedenisboekjes. Wat dat betreft zou hervorming geinstitutionaliseerd moeten zijn.

En heeft iemand een theorie waarom de landbouwcommissaris meestal uit een klein land komt dat sterk op export is gericht (Nl, Dk, Ierland) ? Ik vermoed dat de politieke economie suggereert dat die landen het eerder accepteren als een belangrijke post (voor hun land), als ook dat de groten elkaar dit budgetair omvangrijke dossier niet gunnen. Wat gezien de exportpositie van die landen zou moeten inhouden dat ook een zekere liberale trend in het beleid is geinstitutionaliseerd. Ofwel het had nog erger gekund.

dinsdag 15 januari 2008

boer zoekt vrouw en Jamie kippetjes

Soms is het voor een simpel econoom lastig de massa-psychologie te bevatten. Maandagavond kreeg "boer zoekt vrouw" in het 8uur journaal meer aandacht dan "Sarkozy zoekt geen vrouw meer" - wat me voor de Europese politiek toch ook een rustgevende gedachte lijkt. En dat omdat er bijna 4 miljoen kijkers op de plattelandsromantiek hadden afgestemd, en het eredivisievoetbal in de kijkcijfers knock out geslagen was. Toegegeven, wat is voetbal nog in dit land. Bas Heijne mocht in de Amsterdamse grachtengordel uitleggen dat de doorsnee Randstadburger hunkert naar vredige beelden van de boerenkeukentafel, waar nog gezamenlijk de maaltijd wordt genoten, en een gewoon kuipje Bona op tafel staat. Gewone mensen over bijzondere emoties. En zo kwamen Sarko en Carla in de aftiteling van Philip Freriks terecht.

En vervolgens is er vandaag dan the naked chef Jamie die zichzelf, de Britten en You Tube kijkers aan het huilen krijgt door live kuikens te sexen en duidelijk zichtbaar de haantjes te vergassen. Met het commentaar dat bio en gangbaar hier geen verschil maakt. Celebreties zijn er om een onderwerp voor het grote publiek op de kaart te zetten. Overigens melden experts dat de consumptie er (nog) niet van weet.
En de NRC van vanavond meldt ook nog even dat het blad Boerderij shortlisted is voor een prijs vanwege de succesvolle en zeer moderne multimedia aanpak, met meer lifestyle naast de vakinformatie. Als voorbeeld voor de magazines voor de Randstad.
Hoe verwarrend allemaal, maar je kunt niet zeggen dat de landbouw saai is...

De stand still zijn de kuikentjes uit Our Daily Bread

Leontief en landbouweconomen

Economen wordt nog al eens verweten erg theoretisch bezig te zijn, met weinig oog voor de werkelijkheid. Een econoom is iemand die alles begrijpt van de prijs maar niets van de waarde.

De beroemde kwantitatief econoom Wassily Leontief sprak in 1970 de Amerikaanse vereniging van economen toe, o.a. over de doorgeschoten theoretische, wiskundige aanpak die niet altijd meer een duidelijk verband had met de praktijk.

Hij maakte een uitzondering voor de landbouw-economen, die hij ten voorbeeld hield aan de rest van de economen: "an exceptional example of a healthy balance between theoretical and empirical analysis and of the readiness of professional economists to cooperate with experts in the neighboring disciplines". Hij wees in dat verband op de uitgebreide agrarische statistiek, de samenwerking met de landbouwwetenschap en de andere social sciences en de snelle toepassing van geavanceerde wiskundige statistiek, niet als vervanger voor empirisch onderzoek maar als een aanvulling.

Mooi voor ons zelfbewustzijn - en nu maar hopen dat dit sinds 1970 zo gebleven is en niet het gevolg is dat in sommige uithoeken de wereld 20 jaar achterloopt.

Ontleend aan het presidential address van Otto C. Doering III voor de AAEA in Portland (foto), nu in druk in de AJAE.

maandag 14 januari 2008

wees er als de kippen bij

want hiernaast kun je nog 1 dag stemmen op de vraag waarom bruine eieren duurder zijn dan witte. Overmorgen de uitslag: komt het door de kostprijs, de vraag, of (geen van) beide?

supermarkt europa


Nog een paar dagen kun je in het stadhuis van Den Haag naar de gratis tentoonstelling "Supermarkt Europa". Middels 50 produkten in supermarktopstelling wordt het verhaal verteld van 50 jaar landbouwbeleid. Daarna vanaf 1 februari in het Vlaamse parlement te Brussel.


Van een collega kreeg ik het magazine van de tentoonstelling, en dat ziet er uitnodigend uit. Al die oude en nieuwe etiketten en producten. Gaat dat zien. Of download het magazine.

zondag 13 januari 2008

Nieuwjaarsrecepties en dalboeren

Het is de tijd van het jaar voor de Nieuwjaarsrecepties. Morgen hoop ik gehoor te geven aan de uitnodiging van mevrouw de Minister en gistermiddag bezochten we een nieuwjaarsbijeenkomst in Aarlanderveen of all places - van een B.V. uit de Cosunfamilie.
Wat die twee met elkaar verbindt (naast de onvermijdelijke bitterballen), is het issue van het westelijk weidegebied (daarin ligt Aarlanderveen). Het landschap lag er gistermiddag mooi bij, met draaiende molens. Maar voor de melkveehouderij is het landschap niet het gemakkelijkst, vergeleken met een bedrijf met grote percelen in Brabant of Bretagne. Dat heeft sommigen op het idee gebracht dat je ook een soort bergboerenregeling voor zo'n veenweidegebied in het leven zou moeten roepen. Een dalboerenregeling die natuurlijke handicaps in geld compenseert.
Ik was van de week nog even in Parijs bij de OECD (om over agrarische belastingen te praten) en aan het diner kwam deze ruimtelijke ordeningscase aan de orde omdat een van de disgenoten van OECD of LNV er mee geconfronteerd was.

Persoonlijk vind ik zo'n manier van kijken naar handicaps wel een erg technische invalshoek. Weliswaar is zo'n productie-omgeving voor melk ook economisch in het nadeel, maar de boeren hebben juist ook hier veel economische opties omdat de steden er veel dichter bij zijn dan in Bretagne. Dat zorgt voor mogelijkheden om streekproducten af te zetten (boeren kaas!), voor multifunctionele landbouw en andere werkgelegenheid. Prijsstijgingen van onroerend goed is er ook vaker aan de orde (onteigening). En onroerend goed dat in de landbouw niet meer nodig is, heeft vaak een aantrekkelijke andere bestemming. Oude schuren in Bretagne zakken in - mijn nieuwjaarsreceptie gisteren was in een tot feestzaal verbouwde oude boerderij. Hoezo handicaps?

Zweedse tomaten: waarom de groenteboer labelled

Bij de groenteboer (of in het AGF deel van de supermarkt) zie je dat de herkomst van de producten duidelijk wordt vermeld. Griekse druiven, sperciebonen uit Egypte. En dat gebeurde al voor de foodmiles een issue waren. In de Wasserbomben-crisis (zie de blog van gisteren) was dat de basis voor Duitse consumenten om te denken dat Spaanse tomaten lekkerder zijn dan de Nederlandse. Ook al konden de meeste van die consumenten in een blinde proeverij de Spaanse er niet uithalen.
De Zweedse onderzoekster Lena Ekelund heeft met haar collega's opnieuw aangetoond dat herkomstaanduiding wel degelijk het smaakoordeel kan beinvloeden. Ze kocht een willekeurige partij Zweedse tomaten en presenteerde die op 3 schaaltjes aan haar proefpanel. De bordjes werden (onterecht) gelabelled als Zweeds, Biologisch uit Zweden en Nederlands. En wat blijkt: de smaak van de Zweedse en de Biologische uit Zweden werd belangrijk hoger gewaardeerd dan de vermeend Nederlandse tomaten. Nederland scoorde op een laag-hoog schaal van 1 tot 5 een 2,5, de andere twee varianten een 3,6.

Ze herhaalde daarmee een onderzoek dat ze tien jaar geleden ook al deed en er bleek in die tien jaar tijd nauwelijks iets veranderd in de afstand tussen de varianten. Hoe dat mechanisme werkt blijkt uit haar artikel niet, ik vermoed dat de aanduiding allerlei beelden oproept bij de consument die de smaakbeoordeling beinvloeden.

Meelezende groenteboeren doen er dus verstandig aan die bordjes te blijven plaatsen, want dat verhoogt de consumentenwaardering. Nederlandse tomatentelers moeten wellicht de herkomt in de kleinst mogelijke letters op de verpakking zetten - in ieder geval in Zweden.
Lena Ekelund, Frederik Fernqvist and Helene Tjarnema: Consumer preferences for domestic and organically labelled vegetables in Sweden. In Food Economics, 4.4,2007

zaterdag 12 januari 2008

aardappelen veredelen

De Wasserbomben-crises, waarin de Duitse consument de Nederlandse tomaten links liet liggen omdat ze meer op vorm dan op smaak veredeld zouden zijn, zit blijkbaar nog diep is het collectieve geheugen gegraveerd. Het woord viel van de week weer op BNR-radio die uit de landelijke ochtendbladen het nieuws haalde dat de Duitse consument de Nederlandse aardappel links laat liggen ten faveure van de Franse. Want de Franse ziet er mooier uit. En zo werd Heero Gramsma zijn speech voor ons akkerbouwers dat we wat meer ambitie in kwaliteitsmanagement moeten tonen omdat dat ons geld kost, landelijk nieuws. Of dat nu de ambitie van de mij bekende Nedato directeur was, vraag ik me af.
Aardappelveredelaar prof. Evert Jacobsen zou er wellicht wel een oplossing voor weten. Hij pleit al geruime tijd voor meer ruimte voor veredeling met nieuwe technieken. 80% van de voordelen van de GMO transgene veredeling (genen van het ene ras inbouwen in het andere) is volgens hem ook binnen te roeien met het genetisch verbouwen binnen een ras, door hem met de term Cisgene aangeduid. Lijkt me een logisch verhaal.
Op zoek naar verdere argumenten stelt hij met WUR collega Niels Louwaars (beide heren kom ik tot mijn plezier af en toe tegen) in het WURblad Resource dat dankzij de lobbying van de Greenpeaces van deze wereld de kosten van zo'n veredelingsdossier zo duur worden dat het net als in de farmacie alleen voor de allergrootste 5 wereldwijde veredelaars is weggelegd. Daarmee suggererend dat dit opereren van multinationals op zich niet is wat we zouden moeten willen. En dat de NGO's voor die vermaledijde multinationals aan het werk zijn. Waarom dat vermaledijde blijft een beetje onduidelijk (gebrek aan concurrentie?) - in ieder geval zijn we binnen honderd jaar opgeschoven van de Friese schoolmeester die in zijn vrije tijd Bintje veredelde naar de Monsanto's van deze wereld.
De NGO's vinden de analyse niets en zeggen in een reactie in het artikel dat het alleen maar komt doordat bedrijven eigendomsrechten (patenten) kunnen hebben op nieuwe rassen. Een weldenkend institutioneel econoom zou hier opgemerkt hebben dat dit geen tegenstelling is, maar dat beide essentiele oorzaken zijn voor het huidige systeem met hoge kosten van een nieuw ras en concentratie in de handen van een paar grootondernemingen.
Bedrijven geven uberhaupt alleen geld uit aan veredeling als ze er iets aan kunnen verdienen. Zelfs als die investering maar laag zou zijn. Dus daarvoor is een (tijdelijk) eigendomsrecht nodig in de vorm van een patent of octrooi. En dus is het handig als de overheid zo'n systeem instelt, want dan is de innovatie hoger dan zonder zo'n systeem en daar profiteren ook anderen (zoals consumenten) van. Eigendomsrechten an sich zijn neutraal tussen grote en kleine ondernemingen.
Als de veredelingskosten zelf hoog zijn, of de procedures rond de goedkeuring van een ras duur zijn, dan kunnen alleen kapitaalkrachtige ondernemingen zich dat veroorloven - en dat is nu blijkbaar het geval. Overigens hangt dat ook erg van de kapitaalmarkt af. Als venture capitalisten (zoals in de ICT en de biotechnologie bij medicijnen) bereid zijn in te schatten welke producten in de pijplijn het gaan halen, kunnen ook kleine ondernemingen aan het spel mee doen. Sterker: daar hebben de groten belang bij, en die kopen die kleinere bij gebleken succes vaak op.
Al met al dus een leuke discussie, maar de ondernemingsvormen lijken me niet echt belangrijk. Het enige wat zou moeten tellen is of de kosten van het verkrijgen van goedkeuring voor een nieuw ras, met alle waarborgen van veldtesten, dure dossiers etc als ook de gemiste voordelen van het onterecht afkeuren of niet-veredelen van bepaalde rassen die er zonder die wetgeving nu wel waren (een opportunity cost), wel opwegen tegen de risico's die we lopen als een verkeerd (gevaarlijk) veredeld Cisgene gewas er per ongeluk doorheen slipt.
Afgelopen 10 jaar lijkt er niets doorheen geslipt, en de rest van de wereld werkt er meer mee. Misschien wordt het dus tijd dat we ook onze Nederlandse aardappeltelers en vooral ook aardappeleters een deel van dat voordeel niet meer ontzeggen.

donderdag 10 januari 2008

Stoom in de Haarlemmermeer

Afgelopen zaterdag had de NRC een leuk verhaal over het stoomgemaal de Cruquius, dat ooit de Haarlemmermeer leegmaalde; hieronder op foto uit de wiki. Twee zaken vielen me op in het verhaal.
Allereerst het feit hoe snel technologische ontwikkeling kan gaan als iets een keer doorbreekt. In dit geval geen ICT met zijn wet van Moore, maar stoom. In 1837 maakte men een plan met 79 windmolens. Toen tien jaar later de keus was gevallen op de bouw van een zeer innovatieve stoommachine, de grootste ter wereld, en men een bouwput aan het graven was, werden er geen 60 paarden a 3 gulden per dag gehuurd, maar een "stoomtuig van 10 paardenkrachten" zodat er op het werk 2000 gulden (geen gering bedrag in die tijd) kon worden bespaard. In 1849 was De Cruquius (genoemd naar een waterbouwkundige) klaar. De auteur van het artikel verbaast zich er met de kennis van de betuwelijn en de hsl over dat dit project wel binnen de begroting en op tijd klaar was, maar mogelijk dat de snelle technologische ontwikkeling hielp. Of zou men toch beter hebben kunnen plannen en managen?
Het tweede wat me opviel was dat de auteur de vraag opwerpt of er niet te veel eer naar de nederlandse waterbouwkundigen en bestuurders gaat bij ons oordeel over dit project. De bouwers en machinisten van de Cornish Engine kwamen uit Engeland en ze deden de facto ook het management van de bouw. De industrialisatie kwam uit Engeland en dat gold ook voor het symbool voor de hollandse industrialisatie. Globalisering hadden we toen ook al, en maakt dat succes vele vaderlanden heeft.

Meat the figures

Karel Knip besteedt in de NRC van vanavond aandacht aan de discussie over de cijfers in Meat the Truth, de film van Marianne Thieme waarin ze op Al_Gore-achtige wijze de vermeende omissie van de nobelprijswinnaar probeert te herstellen dat vooral de veehouderij veel bijdraagt aan de CO2 emissie.
In een blog van oktober (De landbouw verandert: met de OECD in het Kurhaus) meldde ik al dat de FAO had uitgerekend dat 18% van de CO2 emissie gerelateerd is aan het vlees op ons bord, en de recent uitgekomen film is op dat cijfer gebaseerd. MNP en LTO bestrijden dat cijfer, maar Karel Knip neemt het op voor de filmmaakster en de FAO, hoewel hij een vergelijking met de transportsector lastig acht omdat die ook andere broeikasgassen veroorzaken.

woensdag 9 januari 2008

Lijstje: Onmaakbaarheid

De wereld heeft last van de wet van de onbedoelde gevolgen (unintended consequences) en is daardoor in essentie onvoorspelbaar en zeker niet maakbaar. Die onbedoelde gevolgen komen voort uit.


  • onverwachtse meevallers als gevolg van een besluit (windfall, serendipity),
  • een onverwachtse bron van risico en problemen (de wet van Murphy: de boterham valt altijd met de met pindakaas besmeerde zijde op het vloerkleed) of
  • een negatief, ja zelfs pervers effect (auto's werden in New York binnengehaald als schoon antwoord op de milieuvervuiling door paarden).

Dat idee van de onbedoelde gevolgen gaat al terug op het Schotse verlichtingsdenken en is in de dertiger jaren door Robert Merton uitgebreid onder de aandacht gebracht. Hij sprak ook wel van de wet van unforeseen / unanticipated consequences en zag vijf achterliggende oorzaken, zo lees ik in de Wiki.

  1. onwetendheid

  2. foute analyse
  3. korte termijn gaat boven de lange termijn

  4. self-defeating prophecy (voorspelling haalt zichzelf onderuit omdat het tot actie aanzet)
  5. basis waarden en normen verhinderen bepaalde acties om gevolgen te voorkomen

Naar mijn bescheiden mening is alleen al vanwege deze wet van de onbedoelde gevolgen het vrij onzinnig te plannen hoe de komende 50 jaar de energievoorziening gaat veranderen (een transitie door gaat maken zoals dat in het jargon heet), althans als je daarmee een blauwdruk voor huidig handelen wilt leveren. Zo perfect is het systeemdenken ook weer niet. Dat wil niet zeggen dat een beetje toekomstverkenning zinloos is, in tegendeel.
In een pamflet dat toepasselijk is gestencild op de laatste werkende stencilmachine in Nederland (die natuurlijk in katholiek-socialistisch bolwerk Nijmegen staat), hebben enkele Wageningse auteurs zeer kritische noten bij het maakbaarheidsdenken gezet, in het bijzonder als het om transities gaat. Overigens niet vanwege de wet van de onbedoelde gevolgen. Auteurs komen uit de hoek van de planologie en vinden de ruimtelijke ordening niet zo planmatig te ordenen. Op basis ook van een Deense ervaring wijzen ze sterk op de rol van macht en van onderzoek in politieke en maatschappelijke processen - die met Foucault geclassificieerd worden als 'de voortzetting van oorlog met andere middelen'.

De auteurs wijzen erop dat er een heleboel problemen zijn die je niet met transitiearena's en sociaal leren, waarin iedereen tot dezelfde werkelijkheidsdefinitie moet komen, zijn op te lossen.
Dat is helemaal waar als je denkt dat die arena's tot ander gedrag leiden. Het is niet waar als je er zoveel mogelijk de onbedoelde effecten van een beleid bediscussieert, en dan gewoon die maatregel (bijvoorbeeld: handel in emissierechten ook in agrarische sector) neemt die er toe doet. Verder lijkt me dat er veel te weinig nagedacht wordt over instituties (belangengroepen rond wat economen 'rents' noemen) die zich vormen op basis van nieuw beleid en die dat beleid in stand houden of een bepaalde kant op trekken. Die instituties beinvloeden de machtsverhoudingen.

Kortom een interessant essay, waarvan ik tot slot de laatste zinnen deels citeer: "Door de huidige verwevenheid van bestuur, beleid en wetenschap (..) wordt kritiek gemarginaliseerd en de naiviteit van sommige toegepaste en strategische onderzoeken gestimuleerd. (..). Het is tijd voor verandering ..."

Martijn Duineveld, Raoul Beunen, Ronald van Ark, Kristof van Assche en Roel During: The difference between knowing the path and walking the path. Leerstoelgroep Sociaal-ruimtelijke analyse, Wageningen Universiteit. ISBN 978-90-8585-159-z


dinsdag 8 januari 2008

lijstje: 7 soorten gebruik van sociaalwetenschappelijk onderzoek

Veel wetenschappelijk onderzoek claimt tegenwoordig dat het maatschappelijke relevant is en beleidsmakers gebruiken met name sociaal wetenschappelijk onderzoek voor hun 'primaire proces' net zoals een boer niet zonder een bespuitingsadvies kan. Sommigen is dat 'buitenwetenschappelijk' gebruik een doorn in het oog. Martijn Duijneveld en Guido Kuijer schreven er het essay "Tevens zal dit onderzoek een belangrijke bijdrage leveren aan..." over. Daarin een lijstje met soorten gebruik van sociaal-wetenschappelijk onderzoek.


  1. voor de evaluatie van beleid

  2. ter democratisering van overheidsbeleid (zoals belevingsonderzoek dat mensenwensen in kaart brengt)

  3. ondersteunen en verbeteren van communicatiprocessen

  4. deconstructivistisch gebruik (onderzoek wordt ingezet om bepaalde beelden die er bestaan als onjuist te karakteriseren)

  5. problemen te signaleren, herformuleren of op de agenda te zetten

  6. als machtstrategie om groepen mensen te marginaliseren of te disciplineren

  7. om het denken en handelen van mensen te legitimeren (de uitkomst staat vast, het onderzoek moet het politieke standpunt legitimeren)

Kortom onderzoek kan wetenschappelijk in zijn opzet zijn, maar het doel is dat heel vaak niet en of dat doel bereikt wordt is de vraag die te weinig expliciet gemaakt wordt.

maandag 7 januari 2008

Kunstenaars en boeren

Boeren hebben structureel lage inkomens, maar het kan altijd nog erger: artiesten leven helemaal in een bijzondere economie. Hans Abbing promoveerde al een paar jaar geleden op “Why are artists poor? – the exceptional economy of the arts” (uitgegeven bij Amsterdam University Press), en in de kerstvakantie las ik het eindelijk uit. Een boeiend boek. Zijn analyse is dat de status van het vak artiest zo hoog is (zeker ook voor rijkelui’s kinderen), en dat de kans op succes zo wordt overschat, dat er veel te veel mensen voor dat vak kiezen. Kunstenaars leven vaak van neveninkomsten (ook van partners), subsidies en giften en die houden vooral het probleem in stand, of vergroten dat zelfs - subsidies treffen dus geen doel. Aldus Abbing. Hoewel boeren en kunstenaars weinig met elkaar hebben (er zijn uitzonderingen), zie ik in hun economisch systeem soms toch overeenkomsten.

De kilt fotografeerde ik in Oregon

wetenschapsbedrijf

In de laatste SPIL van vorig jaar publiceerde Johan Bouma een interessante bijdrage over wetenschap in het spanningsveld tussen politiek en samenleving. Hij signaleert dat de politiek kiest voor sturen op excellentie en op maatschappelijke consortia. Daartoe worden Communities of Practice aanbevolen.

Met veel van het artikel ben ik het eens. Maar bij een punt heb ik vraagtekens. Hij constateert dat de rol van wetenschappelijk directeuren in instituten steeds meer verschuift in de richting van financieel beheer en dat het leuker en beter zou zijn als ze zich meer met organisatie van o.a. die CoPs zouden bezig houden. Dat leuker betwijfel ik niet, maar of het die kant ook op zal gaan is te betwijfelen. Voor de pure wetenschappelijk directeuren misschien nog wel, mits ze een goede algemeen directeur en directeur bedrijfsvoering hebben die de zakelijke kant doen. Maar de trend is naar de vesterking van bedrijf in wetenschapsbedrijf. Net zoals de ontwikkelingshulp zakelijker is geworden door de Foundations van amerikaanse zakentycoons en de nadruk op competenties voor handel.

Ook omdat een steeds groter deel van de wetenschap steeds meer voor tenderende overheden en bedrijfsleven werkt. Dat vraagt m.i. om een bedrijfsmatige aanpak, waarin de sterren (de excellente wetenschappers) schitteren en de Joop van der Ende types op de organisatie en de centen letten.

Wie in de organisatie van de landbouwwetenschappen is geinteresseerd leze:
Johan Bouma: Wetenschap in het spanningsveld tussen politiek en samenleving. In: SPIL 2007/5

Online

KPN heeft vandaag netjes de verbindingen weer hersteld. Wat de helpdesk absoluut niet lukte, was voor de capabele monteur geen echt probleem. De oorzaak blijft een raadsel maar het toch al snelle ADSL is nu nog sneller.
Overigens was het wel even wennen, zonder internet. We blijken intussen toch veel dingen via het net te regelen of op te zoeken; het geeft ook een beetje een verweesd gevoel als je op het platteland ineens van de internetwereld afgesloten lijkt. Alsof je bij Schiphol het land verlaat, of vroeger bij het passeren van de grens met Belgie onbereikbaar werd.
We hervatten dus de blogs. En blijf aan de kippen hiernaast denken. Doe als in New Hampshire en vote.

zaterdag 5 januari 2008

Panne

Komende dagen mogelijk wat minder vaak een berichtje op de weblog want de internetverbinding bij me thuis ligt er uit. De KPN moet er aan te pas komen want na drie kwart jaar geeft het internetplusbellen het even op.
Overigens was het leuk om gisteren weer eens op het mediapark te zijn, in een Avro uitzending met Pia Dijkstra. Een jaar of tien geleden kwam ik er vanuit de HCC weleens bij de journaalredactie (waar de redacteur van het clubblad werkte) en zo te zien functioneren de grote redactiezalen nog als vanouds. Interessant om te zien met hoe weinig stress men zo'n uitzending lijkt te maken. En we hadden een leuk gesprek over stijgende graan en melkprijzen. Waar steeds meer beleggingsfondsen van denken dat ze door stijgen, maar je ook ontwikkelingen naar meer aanbod ziet - zo was mijn stelling.

Bedrijfsovername adviezen

De GIBOgroep stuurde mij een exemplaar van hun nieuwe boek "Als je bedrijf je leven is". Het is een zeer leesbaar boek voor iedereen die wel eens nadenkt of na zou moeten denken over een bedrijfsovername. Goed leesbaar, verluchtigd met bruikbare interviews en mooi vorm gegeven. Ook een heel compleet boek inclusief een hoofdstuk over bijvoorbeeld onderhandelen.
Opvallend vond ik twee dingen: het boek begint terecht met een hoofdstuk over "leven na het bedrijf". Niet alleen (denk ik) om de verkopers niet in een zwart gat te laten vallen, maar vooral omdat het proces zoveel makkelijker loopt als je als verkoper een (positief) beeld hebt van wat je wil doen na de verkoop van iets waar je lange tijd, zo niet je hele leven, hard voor gewerkt hebt. Loslaten is niet simpel.

Het tweede opvallende is dat het boek zowel voor de agarische sector is geschreven als voor het MKB. En hoewel er natuurlijk wat accentverschillen zijn (gezinsbedrijven in de landbouw worden vaak in de familiesfeer overgenomen omdat het voor een starter niet te betalen is), die ook in aparte hoofdstukken worden belicht, valt toch vooral op dat een zeer groot deel van de problematiek gelijk is; en daar waar dat niet zo is, is het wel eens leerzaam om over de MKB schutting te kijken.

Kortom: mkb en agrarisch beginnen ook op dit punt in elkaar over te lopen. Dankzij overname van kantoren en een relatief krimpende agrarische markt t.o.v. de mkb-markt komt zo'n overloop de accountantskantoren goed uit - anders hadden ze twee boeken moeten maken. Het beeld dat de boekhoudwereld soms wat conservatief is (ook niet verkeerd bij jaarrekeningen) kan hiermee ook weer worden bijgesteld: een innovatief boek.

Jan Breembroek, Anneke van der Heijden, Sylvester Schenk en Maarten Zemann: Als je bedrijf je leven is. ISBN 9789054391722 / Reed Business Information

donderdag 3 januari 2008

kippentest

In de linkerkolom vind je een quizvraag, zo je wilt een test van je economische kennis. Over bruine en witte eieren. Vote!

ruimtegebruik in het buitenland

Nederland is niet vol, de hele agglomoratie Londen zou nog makkelijk in het Groene Hart passen, zo las ik in een recent gestencild boekje uit Wageningen. De volheid is een belevingsprobleem, en veroorzaakt doordat de planologie uitgaat van functiescheiding.
Anderzijds ligt een groot deel van ons beslag op de ruimte in het buitenland. Niet dat dat erg is, want het zou economisch onzinning zijn alle hout dat we nodig hebben op dure grond binnen de landsgrenzen te telen. Dat kan goedkoper in Finland. Het MNP heeft het eind vorig jaar in "Nederland en een duurzame wereld" (overigens een uitgave waarvoor alleen al voor de dikke kaft het nodige hout geveld is) toch uitgerekend: we gebruiken 4 keer Nederland in het buitenland. En dat groeit naar vijf keer. Ongeveer 45% daarvan is nodig voor voeding, en 55% voor papier, karton en andere houtproducten.

De vraag naar ruimte voor voeding komt vooral uit vlees en zuivel, waar veevoer voor geteeld moet worden. Het rapport verwacht weinig van verminderde vleesconsumptie in de wereld, die groeit alleen maar. Terwijl voor een calorie rundvlees 80 keer zoveel land nodig is dan voor een calorie graan. Bij kipvlees is dat overigens maar 2,5 keer zoveel, dus de stijgende vraag naar snelklare kip is zo gek nog niet.

Overigens, zo denk ik, is er nog wel een voetnoot te zetten bij zulke vergelijkingen. Voor die kippen heb je in de huidige verhoudingen echte graanvelden nodig waar je met een combine op moet. Rundvee kun je heel goed extensief weiden op Alpenweides en andere lastig begaanbare terreinen. In geld rekenen is dus beter dan in calorien. En mogelijk is die 80 berekend doordat het nu o.a. om marginale Argentijnse pampa's gaat, terwijl er in de Veenkolonien een gunstiger verhouding is tussen graan en mestvee.

Het rapport laat zien dat stijging van de productie per ha dus heel aantrekkelijk is voor het goed omgaan met schaarse ruimte en de biodiversiteit. Het beveelt (terecht) aanpassing van het landbouwbeleid aan. Maar het waagt zich niet aan de GMO discussie. Er wordt wel in kaart gebracht dat Nederlanders in een lijst met zorgen de verdringing van organismen door GMO maar op de 45ste plaats zetten (ver na kinderarbeid en analfabetisme) en dat het bedrijfsleven de zorg voor concurrentiepositie hoog op de agenda heeft, maar de voor de hand liggende conclusie dat verdere bezinning op GMO dan voor de hand ligt, heb ik niet gelezen. Zouden we in 2008 toch op de agenda moeten zetten.

Martijn Duineveld en Guido Kuijer: Tevens zal dit onderzoek een belangrijke bijdrage leveren aan.... (Wageningen UR Leerstoelgroep Sociaal-ruimtelijke analyse), 2007

MNP: Nederland en een duurzame wereld, 2007

woensdag 2 januari 2008

Mansholtplan 40 jaar

2008: 40 jaar na het verschijnen van het roemruchte Plan Mansholt. In december a.s. pas, dus feestauteurs hebben nog even en het zal wel ondersneeuwen in alle aandacht voor 50 jaar Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.
Het blad EuroChoices geeft in zijn laatste nummer alvast een aftrap voor het terugblikken. Sicco Mansholt zijn analyse was dat bedrijven in de EU veel te klein waren en dat sanering nuttig zou zijn. Anders zou de prijspolitiek uit de hand lopen. En al bij het inzetten van die prijspolitiek in 1958 was hem door jan en alleman aangeraden om eerst de problematische structuur aan te pakken, maar - zo weten we uit zijn biografie - Europese politiek maakte het gewenst om eerst de prijzen te uniformeren. Dat zou de eenwording van de EEG sneller op weg helpen.

De timing van het plan, zo maakt David Stead in zijn EuroChoices artikel duidelijk, was weinig gelukkig, aan de vooravond van stagnerende economieen. Maar dat was natuurlijk niet het idee waartegen boeren te hoop liepen. Het plan om te bevorderen dat binnen 10 jaar de helft van de boeren zou verdwijnen was de angel. Het bracht een aantal boeren met een koe in de vergaderzaal - "voor een keer bracht het enkelen van hen die door het beleid geraakt worden aan de vergadertafel" kopte daarbij een Luxemburgs boerenblad. Dat er ook een dode viel, geeft de grimmigheid van de discussie weer.

Inmiddels kunnen we ook vieren dat het doel van het Plan Mansholt is gehaald. Weliswaar niet in 10 jaar, maar via natuurlijke weg in 40 jaar. De grafiek hierboven geeft het aantal bedrijven in Nederland aan, van de 185.000 ten tijde van het Mansholtplan zijn er minder dan 80.000 over.

En liefhebbers van de "wat als" historiespelen kunnen zich afvragen of een eerdere en snellere sanering in de jaren 60 niet geleid zou hebben tot meer arbeidsaanbod in de industrie en dus minder gastarbeiders (en voor nu dus minder Wilderiaanse discussies) en tot minder intensieve veehouderij (en dus minder Thiemiaanse discussies). Timing blijft lastig, ook in de politiek.

dinsdag 1 januari 2008

Gelukkig Nieuwjaar



Gelukkig Nieuwjaar!

Ook in 2008 hoop ik je weer vaak op deze weblog te treffen. De poster hiernaast komt uit het onmisbare Reclamearsenaal.nl

Morgen hervatten we de normale dagelijkse blogs over economische impressies van een veranderende landbouw