maandag 31 maart 2008

nu bij de Slegte

Een boekentip: bij de Slegte kocht ik zaterdag Gerrie Andela's "Kneedbaar landschap, kneedbaar volk - de heroische jaren van de ruilverkavelingen in Nederland". Een fraai vorm gegeven boek als resultaat van een NWO project - met veel jaren 50 en 60 foto's. Kost je nog geen negen euro, de NRC wees er ook al op, dus haast je voor ze op zijn. Van de zomer lees ik het uit en dan hoor je er meer van.

zondag 30 maart 2008

waar blijft de tijd

De overgang naar de zomertijd roept de vraag op waarom we die kosten eigenlijk maken: iedereen is weer 5 minuten bezig tijdklokken te verzetten, mensen worden uit hun ritme gehaald (gederfde levensvreugde) en soms ontstaan er ongelukken door.

Om energie te besparen, de Amerikanen noemen het niet voor niets Daylight saving time. Niet dat er daglicht wordt gespaard, alleen gaat de mens er beter mee om. Nu steeds meer processen 24 uur doorgaan, is dat effect wel steeds geringer. En sommigen wijzen op een groot substitutie-effect: door de langere zomeravond gaan we eerder een avondje naar de boulevard en drinken daar uit de koelkast een roseetje, en wordt er dus per saldo misschien wel helemaal geen energie bespaard, maar extra aangewend.

Maar is er wel toegenomen levensvreugde en welvaart (ten opzichte van de variant thuis met een boek bij de schemerlamp op de bank), en als dat de kosten van de energie waard is, dan moet je wel de tijd verzetten, en is het subsititutie-effect geen argument tegen. Energiebesparen is geen doel op zich.
Stadse mensen denken nog wel eens dat het voor boeren aantrekkelijk is dat de tijd wordt verzet, maar dat betwijfel ik. Natuurprocessen en daarmee een deel van het boerenwerk onttrekken zich toch al aan de kloktijd en planten groeien niet langer en beter want -in tegenstelling tot wat de amerikanen denken- er is nog evenveel daglicht. Maar door het verzetten van de tijd worden sommige van die processen wel duurder.

Hooien en dorsen kun je pas als het product droog is en de dauw uit de velden is opgetrokken. Ook spuiten vraagt vaak om weinig wind, en wordt meer dan gemiddeld bij het vallen van de avond gedaan. De zomertijd heeft tot gevolg dat het eerder avond is, en je dus eerder in overwerktarieven van medewerkers zit. Want waar zonder zomertijd het product om 10.00 uur dorsbaar zou zijn, is dat nu 11.00 uur. En stop je niet om 21.00 uur maar 22.00 uur.

Maar ook hier geldt dat door de flexibilisering van arbeid in de 24uurs economie dat effect wellicht niet meer zo zwaar telt dan twintig jaar geleden. Eigenlijk wordt het wel eens tijd voor een studie naar de voor- en nadelen van de zomertijd.

zaterdag 29 maart 2008

onheldere wetgeving bedrijfstoeslagen



Politiek en wetgeving zijn niet altijd simpel. De globalisering is lastig voor wetgevers die alleen over de natiestaat gaan, en ook door de welvaart wordt de wereld heterogener zodat het lastiger is om het iedereen naar de zin te maken. Dan is er nog de rol van de media en incident-politiek ligt voor de hand.
Soms is de politiek daar zelf ontevreden over en schrijft een commissie weer regels voor die gehanteerd moeten worden voor nieuwe wetgeving: meer impact-analyse vooraf (leuk voor ons onderzoekers), alleen wetgeving bij gespecificieerde doelen en nog meer rationalisaties die lastig zijn bij het politieke weelen and dealen. Het rapport Dijsselbloem over wat er in ons onderwijs fout zit is een mooie recente illustratie: zakelijker wetgeving gewenst en het past een paar weken later al niet bij het gratis weggeven van schoolboeken.

Ook de mosselkwekers hebben last van onvoldoende heldere wetgeving, die de natuurorganisaties de kans geeft de vangst in de Waddenzee maar eens volledig via de Raad van State te blokkeren, om tot duidelijker beleid te komen, zo lees ik in de krant.

En zelf volg ik uit welbegrepen eigenbelang de situatie rond de eigendom van de rechten op de EU Bedrijfstoeslag. Ik blogde daar al eerder over: voor pachters is onduidelijk of ze volledig eigenaar zijn, of dat de verpachters gelijk hebben dat ze 50% van de waarde opeisen (zoals eerder bij quota). Velen in Europa denken dat het recht van de boeren is (en reageren met ongeloof als ik de Nederlandse situatie uitleg) en eerder schreef Minister Cees Veerman een brief waarin hij stelde dat het aan de onderhandelingstafel zo was afgesproken.

Maar de Nederlandse verpachters, niet in de laatste plaats trouwens ook de overheid in de vorm van het Ministerie van Financien met zijn dienst Domeinen, claimen de helft en Cees Veerman werd door een Nijmeegs jurist terecht gewezen dat de wetgeving voor Nederland (waar de pachtwetgeving een belangrijke positie inneemt, die blijkbaar niet per definitie ondergeschikt is aan ook niet geheel duidelijke EU landbouwwetgeving) dat helemaal niet zo duidelijk maakt. De rechter in Zwolle stelde in een proefproces de verpachters in het gelijk, waarna agrarisch jurist Willem Bruil voorstelde het hof in Luxemburg maar eens te gaan raadplegen.

Inmiddels is de case in hoger beroep in Arnhem, en nu heeft de huidige minister van Landbouw, Gerda Verburg, gemeend de Europese Commissie om advies te vragen. Met hun mening in de hand informeerde ze de Tweede Kamer dat haar voorganger helemaal gelijk had: het is van de boeren. Met als gevolg dat natuurlijk nu de juristen boos zijn. In het Agrarisch Dagblad van afgelopen week maakt jurist en columnist Willem Bruil duidelijk dat de wetgever zijn zaken goed moet regelen en zich niet moet bemoeien met zaken die onder de rechter zijn. Dat is in Montesquieu's Trias Politica een doodzonde. Blijkbaar had het initiatief bij de rechter moeten blijven om de Europese Commissie als getuige op te roepen. En zo blijven de boeren in onzekerheid en mogen we in Brussel blijven uitleggen dat wij het weer eens anders doen dan EU regels beogen. Een soort zelf-gecreerde derogatie.

Het goede is in ieder geval dat het standpunt van de Commissie en de Minister duidelijk en pachtersvriendelijk zijn, en dat komt me wel goed uit.

Op de foto de Dordtse gebroeders De Witt uit de tijd dat politiek en wetgeving ook al niet simpel waren

vrijdag 28 maart 2008

kom in de wereldhaven

De Leuvehaven (niet ver verwijderd van het Boerengat) herbergt de nostalgie van de Rotterdamse haven met het maritiem (buiten)museum. In spreekbeurten voor boeren wijs ik er wel eens op dat ik dat een mooi voorbeeld vind van hoe je via gezonde nostalgie de haven levend houdt in de stad. De haven ligt immers steeds verder naar het westen en de oude havens worden woongebieden. Maar voor de haven is het wel belangrijk dat er draagvlak blijft en mensen in de haven willen blijven werken. Dat buitenmuseum draagt daar mooi aan bij, zo lijkt me.
En daar kunnen we nog wat van leren in de agrarische sector. Natuurlijk hebben we het Openluchtmuseum, Orvelte en nog wat agro-attracties, maar doen we wel genoeg?
De NRC had gisteren een mooi verhaal over haventoerisme. Er is potentieel veel belangstelling voor de haven, en de haven heeft daar belang bij, maar veel individuele bedrijven niet. Die vinden twee dagen per jaar de wereldhavendagen prima, maar verder moet er wel gewerkt worden en zijn bedrijven geen toeristische attractie: dat leidt maar af, het geeft ARBO / aansprakelijkheidsproblemen, oncontroleerbare pottenkijkers en het levert weinig op. Terwijl het Havenbedrijf ons wel zou willen kennis laten maken met exotisch fruit op de fruitterminal, sapbaar en restaurant incluis. Hier ligt dus een spanning tussen micro en macro.
Doen we het dus met dat ene weekend Kom in de Kas (volgende week weer!) in de tuinbouw en het vrijwel gelijknamige restaurant in Amsterdam nog niet zo gek, nu de intensieve veehouderij nog.

donderdag 27 maart 2008

Experimenteren met kennissystemen

Er is een interessant experiment gaande tussen Nederland en Denemarken: wie heeft het best zijn agrarische kennisstructuur veranderd? Over een jaar of twintig zullen we het effect kunnen meten, maar nu is het nog even gissen. Zoals vanmiddag in Wageningen gebeurde onder de borrel van een seminar over dit onderwerp.
De afgelopen jaren hebben verschillende Europese landen gemeend te moeten ingrijpen in de organisatie van hun landbouwkennissysteem. Daarvoor worden tal van redenen aangevoerd, die nog wel eens nader op hun meritis mogen worden bekeken. In Nederland zijn de instituten voor toegepast onderzoek onder 1 bestuur met de landbouwuniversiteit gebracht: het Wageningen UR model, met daarbinnen weer varianten over de wijze en mate van integratie.
De Denen zijn nog een stapje verder gegaan, die hebben niet alleen instituten en universiteiten geintegreerd, maar de nieuwe faculteiten ook in andere (niet-landbouw) universiteiten geschoven. Ik leerde dat de agri-business daartegen was, die hadden liever 1 centrum gehad zoals in Wageningen in plaats van minimaal drie.
De Fransen, zo vertelde een spreker van het Franse ministerie, twijfelen momenteel tussen beide modellen, waarbij het bedrijfsleven (in tegenstelling tot het Deense) wel wat voelt voor regionale inbedding: het land is groter en het bedrijfsleven relatief kleinschalig.
Als je denkt dat je krachtige landbouwwetenschap als zelfstandige bron van kennis (zonder nuttige interne concurrentie) moet hebben, dan kies je voor het Wageningse model, als de poort tot de kennis vooral de basiswetenschappen als biologie of ICT zijn, dan is de Deense integratie met die andere faculteiten een belangrijk argument.
In werkelijkheid zou het wel eens vooral politieke economie kunnen zijn (de Deen wees op de geslonken kracht van hun ministerie van landbouw t.o.v. het ministerie van technologie en op de angst van onderzoekers met zijn allen in een te grote club zonder aansluiting met de rest terecht te komen). Over twintig jaar kunnen we wellicht meten waar de concurrentiekracht het best verbeterd is: bij de Denen omdat ze zo dicht bij de biologie en de ICT zitten of in Nederland omdat we zo duidelijk in de sector zijn ingebed. En voor de Fransen is te hopen dat ze tegen die tijd de reorganisatie achter de rug hebben.
De foto is de poort van de kathedraal van Sevilla in Mudejar stijl, speciaal ter overdenking voor Geert W.


woensdag 26 maart 2008

Witte Pasen en slechte statistiek

De witte Pasen houdt de gemoederen bezig. De belangstelling van de Nederlander voor het variabele weer en de commercialisering van de media hebben van de berichtgeving over het weer ook een entertainment industrie gemaakt, en daarin scoor je gemakkelijk met koppen als "Met Pasen is niet eerder zoveel sneeuw gevallen" en "De Paasdagen waren ook de koudste sinds 1964". Ook het KNMI ontkomt daar niet aan in zijn berichtgeving - beide citaten haal ik uit een bericht op hun website dat overigens gelukkig wel een aantal zaken recht zet.
Elke eerste jaars student statistiek voelt op zijn klompen aan dat we appelen en peren vergelijken bij uitspraken over het weer met Pasen. Pasen hangt van de maanstand af en is dus niet op een vaste datum; dit weer zegt niets over de frequentie van weer-extremiteiten of -nog sterker- over een al of niet veranderend klimaat. Zoals het KNMI meldt aan het eind van zijn analyse:
De 23e maart is een ongewoon vroege datum voor Pasen. De laatste keer dat dit gebeurde was in 1913 en de eerstvolgende keer is pas in 2160. De vroegst mogelijke datum voor paaszondag, 22 maart, is nog zeldzamer. De laatste keer dat dit gebeurde was in 1818 en de eerstvolgende keer is pas in 2285.
Overigens: ook als je niet voor de variabele datum corrigeert, moet je niet overdrijven. We hadden op Paaszaterdag april 2001 nog sneeuw. Maar toen viel het op zaterdagavond, om de volgende dag snel weg te dooien. Nu werd de zaak verergerd op de eerste werkdag na Pasen, met de een na langste file in de ochtendspits ooit. Verkeersdeskundigen merkten op dat het op de ochtend na Pasen toch altijd druk is op de weg en dat de sneeuw in deze tijd van het jaar de automobilist uitnodigde om extra voorzichtig te rijden en eindelijk eens normaal afstand te houden. Maar omdat het veel drukker op de weg is dan 10 jaar geleden zijn de gevolgen daarvan veel groter. Wat meer met de economie dan met het weer te maken heeft.
.
Maart roert zijn staart
De echte vraag is dus of het nu zo ongewoon is dat het eind maart sneeuwt. Niet dus. Het KNMI heeft een lijstje late sneeuwdata (met een fors aantal stations die een sneeuwdek rapporteren) op zijn site gezet:
25/26 maart 1966
15 april 1966
3 april 1968
27/29 maart 1970
2/8 april 1970
28 maart 1975
11/12 april 1978
28/29 maart 1995
30/31 maart 1996
Kortom, sneeuw in deze tijd van het jaar is een vrij normale zaak. Bij de koffieautomaat dus geen verhalen meer over veranderend klimaat door 1 witte Pasen. Want het was pas echt een koude Pasen in 1771 en 1845. Toen was het mogelijk eieren te zoeken op het ijs, in maart 1845 lagen alle rivieren in dit land nog met ijs bedekt. De kans daarop is tot 2160 niet zo groot.
Het is een menselijke denkfout om aan recente, weinig frequente ervaringen grote consequenties te verbinden, zo leert de theorie van behavorial economics (en die heeft het weer uit de cognitieve psychologie). Een keer een olieprijs van 100 dollar en hij kan nooit meer 50 dollar worden, dat soort redeneringen. Maar ter waarschuwing was daar al een goed spreekwoord voor: iets met 1 zwaluw en lente.
Kortom het wordt lente en statistiek is een lastig vak.
.
De foto is sensatiebewust niet van de Paasdagen maar uit januari

maandag 24 maart 2008

Links: Pannelldiscussies

Links heb ik een link toegevoegd naar de website van de Australische landbouweconoom David Pannell, die zijn naam leent aan een aantal interessante Pannell-discussies. Met dank aan Floor B. voor de hint naar down under.

boer en woordenboek

'Boer' als in 'agrarier' komt van het middelnederlandse gebuur, wat nu nog in veel dialecten 'buurman' betekent. Door een betekenisverschuiving heeft het woord de huidige betekenis gekregen. Zo meldt de site NLTaal.blog Hypothese mijnerzijds: in een tijd dat vrijwel iedereen boer was, is dat een minder vreemde betekenisverschuiving dan je denkt.

Eerder deze maand verscheen het Boerenwoordenboek van schrijver en woordenboekmaker Wim Daniels. Hij laat zien dat het woord 'boer' velerlei gebruik kent, naast de agrarier en de oprisping - zo begreep ik uit het Agrarisch Dagblad.

Hoewel boeren vanoudsher een lompig, althans weinig gecultiveerd intellectueel, aanzien hadden (alleen de allerslimste boerenkinderen brachten het ver, dus oververtegenwoordiging van minder slimme, harde werkers in de branche lag voor de hand) is dat aan het veranderen. Voor voetbalclub de Graafschap is het al een Geuzennaam. En volgens hetzelfde NLTaal.blog is boer in de betekenis van oprisping een klanknabootsing en daarmee een toevallig homoniem, en heeft het weinig met de vermeende lompigheid te maken.

Enfin de meest typerende 'boer' woorden zijn wat mij betreft die in samenstellingen als de wat minder verfijnde, dozen-schuivende winkeltypes als sigarenboer, computerboer e.d.

zondag 23 maart 2008

Lijstje: Romantische vleesindustrie

De vleesbranche is weer eens in opspraak, nu met vermeende misstanden in de slachterijen. De VWA lijkt het lastig te hebben met de controle. Misschien wordt het tijd voor wat modernere middelen als webcams op de slachtlijn (kun je van waar ook ter wereld toezien via YouTube), net zoals we de tachograaf bij vrachtauto's verplicht gesteld hebben. En wat naming en shaming rond merken en supermarkten die dit verkopen, zo lijkt me. Controle moet je als overheid niet doen, je moet het organiseren.
Enfin, voor literatuurkenner Pieter Steinz was het aanleiding een stapeltje romans op te duiken die eerdere misstanden in de vleesindustrie in beeld brengen. Daar kun je een leuk lijstje van maken:
  1. Upton Sinclair: The Jungle (1906) over Litouwse immigranten die in Packingtown (Chicago) niet gelukkiger worden, met 'misselijk makende beschrijvingen van de de industriele vleesverwerking'
  2. Ruth Ozeki: My Year of Meat (1998), een satirische roman over uitwassen in de Amerikaanse vleesindustrie
  3. Emile Zola: Le ventre de Paris (1873): de Parijse markthallen met "overvloed en onbehagen"
  4. Manon Uphoff: Vlees (1995): van een slagersdochter die vegetarier wordt
  5. Beate Sterchi: Bloesch (1983): Zwiterse klassieker over een koe en een gastarbeider in een boerensamenleving
  6. En als uitsmijter: Michel Faber: Under the Skin (2000) een science fiction verhaal over buitenaardse wezens op zoek naar mensenvlees. Het kan altijd nog erger, zullen we maar denken.

Pieter Steinz: In Fictie, NRC, 22.3.2008

zaterdag 22 maart 2008

Hoezo schaalvergroting



Google docs blijft wat moeite houden om mooie figuurtjes te generen voor weblogs, maar als je er hiernaast op klickt dan krijg je een beter image.

Het gaat hier om een opvallend lijntje: er is de nodige discussie over schaalvergroting, maar uit de CBS landbouwtelling cijfers blijkt dat het aantal bedrijven in de grootste categorie (> 150 nge voor de kenners) tussen 1990 en 1995 nog verdubbelde naar meer dan 10.000, maar sinds die tijd stabiel is. Het valt zo te zien dus wel mee met de schaalvergroting - als de cijfers de werkelijkheid goed weergeven.....

vrijdag 21 maart 2008

boeren planten bomen

Burgerparticipatie in landschap is in. En zo benutten wij onze Goede Vrijdag tussen de hagelbuien door om een nieuwe windsingel aan te planten. Het Landschapsbeheer Zuidholland heeft een geweldige service waarin bomen worden geleverd om tot een karakteristieke beplanting te komen. "Boeren planten bomen" heet het, en het geldt ook voor burgers in het buitengebied. Bomen worden netjes just-in-time thuisbezorgd. Ook al stonden hier in de jaren 50 en 60 weinig windsingels (zo zag ik op oude luchtfoto's), zo'n ouderwetse windsingel met meidoorn, sleedoorn en elzen leek ons toch een aanwinst.

donderdag 20 maart 2008

fazant zonder zuurkool

We betalen steeds meer voor emotie in producten, en minder voor de grondstof. Het zou natuurlijk helemaal mooi zijn als je mensen kunt laten betalen voor de emotie dat je iets niet levert. Mijn collegas denken er over na of je mensen via een label of merk niet kunt laten betalen voor 2 vissen terwijl je er maar 1 levert en er 1 in zee laat zwemmen (door het quotum niet te gebruiken).
Misschien kunnen we nog wat leren van de aloude jacht. Vroeger was de waarde van de jachtrechten afhankelijk van wat je aan geschoten wild kon verkopen, maar die tijd hebben we al lang gehad. Tegenwoordig betaal je om te kunnen schieten, en het vlees levert maar een fractie op van dat bedrag. In the Economist van vorige week las ik je voor 30 a 35 engelse pond een fazant kunt schieten, terwijl je dan nog geen euro aan vlees uit de lucht knalt. Een beetje vergelijkbaar met de hoge prijzen voor de afschotvergunningen voor elanden in Finland, naar het schijnt populair bij Duitse jagers.
En het wordt nog erger want de prijzen van het jachtrecht gaan omhoog. Niet omdat men meer wil schieten, maar omdat het door de stijgende graanprijzen duurder wordt om de fazanten op te fokken, waarbij meer dan de helft van de opfok uitval is omdat de vossen al hebben toegeslagen voordat de jagers ze weten te raken.
Er zijn nu dus prijsstijgingen van een procent of 5 a 6 aangekondigd. Veel effect zal het niet hebben, zo verwacht the Economist: de overeenkomst tussen fazanten en hun jagers is dat ze beiden geplukt willen worden.
The Economist 15.3.2008: Commodities - shooting up

woensdag 19 maart 2008

op naar de stad


Van een plattelandsleegloop kun je in Nederland niet spreken. Volgens het CBS wonen er nog immer ruim 3,3 miljoen mensen in niet-stedelijke gebieden (cijfer 2006). Tien jaar eerder was dat nog bijna 3,5 miljoen.
Maar absoluut en zeker relatief wonen er steeds meer mensen in stedelijke gebieden in dit land. Het plattelandsaandeel liep terug van 22% naar 20% en vermoedelijk wonen er nu al minder dan 1 op de 5 mensen in niet-stedelijke gebieden.
Daar wordt de wereld duurzamer van zo lijkt me - wonen in de stad gaat met minder CO2 emissie gepaard dan wonen op het platteland, zo vermoed ik. Wie kent daarvan de cijfers?

dinsdag 18 maart 2008

Lijstje: Paarden-Psychotherapie

Mr. Ed het sprekende paard is uit, maar Dokter Paard is in, zo begrijp ik uit een verhaal van Monique Snoeijen in de NRC van afgelopen zaterdag. De 'verpaarding' van Nederland heeft een nieuwe fase bereikt nu het paard ontdekt is als co-therapeut. Vijf redenen waarom het paard zo geschikt is bij psychotherapie:
  1. Een paard spiegelt emoties. Spanning bij de client is spanning bij het paard.
  2. Een paard snapt geen dubbele boodschappen. Een client die zegt zich prima te voelen terwijl hij gespannen is wordt betrapt door het paard als leugendetector
  3. Paarden oefenen een grote aantrekkingskracht uit op mensen en zeker op kinderen. Patienten verleggen daardoor eerder hun grenzen
  4. Het paard draagt de client en het maakt dus niet uit hoe iemand eruit ziet. Patienten voelen zich daar gemakkelijker bij dan bij een therapeut
  5. De driedimensionale bewegingen van het paard hebben een heilzame werking op lichaam en geest want je gaat de dialoog aan met je eigen geestelijke en lichamelijke evenwicht.

Hier ligt een markt, ook voor bedrijfsuitjes en cursussen voor managers zo lijkt me. Mij krijg je niet op zo'n beest, ik hield met een slecht evenwichtsgevoel ook al niet van zeereizen en kermisattracties, maar gelukkig voel ik me nog prima. Maar wie het eens wil proberen: paarden genoeg in dit land.

M. Snoeijen: Dokter Paard in: NRC 15.3.2008. Op de foto een oude Spaanse hacienda met paardenstallen.

maandag 17 maart 2008

Afrikaantjes

Nieuwsgierig, creatief en mouwen omhoog. Dat is de titel van een boekje dat het Ministerie van LNV enige tijd geleden uitbracht met daarin innovatieve agro-ondernemers aan het woord. Met bekende voorbeelden als de Volwaard-kip, Happy Shrimp, Insecten en de Pulskor.
Er is ook een artikeltje gewijd aan het netwerk Telen met Toekomst, met daarbij de tekst: "Velden vol oranje bloemen. Wie goed oplet ziet ze steeds vaker op de akkers: Afrikaantjes. Ze symboliseren de 21e eeuwse gewasbescherming. De 'giftige' sappen in de wortels van de planten zuiveren de grond van schadelijk ongedierte. (..). Natuurlijke oplossingen in plaats van chemische".
Het herinnerde me eraan dat enkele economen al in de jaren 80 begeistert waren van Afrikaantjes - ver voor dit pleidooi uit de hoek van de plantentelers. Het waren de tijden van landbouwoverschotten en het idee van braaklegging (set aside) begon opgang te doen, maar lag politiek zeer gevoelig. Toenmalig LEI-directeur Jan de Veer stelde daarom voor een nieuwe teeltsubsidie op Afrikaantjes in te stellen. Een gewas dat geen bijzonder doel had (zodat er geen verstoring in de markt plaats vond), kleuriger en minder politiekgevoelig dan braak en bovendien milieuverbeterend omdat het aaltjes wegwerkt.
Het plan heeft het niet gehaald, en dat zal ook niet meer gebeuren want intussen verschijnt Wageninger Frank 'graanrepubliek' Westerman in het journaal om uit te leggen dat we landbouwgrond niet meer in randmeren of natuur moeten omzetten. Binnenkort mogen bestrijdingsmiddelen ook weer volop, want de EU interventievoorraden van tarwe zijn sinds kort geheel verdwenen.
O ja, blijft de aloude vraag: waarom heet een afrikaantje een afrikaantje en hoe noem je een afrikaantje in Kameroen?

zondag 16 maart 2008

BumaStemra van spinaziezaad

Wie een leuk liedje schrijft, kan nog jaren van de royalties genieten, want voor elke verkoop krijg je een paar centen. En ook als het nummer op de radio, tv of in de winkel klinkt. Ook voor boeken en software bestaat zo'n auteursrecht. En ook uitvindingen kennen intellectueel eigendom in de vorm van patenten en octrooien.
Die regels zijn er niet alleen gemaakt omdat we vinden dat het normaal is dat Bennie Jolink wat verdient als hij ons jaren met "Oerend hard" pleziert. Het idee is ook dat daardoor mensen een prikkel ontvangen om liedjes, boeken en software te schrijven of uitvindingen te doen. En dat er dus meer van geproduceerd wordt dan zonder beloning, waarmee de wereld beter af is. Voor romantische liedjesschrijvers, gefrustreerde boekenschrijvers en willy wortels misschien niet zo'n grote prikkel, maar voor andere ontwikkelaars wel van groot belang.
Ook in de wereld van het zaaizaad is het intellectueel eigendomsrecht gemeengoed geworden. Waar vroeger boeren hun zaaizaad en pootgoed zelf konden vermeerderen zijn er nu intellectual property rights (IP) op nieuw veredelde varieteiten van planten. Net als bij software hopen overheden dat daardoor de innovatie toeneemt.
Een recent wetenschappelijk artikel geeft wat redenen waarom steeds meer mensen zich over deze ontwikkelingen buigen: ontwikkelingslanden spenderen steeds minder geld aan publiek onderzoek waardoor boeren meer afhankelijk worden van de internationale zaadconcerns en dit systeem van rechten. Daarnaast maakt de gentechnologie het goed mogelijk om verdere vermeerdering van de planten te voorkomen, zodat het eigendomsrecht op de plant veel beter te handhaven is. Een derde reden is dat Monsanto een sojaboon heeft ontwikkeld die beter tegen het bestrijdingsmiddel Roundup kan (wat overigens niet noodzakelijkerwijs betekent dat het bestrijdingsmiddelen verbruik toeneemt), en vraagt boeren daarvoor te betalen. De Amerikaanse boeren zijn bang dat zij betalen en daarmee andere landen (die minder betalen) subsidieren. En al eerder (De landbouw verandert: 2GMO) meldde ik dat het handhaven van de intellectuele eigendomsrechten niet in alle landen even makkelijk is. Er is piraterij, en daarmee overleg in de WTO.
Onderzoekers Lence en Heyes hebben nu met een economisch model laten zien dat de welvaart door de IP toeneemt ook door dat er 'spill overs' zijn in landen die geen IP wetgeving hebben. Maar als dat effect van meeprofiteren groot is, wordt er minder ge-innoveerd dan wanneer IP ook in andere landen te handhaven zou zijn. En er wordt dan meer geld gestoken in het handhaven van de eigendomsrechten. Consumenten en producenten in landen zonder IP wetgeving zijn altijd beter af als er mee te profiteren valt. Maar de amerikaanse sojaboeren hebben gelijk: zij gaan er vrijwel altijd op achteruit als concurrenten voor een deel gratis meeprofiteren. Voor netto-exporterende landen is dit effect vaak groter dan het voordeel bij de consumenten. In het systeem van intellectuele eigendomsrechten is er dus een sterke prikkel om geen veredeling te doen waarvan ook landen met een lage IP bescherming sterk profiteren (lees: ontwikkelingslanden). In zo'n systeem is er ook weinig reden meer om het publieke, universitaire onderzoek ook hetzelfde type onderzoek als grote zaadveredelaars te laten doen.
Al met al verandert er dus wat in de wereld: ontwikkelingslanden profiteren met zo'n systeem minder van Westers onderzoek dan voorheen, net nu ze hun eigen onderzoek ook verminderen. En tot slot: zaaizaden beginnen op CD's van de Beatles en Rolexen te lijken: je betaalt ook de bedenkers en je moet naar Vietnam voor een goedkope piratenversie. In Hue kocht ik er ooit voor een koopje een unieke persing op 1 CD van de rode dubbel LP van de fab four.

Sergio H. Lence and Dermot J. Hayes: Welfare impacts of cross-country spillovers in agricultural research in: American Journal of Agricultural Economics 90 (1) febr. 2008

zaterdag 15 maart 2008

economie en de wet

Economen zijn van mening dat onze wetten niet zomaar uit de lucht komen vallen, maar een codificatie zijn van sociale normen die op hun beurt weer beinvloed worden door schaarsteverhoudingen - en dat is dan weer het vakgebied van economen.

De krant van gisteren meldde een paar mooie voorbeelden. Allereerst het debat over het al of niet verbieden van sex met dieren. In een strijd om de diervriendelijke kiezer heeft Harm Evert Waalkens [PvdA] voorgesteld om dit perverse verschijnsel en de bijbehorende porno te verbieden. Maar de kamer had het er moeilijk mee, zo begrijp ik uit de krant - wat niet wordt opgelost door grappen over mierenneukerij en fokking lastig. Dat laatste duidt dan op het probleem dat de commerciele veehouderij veelvuldig gebruik maakt van sex met dieren, in de vorm van kunstmatige inseminatie - al was het maar om dat je geen stier op de zorgboerderij rond durft laten lopen. Waarmee deze op het eerste gezicht ethische afweging dus ook behoorlijk beinvloed wordt door economische belangen.

Overigens vertelde een collega die zich bezig houdt met stadslandbouw gisteren net het fraaie verhaal dat de varkens pas in de jaren twintig van de 20ste eeuw (ca. 1920 dus) uit grote Amerikaanse steden zijn verbannen. En niet zo je denkt uit overwegingen van fysieke volksgezondheid, maar uit morele overwegingen: dierensex op straat zou niet goed voor de kinderogen zijn. En dat besluit leidde weer tot grote protesten van het proletariaat die geen varken meer konden mesten.

Het tweede voorbeeld uit de krant betrof het omgekeerde: er is in Europa behoefte aan eenduidig contractrecht: wat is een levering, wat is huur. Tussen lidstaten zijn er vaak lastige kleine verschillen die juridische consequenties hebben en het leven (zeker van internetwinkels) onnodig duurder maken. En dus heeft een groep wetenschappers (financieel op de achtergrond door de EU gesteund) gewoon zelf een wetboek (dat natuurlijk niet zo heet) gemaakt en dat ook al gebruikt wordt in juridische zaken tot aan de hoogste gerechtshoven toe. Een mooi voorbeeld van hoe een gevoeld gebrek aan goede regels (schaarste!) door wetenschappers en burgers (die het gaan gebruiken) wordt opgelost en waar de overheid over een jaar of twintig wel zal besluiten dit als fait accompli toch maar te codificeren. De overheid is zijn monopolie op regelgeving (als het dat al had) langzamerhand aan het kwijt raken.

vrijdag 14 maart 2008

Grootschalige landbouw op zand - vervolg

In mijn blog van gisteren besprak ik werk van ons zusterinstituut Alterra - althans dat dacht ik. Vandaag leerde ik dat ik daarmee mijn eigen organisatie tekort doe, want er werkte ook iemand van het LEI mee. Nu ben ik een beetje voorzichtig om op deze prive weblog veel werk van het LEI te bespreken want dat is maar verwarrend. Voor onze reclame hebben we een eigen website en hier collega's bekritiseren is ook niet hoe het hoort. Dat doen we wel binnenskamer in Den Haag.
Met excuses dus aan Theo V., maar in ieder geval had het het voordeel dat ik nu ook een achterliggend rapport met een mooie CD in handen kreeg met simulaties over grootschalige landbouw in een kleinschalig gebied. Te bestellen bij Alterra in Wageningen, dat weer wel.

donderdag 13 maart 2008

megamelkvee kan normaal in de Achterhoek

Deze week viel een nieuwe aflevering van het blad SPIL in de bus, met natuurlijk een voortzetting van de verhitte discussie of het klimaateffect niet van kosmische veranderingen komt (de hemellichamen bewegen net wat anders) in plaats van de CO2. Langzamerhand verlies ik mijn belangstelling, maar wel erg leuk was het verhaal van mijn Alterra collega's over de vraag of grootschalige melkvee inpasbaar is in het landschap van de zandgebieden, in casu de case Laren/Lochem.
Ze laten aan een aantal kaartjes mooi zien hoe er vroeger grote open heidevlaktes en woeste gronden waren, vervolgens het coulissenlandschap ontstond met houtwallen die als prikkeldraad het vee moesten keren. Oude landschappen zijn ook al gebruikslandschappen en volgens nut ingericht. En na WO II begon dat landschap te veranderen door mechanisatie en ruilverkaveling. Wat ik nooit beseft had is dat de oorlog tot veel houtkap en een leger landschap heeft geleid, en voor de tractor werd in de jaren vijftig en zestig de rest opgeruimd. Daarmee zijn er weer grote vlakten ("kamers") ontstaan van 200 a 300 ha, omzoomd met bomen die langs de wegen en de erven staan. Juist rond die erven worden bosjes aangelegd, vooral ook door nieuwkomers.
Berekeningen laten zien dat in de toekomst percelen moeten worden opgeschaald van een ha of 4 naar 10 a 20 ha, maar dat effect op de touch and feel van het landschap is dus in die kamers niet erg groot. En als het nodig zou zijn zou je dus ook wel bedrijven van 200 a 300 ha met maar een paar percelen kunnen maken, zonder dat het landschap drastisch op zijn kop gaat, zo heb ik de indruk.
De auteurs laten ook zien dat het betrekkelijk weinig extra kosten met zich mee brengt als je de percelen van 10 a 20 ha weer met bomen zou willen omzomen. Wie dat wil (betalen) is niet duidelijk, maar het lijkt verenigbaar.
Waaraan ik de conclusie verbind dat grootschalige landbouw en toeristische aantrekkelijkheid elkaar helemaal niet hoeven te bijten, als je het maar goed organiseert. En dat we ons moeten beseffen dat cultuurlandschap leeft en altijd een functie is van wat je er mee wil, zelfs als dat toerisme is.
Tot slot: de toekomstverkenning van de auteurs is gebaseerd op steeds grotere machines, maar wellicht valt dat wel mee. Hierboven een plaatje van de nieuwste mobiele melkrobot, on trial bij Wageningen UR.

W. Rienks et al.: Botst grootschalige melkveehouderij met kleinschalig landschap? in SPIL245/246

peterspagina

Ik heb hiernaast in het lijstje links een omissie goedgemaakt en peterspagina toegevoegd. Die weblog gaat niet over landbouw, food of buitengebied, maar wel over keuzes die er in de samenleving gemaakt (moeten) worden, in eenzelfde reflectieve en licht ironische stijl die af en toe hier gebezigd wordt. Na enkele verwijzingen naar eerdere stukken van mijn hand gaat peter nu de blog van gisteren als gastlog (een nieuw fenomeen in de bloggerswereld) opnemen. Daarvoor hoef je er dus niet naar toe. Maar wel om de economische vraag waarom in de Pekelas nooit de prijs van de postcodeloterij valt: is men te arm om loten te kopen of was Fre Meis (de enige communist met een postume dot.com website) tegen gokken?

woensdag 12 maart 2008

de prijs van water in de polder

Vakblad De Boerderij besteedde vorige week aandacht aan onze achtertuin: de Eendragtspolder. Vijvers, plassen en roeibanen worden aangelegd voor wateropslag en mooi boeren akkerland verdwijnt.

Het gaat hier om een kongsi tussen het waterschap (dat water wil bergen omdat er steeds heviger buien en meer asfalt zijn en het spuien van de Rotte in Rotterdam niet met meer piekbelasting kan want daarvoor zit de metro in de weg), de gemeente Rotterdam (die recreatie wil voor de nieuwe Vinexwijk en zich met sport wil profileren) en onze eigen gemeente Zevenhuizen (die een natuurgebied een meer realistische buffer vindt om niet door de grote buur te worden opgeslokt).

De wijkende boeren willen natuurlijk zoveel mogelijk voor hun grond vangen. Boeren die grond hebben afgestaan voor woningbouw hebben 98.000 euro tot 148.000 euro per ha gekregen, zo meldt Henk van Vliet, een lokale akkerbouwer, in de Boerderij. En voor omvorming tot glastuinbouwgrond wordt volgens onze makelaar Bram Veerman zo'n 100.000 euro betaald. Maar voor natuur krijg je maar de agrarische waarde, die door de overheid in 2006 op het ook niet geringe bedrag van 68.810 euro werd vastgesteld.

Wie voor een hoogwaardige bestemming wordt uitgekocht (of onteigend) is dus beter af dan voor een laagwaardige. Boeren vinden dat oneerlijk, zij maken de kaarten op de tekentafel niet en hebben er geen invloed op of ze een hun grond later terugvinden onder een flatgebouw of een moeras. Voor hen is het een loterij. Bij Almere is er een als schrijnend ervaren geval waar de ene weg door projectontwikkelaars voor veel geld is uitgekocht en de weg ernaast in natuur moet voor het Oostvaarderswold. Zelfde grond, op het zelfde moment ontgonnen en uitgegeven voor dezelfde soort akkerbouw.

Economen weten al langer dat de waarde van iets niet van de kostprijs afhangt, maar van wat je er in de toekomst mee kunt. Een woongebied is meer waard dan een stukje natuur (daarvoor zijn we bereid maar iets meer te betalen dan boerenland) en bij een verandering naar woonfunctie valt er dus meer af te romen door boeren van de toekomstige opbrengst. En wat je met grond kunt hangt af van een bestemmingsplan, dat is een kaart waarop dus met geld wordt geschoven. Maar evengoed blijft het willekeurig en wrang. Het leidt ertoe dat je beter grond kunt kopen binnen een halve km van een snelweg, en vlak bij een stad (dat wisten veel boeren al) dan op Ameland. Boeren zijn ook vastgoedmanagers.

De resterende boeren in de Eendragtspolder denken er nu iets op gevonden te hebben. Ze willen zich laten onteigenen en dan tegen de zgn. complexwaarde. Dat is in de wet bedacht om het grootste onrecht binnen een te ontwikkelen gebied (tussen een winkelcentrum en een stadsparkje of een bosrand) te vermijden en iedereen krijgt dan dezelfde prijs binnen het ontwikkelgebied. Dat zou je voor de uitloopfunctie van de Eendragtspolder ook kunnen doen, die hoort bij de Vinexlocatie. Maar er is een tijdsverschil in ontwikkeling en voor andere functies is dat complex minder helder - het wordt tenslotte een roeibaan van olympisch formaat. De deskundigen weten dus nog niet of dit gaat lukken.
Al met al een interessante case met innovatief gedrag, die weer eens duidelijk maakt dat het probleem bij boeren niet zozeer de functieverandering is (wie goed wordt uitgekocht kan elders een mooi bedrijf terugkopen), maar de prijs.

Boerderij 4 maart: Wijker ziet kans op meer geld.

dinsdag 11 maart 2008

beleggen in grondstoffen

De NRC besteed vanavond aandacht aan een pyramidezwendel in de bollenteelt rond het bedrijf Novacap. Er is zo'n 120 miljoen verdwenen. De vergelijking met de tulpen-mania in de 17e eeuw is snel gemaakt, de krant doet dat ook maar toch is er een verschil. Nu lijkt er sprake van vooropgezette zwendel, toen was er alleen speculatie. En dat brengt me van de bollenboefjes op beleggen in grondstoffen.
De usual suspect van veel wat er mis gaat in de wereld is China. Zo wordt het land ook steeds genoemd als bron van alle voedselprijsstijgingen. Die oorzaak zou wel eens overschat kunnen worden: zo is er afgelopen jaar niet meer maar minder zuivel in China geimporteerd, vertellen deskundigen me aan de hand van de handelsstatistiek. Hogere prijzen remmen misschien de vraag af.

En een volgens mij volstrekt onderschatte factor is de financiele speculatie. Het maartnummer van TKA - Technisch Kwantitatieve Analyse (een blad van Reed Elsevier voor beleggers) bevat weer diverse stukken waarin op agrarische commodities als aantrekkelijke belegging wordt gewezen.
En een beleggingsadviseur van de Rabobank (!) stuurde me onderstaand persbericht van het ANP toe, dat boekdelen spreekt en ik maar even grotendeels citeer:

Beleggen in grondstoffen als goud en tarwe is helemaal in. De onzekere tijden op de aandelenmarkten, de ongekend hoge prijs van olie en de steeds verder verzwakkende dollar doen investeerders massaal overstappen op de relatief stabiele grondstoffen. Ook de 'gewone' belegger.
,,De wereldwijde investeringen in grondstoffen zijn van een paar miljard dollar tien jaar geleden toegenomen tot zo'n 150 miljard nu'', zegt specialist Hector McNeil van het Britse handelshuis ETF Securities. ,,En ik denk dat dit bedrag eind dit jaar richting de 200 miljard dollar gaat.'' Als aandelen slecht presteren op de beurs, zoals ook de laatste maanden het geval is, spreiden beleggers hun risico's en stappen onder meer in grondstoffen.
Beleggers zien van oudsher edelmetalen als goud en zilver als veilige haven bij onrust op de financiële markten en politiek onstabiele situaties. Maar de laatste jaren zijn ook andere grondstoffen in beeld gekomen. ,,Tarwe, koffie, soyabonen en suiker, maar ook zink en koper'', zegt zelfstandig financieel adviseur Marcel Tak. ,,Waar de prijs omhoog gaat, ruiken beleggers hun kans. En er was afgelopen jaar wel wat te verdienen. Veel grondstoffen zijn bijna verdubbeld in waarde.''
Grondstoffen zijn ook niet meer alleen het speelterrein van privébanken die daarin voor hun cliënten beleggen, fondsenmanagers, en hedgefondsen. ,,Steeds vaker zijn het privépersonen. Het gaat dan meestal om actieve beleggers die weten wat ze doen, want het is een volatiele markt'', zegt McNeil. Zo ging de prijs van tarwe vorige week nog met 25 procent omhoog doordat Kazachstan, een van de grootste producenten, liet weten de productie te verlagen. Ook de prijzen van maïs en rijst stegen de laatste dagen tot recordhoogten door beperkte voorraden en slechte weersomstandigheden. Daarnaast speelt concurrentie van de biobrandstoffenindustrie mee.
Het is sinds een jaar of twee dat grondstoffen, die vaak in een zogenoemd 'mandje' worden aangeboden, zijn ontdekt door de particuliere belegger. Volgens McNeil komt dit mede doordat de markt tegenwoordig transparanter is geworden. Beleggen in grondstoffen gaat op dezelfde manier als beleggen in aandelen. De particulier kan gewoon vanuit huis de bank bellen om stukken te kopen.


Aldus het ANP. Die twee jaar is intrigerend: er lijkt een opvallende samenloop tussen de agrarische prijzen en de mogelijkheid om vanuit de leunstoel thuis in een mandje te beleggen. Er is ruimte voor nader onderzoek naar de effecten van financiele speculatie op de reele agrarische markten.

maandag 10 maart 2008

bio moreel

Het lijkt wel of biologie en de evolutie-variant daarvan steeds meer te vertellen krijgt. Misschien wordt het toch wat met de biotechnologie. Nu is ook de filosofie niet meer veilig voor de evolutie-biologen.
Onze morele overwegingen over wat is goed of fout zouden net als de taal die we spreken functioneel van de omstandigheden afhangen. Liberale (in de Amerikaanse betekenis) mensen gaan uit van individualisme en confrontatie en die vertonen de juiste overlevingsstrategie in een stabiele omgeving met ruimte voor leren en reflectie, want de gevolgen voor de groep bij een meningsverschil zijn gering en de voordelen van afwijkend met iets nieuws komen zijn groot.

Maar als de omgeving instabiel is, om gemeenschappelijke actie en eensgezindheid vraagt, dan is conservatisme (ook in de Amerikaanse betekenis) de juiste strategie. Dit zou mogelijk zelfs het verschijnsle van zelf-opoffering voor een groep verklaren (zoals aan het front). Omdat de groep en niet het individu de bron van gedrag is.

En uit het onderzoekje blijkt ook nog dat liberale mensen die uitgaan van het individu vooral stress ervaren als ze zelf niet kunnen uitmaken wat goed of fout is. Conservatieven brenge ook meer tijd door met anderen, vooral ook met familie.

Wat me op het idee brengt dat de conservatieve trend in bv. de VS in de afgelopen tien jaar verklaarbaar is uit de grote veranderingen in de wereld.


The Economist: Human Evolution - moral thinking, 23.2.2008 Op de foto olijfolie opslag in Spanje

zondag 9 maart 2008

Wij groeien vast, in tal en last

Wij groeien vast, in tal en last - Een mooie verzuchting die al heel oud is, want de auteur was Joost van den Vondel.
Ik las het citaat in de nieuwste uitgave van Shell Venster, het PRblad van de oliemaatschappij. Ander opvallend nieuws in het blad: de oliereservers groeien nog steeds heel licht, en dat komt omdat oliereservers mee bewegen met de olieprijs: het is een economisch concept want een reserve is alleen een reserve als hij met bestaande techniek bij bestaande olieprijs winbaar is. Gaat de olieprijs omhoog dan is er ook meer winbaar, en komen er investeringen in nieuwe technieken zodat er ook weer meer winbaar is. En zo gaat Schoonebeek weer open.
Het blad is geen ja-knikker bij de eerste generatiebiobrandstoffen. Er wordt nog eens uitgelegd dat oliemaatschappijen met lange termijninvesteringen te maken hebben en daarom zo goed op trends en sociale inbedding letten. En in dat kader is er weinig duurzaams aan die eerste generatie. Een lobbyist namens de olieindustrie wil hogere energie-efficiency, zonne-energie, waterstof, hybride technologie en moderne transportsystemen. Allemaal meer brains per molecule. Biobrandstoffen verlengen juist het inefficiente huidige systeem. Point taken.

zuivelpolitiek

Nu we het toch over zuivel hebben (zie de blog van gisteren) ook nog een paar interessante citaten uit de Economist van 16 februari, waarin onder de kop "farm follies revisited" het beleid van de zuivelquota weer eens wordt gehekeld.

Het blad citeert Gerrit Meester (a Dutch farm official in the Hague) als zou de situatie onhoudbaar zijn: de EU handelt als een soort OPEC van de zuivelmarkt, met dien verstande dat de OPEC een veel groter marktaandeel had, en zelfs hun kartelvorming leidde tot de toetreding van nieuwe producenten.
Een niet met name genoemde Nederlander stelt ook nog even vast dat het quotum systeem nooit bedoeld was als pensioenerings-faciliteit, maar zo wel heeft uitgewerkt - doelend op de bedragen die boeren zonder opvolger incasseren.

Noordduitse boeren zitten in het kamp van de afschaffers van het systeem, maar de Zuidduitse denken daar anders over. En de Duitse politieke top heeft veel te verliezen in Beieren, waar de politieke basis (en mogelijk ambities) liggen. Wat Siem-Jan Schenk van ons eigen LTO doet voorstellen om de zaak maar af te ruilen: meer quota in ruil voor meer bergboerenpremies. Een logisch idee, in lijn met de theorie van de zelforganisatie en politieke economie, zo lijkt me.

En als uitsmijter The Economist zelf: "It is an EU rule that unintended consequences, left for a few years, fossilise into special interests". Afgezien van het feit dat deze regel ook buiten de EU geldt, is het een fraai geformuleerd inzicht. Maar wat doe je eraan?

zaterdag 8 maart 2008

op zuivelcursus

Deze week hielp ik dus een Wageningen Bussiness School cursus over de zuivelmarkten organiseren. Ook als organisator leer je van de keur van inleiders. Voor mezelf en voor de lezer noteerde ik wat opvallende punten:

De EU verliest duidelijk veel marktaantdeel in een groeiende markt. Dat was gesubsideerde export, en dat hebben we door de quotering niet weten te vervangen door ongesubsideerde export, hoewel dat best gekund zou hebben (als we de quota hadden verruimd). Nieuw-Zeeland, Australie en Argentine (kaas) winnen. Brazilie is van importeur exporteur geworden, vooral van volle melkpoeder, het product waarin melk internationaal wordt verhandeld.

Want water transporteren heeft niet zoveel zin. Overigens is transport nauwelijks een milieuprobleem. Het grote milieuprobleem van de veehouderij zijn extensieve systemen (waarin je milieu niet kunt fijnregelen) en ontbossing. En verder de welvaartsgroei die de vraag naar producten opdrijft - maar wie gaat de chinese kindertjes hun yoghurt ontzeggen?

Over de toekomst lopen de meningen zeer uiteen. De verwachtingen van deskundigen lopen uiteen van Himmelhoch tot zum tiefsten Betruebt. Dat heeft te maken met onduidelijkheden over de quota en effecten van de afschaffing. Ook de veevoersituatie is onduidelijk. Sommigen vrezen dat de EU zonder GMO-vrij voer komt te zitten, omdat de rest van de wereld GMO inmiddels wel omarmt. Ook over het effect van biofuel is er onduidelijkheid. Zelf denk ik dat de veevoerprijzen en daardoor de melk- en vleesprijzen omhoog gaan door de biofuel en dat dit effect wat geremd wordt door eiwit-rijk veevoer dat als bijproduct van de biobrandstoffen beschikbaar komt. Maar er zijn er ook die het tweede effect als misschien wel even groot als het eerste inschatten. De EU lijkt momenteel de marginale wereldproducent, dus bij uitbreiding van de wereldproductie zal de wereldmarktprijs de europese marginale kosten moeten volgen. Voor Nederlandse boeren kon dat wel eens leuk uitpakken, en echte ondernemers vonden de onduidelijke toekomst dan ook kansrijk: het geeft ruimte om te ondernemen.

Tot slot: Numico schat dat 40% van de ziekenhuispatienten in Europa zo slecht gevoed worden dat ze daardoor 6 dagen langer in het hospitaal moeten blijven en dat men een overlijdenskans heeft die 6 keer te hoog is. Er is dus nog veel onbenutte kennis.

Op de foto lokale melkverkoop af boerderij in Igls, Oostenrijk

vrijdag 7 maart 2008

social business

Je leest steeds meer over Social Business - Sociale Zaken. Een soort mengvorm tussen kapitalistische bedrijfsvoering en weldoenerij. Het lijkt twee invalshoeken te hebben: aan de ene kant het toepassen van bedrijfsmanagement in bijvoorbeeld ontwikkelingssamenwerking - net zoals dat eerder in public government gebeurde. De in ICT en finance rijk geworden amerikanen hebben daar een boost aangegeven.

En aan de andere kant vanuit een soort social corporate responsibility het opzetten van bedrijven waar de investeeerder afziet van dividend of rente, maar verder als een (non-profit) bedrijf gemanaged wordt. Vergelijkbaar met onderwijsinstituten of ziekenhuizen of woningbouwverenigingen maar dan ook vaak in de derde wereld. Met de eigenaar / investeerder als sponsor voor zijn opportunity cost van kapitaal. Kortom allemaal goed dat het gebeurt, maar economisch theoretisch niet zo schokkend.


Naar aanleiding van enkele boekrecensies in the Economist 23.2.2008; op de foto een muurdetail van de universiteit van Sevilla, voorheen de grootste tabaksfabriek van Europa en basis voor een opera van Bizet over ene Carmen.

ict en part time farming

An increasingly important feature of agriculture as an industry is that the production of agricultural commodities on family farms takes place in units that are operated by people who also engage in other activities (part-time farming). This differs among member states from 40% in Belgium, Ireland Luxembourg and the Netherlands, to about 80% in Greece, Spain, Italy and Portugal.
This quote from the EU's Scenar2020 study (carried out by LEI and ZALF), makes one wonder what the relation is between ICT and part-time farming. Is ICT adoption fostered by it (people learn to integrate it in their other activity), is part-time farming promoted by ICT (either because small farms are driven out of farming or it liberates them from work like the milking robot)? Any clues?

Deze tekst plaatste ik op SITAg, net als een tekst over robotisering in de landbouw, en verdere discussie daarover graag op die plek.

donderdag 6 maart 2008

Lijstje: Boer zoekt film

Inhakend op het succes van de TV serie ziet het Filmhuis Den Haag zijn kans schoon om van donderdag 6 tot en met woensdag 12 maart 2008 een programma vol films te tonen waarin het platteland, het agrarisch bestaan en de wisselwerking tussen mens, dier en gewassen op eigenzinnige wijze in beeld gebracht wordt.
Er zijn talloze goede films die een beeld geven van de [vermeende] omstandigheden op het platteland, al dan niet verpakt in een smeuïg verhaal. Het filmhuis selecteerde er een aantal en dat levert dus een lijstje op. Zie hun site. In volgorde van vertoning, met mijn favoriet op nummer 5:
  1. DE KERSENPLUK
  2. DE POOLSE BRUID
  3. FLANDRES
  4. GOUPI-MAINS ROUGES
  5. HET IS EEN SCHONE DAG GEWEEST
  6. KRAVA DE KOE
  7. MIFUNE´S LAST SONG
  8. ONDE BATE O SOL WAAR DE ZON BLAAKT
  9. PROFILS PAYSANS: L´APPROCHE (2000)
  10. VACAS
  11. Profils paysans: le quotidien

Nostalgie in nieuwe verpakking

De nostalgie naar de landbouw werd tot nu toe vooral onderhouden door de afbeeldingen van rietgedekte boerderijtjes in jaren vijftig stijl op de yoghurtpakken.
HP/De Tijd zet voor dit doel nu Oost-Europa in. Ik was afgelopen dagen op de Wageningse berg om een cursus over de zuivel en zuivelmarkten te helpen geven (wat overigens een boeiende gelegenheid was om met interessante mensen de Europese sector en zijn problemen door te nemen), en het gelijknamige hotel verwelkomde mij met een aantal bladen op de hotelkamer. Waaronder de HP/De Tijd uitgave van 1 februari met als cover In de Ban van de Boer. In het omslagverhaal grijpen Roelof Bouwman en Beatrijs Ritsema "Boer zoekt vrouw" aan om de hang naar het platteland te verklaren uit de behoefte aan natuur, authenticiteit en geborgenheid.
Tot mijn verbazing is het artikel geillustreerd met een foto over twee pagina's die overduidelijk in Oost-Europa is genomen: met de vork worden grote hopen hooi op een platte tweewielige wagen getast, met daarvoor een Belarustrekker (of iets soortgelijks Oosteuropees), op de achtergrond staan houten telefoon/electriciteitspalenmaar sommige kleding is echt niet uit de jaren vijftig.
Wat mij betreft is de foto van HP/de Tijd dus uit de verkeerde tijd - blijkbaar was er geen leuke kleurenfoto meer uit de jaren vijftig of zestig. En vooral uit de verkeerde plaats: er is helemaal geen hang naar de plattelandsbeleving vanachter het ijzeren gordijn.

Op de foto hierbij nostalgisch maisdrogen in Oostenrijk

woensdag 5 maart 2008

IT en bestrijdingsmiddelen

Een andere case die we in de Alpen bespraken (zie blog van gisteren) ging over de combinatie van ICT en het verkopen / gebruiken van bestrijdingsmiddelen. Het is een issue dat door BASF op tafel werd gelegd.
ICT en bestrijdingsmiddelen, zo is hun stelling, worden op dit moment te weinig geintegreerd ontwikkeld en toegepast. Het kan voor een bedrijf als BASF dus interessant zijn dit tot stand te brengen en een service provider te worden. Afgelopen jaren zijn deze bedrijven al overgegaan van generieke middelen naar productontwikkeling per gewasgroep, dus er is een opstap.
In Spanje had men heel profijtelijke ervaringen in aardbeien. Daar sluit BASF contracten af met de telers om een deel van het crop management over te nemen (tuinders vinden bestrijdingsmiddelen niet het meest interessante deel van de bedrijfsvoering) op basis van een winstdelings-contract. Men kan dan de Spaanse retailers garanties geven voor kwaliteit en veiligheid. Het doet wat denken aan de ontwikkelingen bij zaadverdelaars in de tuinbouw die ook proberen om in 1 keer consumenteninformatie te koppelen aan veredeling en zo de hele keten te regisseten.
Een boeiende ontwikkeling, dergelijke innovaties, die goed laten zien hoe het grootbedrijf verweven raakt met de primaire landbouw in ketens. En hoe organisatievormen daarvoor worden aangepast.

dinsdag 4 maart 2008

Watergebrek

De mens gebruikt 3000 liter water per dag, of wel een liter per kcal die we eten per dag. Nestle heeft zich de problematiek van water aangetrokken. De CEO maakte er bij de presentatie van de jaarresultaten een paar weken geleden gewag van en voorzag een slag om water met de biofuelproducenten.
Tegelijkertijd bediscussieerden wij in de Oostenrijkse Alpen ook de Nestle case. Hans Joehr, de agrarische topman van Nestle, lichte de case toe met one liners als: Saoedi Arabie raakt eerder zonder water dan zonder olie. Vrijwel nergens ter wereld betalen boeren de juiste prijs voor water (en soms ook niet voor elektriciteit waarmee het wordt opgepompd), met als gevolg dat ons eten te koop is en we problemen afwentelen op volgende generaties.
En vandaar dat Nestle een waterstrategie heeft ontwikkeld. We hadden een discussie of dit nu maatschappelijk verantwoord ondernemen is, en het ook gevolgen moet hebben voor de public relations en marketing in de WestEuropese markt (waar de problemen minder accuut zijn dan in de ontwikkelingslanden met een matige governance), in het bijzonder ook voor hun waterproducten. De conclusie onder economen was toch dat het vooral supply-risk management is: als men op de oude voet doorgaat is er in sommige streken straks geen productie en business meer. Dat telt zwaarder dan het ideele, ofwel business en duurzaamheid gaan hier zonder MVO al hand in hand.

Overigens: als je zelf wat aan de waterproblematiek wilt doen, kun je het beste maar water drinken zo vertelde de Nestle man: om een liter water bij de consument te krijgen is maar 1,4 liter uit de bron nodig. Voor frisdrank, bier (300 liter) en whisky is dat een veelvoud. Vooral in whisky en andere sterke drank gaat veel water - daarom krijg je er dorst van grapte een van de deelnemers.


P.Ederer en R. A. Goldberg: Nestle Water Management Strategy - a new competitve advantage; op de foto de Oostenrijkse Alpen met onduurzaam achtergelaten plastic hooibalen - waar is dat nu weer voor nodig?

zondag 2 maart 2008

Deens drijfzand

De basis voor de crisis wordt gelegd in de boom. Onlangs zat ik met wat onderzoekers onder de Poolse koffie te keuvelen of de huidige grondprijsstijgingen de kiem zouden kunnen zijn voor een asset-bubble. Vrijdag hoorde ik BNR over beleggen in landbouwgrond (met wat wijze woorden van mijn collega en gronddeskundige Jan Luijt).
Enfin het Agrarisch Dagblad meldde van de week dat de collega's van het Deense FOI de uitspraak hebben gedaan dat de Deense landbouw op economisch drijfzand staat. Hun redenering is als volgt:
Het gemiddeld bedrijfsresultaat (ik vermoed: inkomen) was in 2007 47.000 euro. Dat is toevallig precies het bedrag aan "ontkoppelde" subsidies, dus als die worden afgeschaft zit men op nul. Maar ook de prijzen van grond en gebouwen zullen dan dalen (met 20 a 25%). Een stijging van de rente met 2 a 3% zorgt voor een verdere daling met 30 a 40%. Het bedrijfsresultaat wordt door de hogere rentekosten 20.000 euro lager. En als de grondstoffenprijzen ook nog eens zouden dalen naar het oude niveau van voor de huidige boom dan drukt dat ook nog het bedrijfsresultaat met 37.000 euro en de onroerendgoed prijzen met 37%.
Als ik dat zo even op tel dan zitten we dus op een inkomen van minus 57.000 euro (grofweg een ton lager) en onroerendgoed dat nog geen een derde van de huidige waarde heeft. Zullen banken blij mee zijn. Die hebben daar in het Deense verleden overigens vervelende ervaringen mee, toe veel Denen in buitenlandse valuta leenden omdat die rente lager was (en van mening waren dat ze het valutarisico beter konden inschatten dan de markt).
Blijft de vraag hoe groot de kans is op zo'n doemscenario. Daarover meldt de krant niets. Velen zullen die kans laag inschatten. En als het gebeurt zullen de melkquota wel niet zo snel worden afgeschaft. Maar we kunnen niet meer zeggen dat het Deense LEI ons niet gewaarschuwd heeft.

zaterdag 1 maart 2008

2GMO

Misschien wordt het toch nog wat met GMO's in Europa. The Economist speculeert over de Next Green Revolution en het feit dat de eerste generatie GMO weinig voordelen voor de Europese consument bracht zodat de technologie gemakkelijk werd afgewezen. Maar een tweede generatie die wel voordelen voor burger en consument brengt in de vorm van specifieke varieteiten die gezonder zijn (obesitats bestrijding bijvoorbeeld) of die prijzen laag houden omdat ze met klimaatverandering rekening houden (droogte resistentie) zouden de stemming wel eens doen keren.
Ook interessant: in de derde wereld maakt GMO fors opgang en daarbij is er nogal wat piraterij door slecht geschermde intellectuele eigendomsrechten. De grote veredelaars zouden daar niet echt wakker van liggen. De eigendomsrechten zijn de motor van de ontwikkeling en net als bij software is het voordeel van illegaal (thuis)gebruik een lock in effect: gebruikers raken er gewend aan en stappen lastiger over naar de concurrent.

The next green revolution, The Economist 23.2.08. Op de foto de olijvenoogst, nog zonder GMO

achteraf



Achteraf is alles leuk - en daarom zijn we maar achteraf gaan wonen. Met dat thema kondigt Wilfrid Finkers (broer van) en consorten zijn cabaretvoorstelling in ons Dorpshuis van vanavond aan.
Maar achteraf in de polder stormt het vreselijk dus dit wordt een dag voor de belastingaangifte in plaats van voor het buiten zijn.

Donkere wolken rond de Torre del Oro in Sevilla