donderdag 30 december 2021

25 eilanden

Omringd door Water is de titel van een kloek boekwerk van Jan Bank en Doeko Bosscher dat afgelopen jaar verscheen bij Prometheus. Een pil van maar liefst 923 pagina's. De ondertitel omschrijft de inhoud: De geschiedenis van de 25 Nederlandse eilanden. 

De gepensioneerde hoogleraren geschiedenis hebben hun voorliefde voor eilanden vertaald in een mooi en boeiend boek. Met een (ex-)eiland per avond ben je mooi een maandje onder de pannen. En bij over de geschiedenis van onze Waddeneilanden, IJsselmeereilanden (van Kampereiland tot Pampus) en de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden. Van het ontstaan via de Middeleeuwen tot de meest recente gebeurtenissen. Relatief veel aandacht aan de impact van de wereldoorlogen en de kerkgeschiedenis. Dat leidt onvermijdelijk tot enige overlap (de Duitsers vallen overal binnen en de katholieken moeten in de Opstand overal het veld ruimten) maar hinderlijk is dat niet. 

In meer dan 900 pagina's zou het niet raar zijn als je wat fouten aantreft, maar ik heb ze er niet op kunnen betrappen, op eentje na: in het hoofdstuk over Kampereiland; daar wordt Ketelhaven in Overijssel gesitueerd, maar dat moet vermoedelijk toch Flevoland zijn - het ligt niet ver van Dronten. En als tegenhanger van de eerste verkaveling op Ameland had hier wellicht genoemd kunnen worden dat er een bijzonder verkaveling op Kampereiland is geweest die boerderijen in plaatste en daarmee anderen verkleinde in plaats van bedrijven vergrootte. Na afsluitdijk, zodat die niet op terpen staan. Maar de ruimte zal beperkt zijn geweest, ook bij zo'n kiloknaller van 923 pagina's. 

woensdag 29 december 2021

De nostalgie index 2021

Hier is hij weer: de jaarlijkse nostalgie-index die de behoefte aan een nostalgisch platteland meet aan de hand van de Top-2000 en in het bijzonder de plaats van Wim Sonneveld zijn evergreen Het Dorp. Het op Deurne gemodelleerde lied zakte 7 plaatsen naar plek 54en bevindt zich daarmee op de lange, licht dalende trend.. 

Het dorp moet worden gemoderniseerd en mocht het afgelopen jaar zelf besluiten over de plaatsing van windmolens of datacentra. Dat riep ook vraagtekens op en dus stond het jaar in het teken van de roep om meer regie op ruimte. Dat lijkt er met een nieuwe minister nog van te komen ook. Net als gebiedsprocessen die mogen besluiten of het dorp zich moet aanpassen aan de eisen van de tijd - en volgens sommigen: van de Randstad. Het dorp ligt in vergeten Nederland, zo constateerden sommigen het afgelopen jaar en zagen de BoerBurgerBeweging als een emancipatoir bewijs. De lichte daling is daarmee geenzins in strijd: wie denkt er nog aan het dorp en hoe het was?

dinsdag 28 december 2021

purperkoet


bij de blog van gisteren hoorde toch eigenlijk wel een fotootje van de vogel. \Hierbij een internetplaatje. 

maandag 27 december 2021

vogelen

 De vogelaars beleefden afgelopen dagen weer plezier aan het natuurgebied in de Eendragtspolder van Zevenhuizen. Woensdag stonden er ineens fotografen met grote telelenzen voor de tuin. En vervolgens nog dagen in het natuurgebied. Het blijkt om een Purperkoet te gaan. Nog zelden in dit land gezien, hij hoort op het Iberisch schiereiland thuis. Ook bij Alblasserdam is een exemplaar gesignaleerd, de vogelaars discussieren over dwaalgasten en ontsnappingen uit een volière. Een mooie vogel overigens. 

donderdag 23 december 2021

Column in Food+Agribusiness


 Bij Food- en Agribusiness verscheen vandaag mijn column. De laatste van dit jaar, dat ik vooralsnog zie als een jaar met belangrijke wijzigingen in het landbouwbeleid. Lees het hier.

maandag 20 december 2021

nieuwe Vork

 Dit weekend las ik de nieuwste editie van het onvolprezen blad Vork, dus ik maak even reclame. Drie verhalen boeiden mij het meest. Allereerst een goed achtergrond verhaal over genetische modificatie. Dat hebben we nodig om de veredelingstijden te versnellen in de race tegen droogte en ziektes, maar het ligt ook gevoelig (en is in Europa zwaar aan banden gelegd) na capriolen van wetenschappers met o.a. het schaap Dolly en de weinig succesvolle Leidse stier Herman en door het bedrijfsleven met RoundUp ready. De industrie wil de opvattingen kantelen, maar ziet, zo blijkt uit het verhaal, duidelijk op tegen een maatschappelijk debat. En of je het pleit gaat winnen met het voorbeeld van de sla die dan zorgt voor allemaal hamburger-proof gelijke slablaadjes vraag ik me af - hoewel het natuurlijk tot minder voedselverspilling leidt. Tegenstanders van gmo hebben meer met regeneratieve landbouw, maar dat blijkt volgens een andere rapportage een volstrekt ongedefinieerde term die misbruikt wordt voor greenwashing. 

Een tweede verhaal dat me boeide was dat van de kersverse dr. Mirjam Schoonhoven die in de vrij recente keten van zonnebloem-oliezaden in Oeganda ontdekte dat de handelsketens best efficiënt zijn en dat veel te makkelijk de ideologie van de coöperatie door westerse hulpverleners als interventie wordt toegepast. Rurale handelaren hebben een collecterende rol, van kleine dorpshandelaren tot grote regionale handelaren met tal van functies, ook rond kredieten en kennis. Dat kunnen heel efficiënte systemen zijn, zo weten economen. Coöperatie is een reactie op te hoge marges, veelal door samenspanning en monopolies in die markten, maar daar hoeft helemaal geen sprake van te zijn (zeker in de wereld van de mobiele telefoon waarin informatie snel stroomt tussen verre afzetmarkten en de boer) . Overigens meldt het verhaal in Vork niet of de onderzoeker ook de efficiency van de markt (en de margeverdeling) heeft gemeten. Misschien toch nog eens het Wageningse proefschrift lezen: Making institutions viable.

Tot slot een onthullende bijdrage over Gaia-X, de cloud-omgeving die de EU probeert uit te rollen om ons minder afhankelijk te maken van de dataopslag op andere continenten. Waarbij overigens Huawei en Google gewoon mee mogen doen, als ze zich maar aan de regels houden. De hyperscales van die partijen  worden dus niet meteen waardeloos. In Nederland rolt TNO het uit. Terecht bediscussieert het artikel of dit nu bijdraagt aan verdere data uitwisseling in de landbouw en voedselketens. Zelf heb ik ook de indruk dat boeren zich meer zorgen maken over wat er met hun data gebeurt en bij welke ketenpartijen die terecht komt dan de vraag in welke cloud die data zit. Gaia-X zal met killer-apps aan de man moeten worden gebracht, maar als apps al niet zo killing zijn (met goede voorwaarden voor dataverkeer) dat een boer een Amerikaanse server voor lief zou nemen, is de app vermoedelijk niet een killer (van het wanttrouwen) maar killing voor smart farming. Of wel, een boer koopt geen management pakket omdat het op een Europese in plaats van een Amerikaanse server draait. Wat nog niet wil zeggen dat een Europese cloud niet nuttig is. 

zaterdag 18 december 2021

Wormer

 De Wormer, oost van Alkmaar is een polder in het rijtje van de Beemster en de Purmer. Ingepolderd in de 17e eeuw. Er is nu een boek uit van Bart Middelburg: Van Neck aff met de son om - de geschiedenis van polder de Wijdewormer. Gisteren (17.12.2021) besprak René van Stipriaan het in de NRC onder de titel Corruptie in een 17e -eeuwse polder. 

De polder werd in de jaren 1623-1625 door een aantal, meest Haagse projectontwikkelaars droog gelegd, nadat vergelijkbare inpolderingen in de Beemster en Purmer een financieel succes waren. Ook Purmerend investeerde in de nieuwe polder en nam in de praktijk de leiding en nog eeuwen was het polderbestuur er oppermachtig. Er woonden maar weinig mensen, hooguit in sommige tijden 500. Er was wel een schooltje maar echte dorpen ontstonden er niet. Pas afgelopen decennia kwam er een uitbreidingswijkje van het net buiten de polder gelegen dorpje Neck. 

De start was niet eenvoudig. Er moesten tal van regenten worden omgekocht om de plannen door te drukken. Er ontstonden zo veel particuliere belangen die uit waren op snelle winst. Dat zat er niet in. In 1625, kort voor het droogvallen van de Wormer, braken de dijken en ontstond er meerwerk. In juni 1626 viel de polder droog en kon worden begonnen met sloten graven en de aanleggen van wegen. Boeren, met pioniersgeest konden een boerderij pachten. Maar de grond bleek minder vruchtbaar dan in de Beemster, met als gevolg dat veel boeren rijk aan kinderen maar arm aan geld waren. Het was zo erg dat de pacht soms lager was dan de polderlasten en in de 18e eeuw moesten eigenaren soms geld toebetalen om van hun grond af te komen: grondprijzen kunnen blijkbaar (door de polderbelasting) ook negatief worden. De economische crisis van 1672, de veepest van 1679, de watersnood van 1825 - het hielp allemaal niet.

Voor wie dus nog een boek zoekt voor de kerstlockdown: 320 pagina's voor 25 euro bij uitgeverij De Kring. 

dinsdag 14 december 2021

Industriestandaarden

Op Foodlog is er een leuke discussie over digitalisering en de rol van standaarden in het bepalen van wat duurzaamheid is. Mijn bijdrage: 

Vanuit de historische ontwikkeling een volstrekt logische nieuwe stap. Het begon immers bij de kruidenier waar de commodities ("een pondje suiker, een kilo meel") ergens vorige eeuw werden vervangen door merkartikelen (met monopolistische concurrentie als marktvorm). En de verzuilde kruidenier met eigen klanten door de retailers met een merk. Daarmee kregen voedselfabrikanten en retailers belang bij reputatie-management. 

Vervolgens kregen we de voedselveiligheidsschandalen (dioxinekippen, antivrieswijn, en bovenal bse) wat leidde tot GlobalGap en zijn tracing en tracking)., gevolgd door het verschijnsel dat we (en de ngo) niet meer alleen de overheid aanspreken op het stellen van eisen aan duurzaamheid van de productie, maar met name ook het grotere bedrijfsleven met zijn merken. Of het nu om kleding uit Bangladesh of China gaat of om Brabantse melk uit Braziliaans veevoer. Dat is wellicht een mooie aanvulling op de lokale omgevingsvergunningen die de neoliberale overheid liever niet inperkt.

Issue is dan vooral: wie checkt de standaarden. Als vanouds (net als bij wetgeving) denk ik dan aan de onderzoeksjournalistiek en de wetenschap. En dan doemt dezelfde vraag op als bij de algoritmes van de sociale media: hebben die journalisten en wetenschappers de juiste prikkels en genoeg toegang tot data om hun (correctie)werk te doen? Blijkbaar heeft Dick daar zorgen over.

En misschien een tweede issue: ontstaan er in die dedicated supply chains geen nieuwe afhankelijkheden waardoor bv. boeren of maaltijdbezorgers die geheel volgens recept van de standaard moeten werken nog genoeg autonomie hebben? Ofwel: hoe goed zijn de standaarden in de platform-economie als het gaat om deze arbeidscontractanten. 

zondag 12 december 2021

import van boeren

De knowhow van de Nederlandse landbouw en boeren heeft al eeuwen een zekere reputatie. Andere landen wilden er graag gebruik van maken, het 'call in the Dutch' gold niet alleen voor watermanagement. Een mooi voorbeeld levert een artikel in de NRC van dit weekend (Nathalie Hansen: Oranjegevoel op een Deens eiland, NRC 11.12.2021): in 1521 vond de Deense koning Chiistian II het tijd voor een nieuwe stap in zijn economisch beleid: hij nodigde 24 Nederlandse boerenfamilies uit om op Amager, een eiland net ten zuiden van Kopenhagen, te komen boeren. Store Magleby werd het Hollanderdorp. 

De Deense koning wilde van zijn land een handelsnatie (sic!) maken en keek dus naar de grootmacht in opkomst: Holland. En Hollandse boeren beschikten over handelsgeest en innovativiteit. Ze kregen het eiland met land en gebouwen als eeuwigdurend erfgoed en tal van privileges: geen belasting, eigen taal, school en kerk en eigen rechtspraak. Het bleef honderden jaren een gesloten gemeenschap. Aanvankelijk begrijpelijk omdat de Denen tenslotte uit hun huizen waren gezet ten faveure van de Hollanders. Maar toen daar in de 18e eeuw inteelt-verschijnselen optraden, moesten er wel gemengd worden getrouwd. De Denen namen ook de teeltmethoden over (zoals gebruik van zeewier naast de mest van vee en latrine-mest uit Kopenhagen) evenals de rituelen en klederdracht. Rijke Hollandse boeren kochten ook de arme Deense collega's op.  Amagen werd het gebied met kwaliteitstuinbouwproducten voor Kopenhagen. 

Intussen zijn we 500 jaar verder, reden voor een jubileumboek en een tentoonstelling in het lokale museum. Mooi uitje voor wie in Kopenhagen moet zijn. 

zaterdag 11 december 2021

In Food- en Agribusiness

Gisteren bracht Food- en Agribusiness ons opinieartikel over het toekomstperspectief bieden voor de boeren die blijven. Een bewerking van het persbericht van het Rli advies Boeren met Toekomst. Hier is het stuk. 

dinsdag 7 december 2021

Column over Ostrom


 Bij BoerEnBusiness verscheen weer een aflevering van mijn maandelijkse column. Dit keer over het werk van Elinor Ostrom dat nog altijd inspirerend kan zijn voor gebiedsprocessen. Zie alhier. 

maandag 6 december 2021

Albert Cuyp

Vanmiddag waren we in Dordrecht voor de tentoonstelling ter ere van de 400ste geboortedag van Albert Cuyp. In de 17e eeuw een lokale grootheid die riviergezichten en veestukken schilderde. Een van onze grootste landschapsschilders, die nog voortleeft in de bekendste Amsterdamse voedselmarkt. Maar die na zijn dood wat in vergetelheid raakte tot hij door de Engelse jet set werd ontdekt - de landed gentry kocht zijn schilderijen op. 

Interessant is het inzicht dat de onderwerpen van de schilderijen van Cuyp op zijn minst deels door de markt werden bepaald, en er dus in de 17e eeuw een markt was voor schilderijen die trots uitstraalden op de eigen stad maar ook op het landelijk gebied. De elite wilde blijkbaar pronken met het grondbezit en wat koeien, en dat past wonderwel in de theorie van Bas van Bavel die we hier eerder bespraken. 

En 100 jaar later storten de Engelsen zich op de modernisering van de landbouw, werden rijk op hun grootgrondbezit waar ze hun landhuizen lieten bouwen. Die wilden ook wel een stukje vee aan de muur want ze waren zeer betrokken bij hun bezit. De tentoonstelling meldt een aantal voorbeelden van modelboerderijen met zuivelbereiding, haast industriële ondernemingen. Turner, Constable en anderen waren als kunstenaar meer van het schilderen van licht geportretteerd en bouwden voort op Cuyp. Ook de barrons, knights en lords zullen daarvan genoten hebben, maar de rol van het vee was er blijkbaar ook. 

Mooie tentoonstelling, gaat dat zien. 

zondag 5 december 2021

Streken en letters

Afgelopen week las ik de Streekatlas NL, een mooi koffietafelboek van Martin Berendse en Paul Brood. Ze beschrijven de streken (regio's) die samen het huidige Nederland maken en gaan daarbij veel terug naar oude kaarten en Middeleeuwse toestanden. Mooi uitgevoerd en zeer leerzaam, niet alleen voor mijn huidige interesse in de voedseleconomie van de Middeleeuwen maar ook voor wie nog gebiedsprocessen in Nederland wil opzetten. Dan doet die identiteit van de oude regio's er toe. 

Je krijgt ook wat inzicht in oude termen en toevallig twitterde voedselhistorica Lizet Kruyff dat het woord hertog van het Duitse Herzog (als in Herzogenrath) komt, dat dan weer is afgeleid uit Herr en Zog, van leiding geven. Ik kon niet nalaten te antwoorden dat ik in de Streekatlas net had gelezen dat de chocoladerepen van De Baronie helemaal niet uit Breda kwamen (zoals voor de hand ligt want bij Meijerij denken we aan 's Hertogenbosch, bij Markiezaat aan Bergen op Zoom en bij de Baronie aan Breda). Maar dat het bedrijf uit Rotterdam komt en is opgericht door de naamgevers BArents, ROth en NIEuwenhuis.

Blijkt  vervolgens dat de Amsterdamse twitteraar en digitale verhalenverteller Rob Hoeijmakers de fascinatie voor afkortingen in merknamen deelt en uitzoekt. Hij kende de Baronie niet maar haalt per omgaande boven water dat het Schiedam zou moeten zijn in plaats van Rotterdam en dat het De Rot en niet Roth is. 

En zo leerde ik ook nog dat HERO limonade vernoemd is naar Henckell und Roth. Toch een leuk medium., dat Twitter. 

zaterdag 4 december 2021

Mondkapje

In Azië lopen ze al wat langer met mondkapjes dan hier. Misschien doordat ze zich meer bekommeren op het effect van hun eigen hoesten op de gemeenschap, ze zijn tenslotte veelal wat minder individualistisch. Of de luchtvervuiling is er erger dan hier. In het alleraardigste boekje Japan in honderd stukjes van Paulien Cornelisse las ik nog twee overwegingen. De ene is verlegenheid, zoals sommigen hier graag een zonnebril opzetten.

Maar in Japan bovenal het feit dat ongeveer 1 op de 5 mensen hooikoorts heeft van de Japanse Cederboom. Na de oorlog hebben de Japanners besloten veel van hun oerbossen te kappen zodat er de ceder kon groeien, die gaf meer hout. Ze hebben 4 miljard van die bomen geplant. Maar nauwelijks geoogst want inmiddels kwam het hout uit Zuidoost Azië. De oplossing zou natuurlijk zijn om terug te gaan naar het oerbos, maar men schijnt zijn kaarten te zetten op een ceder die geen pollen produceert. 

Leuk sinterklaascadeautje overigens, vooral ook voor wie er ooit is geweest. 

donderdag 2 december 2021

Boeren met toekomst

 


Bij de Rli schreven we het advies Boeren met toekomst. Vanochtend vroeg mocht ik het al toelichten bij BNR, NPO_Radio 1 en Omroep Friesland. Wie het zoekt en per ongeluk hier terecht gekomen is: je vindt het advies hier op de Rli website. 

dinsdag 30 november 2021

complottheorieën

 Aan mythes en complottheorieën in deze coronatijd geen gebrek. Voor wie daar over na wil denken, hierbij nog een leestip: het boek Stikvallei dat Frank Westerman in 2013 publiceerde bij De Bezige Bij. Ik kwam er eindelijk aan toe om het eens te lezen, de aanleiding was een andere: het is deze maand 40 jaar geleden dat we in een Lada Niva met een bevriende SNVer vanuit Bamenda de 300 km lange Ringroad in Engelstalig N.W. Kameroen afreisden. Met de klok mee via Wum en op bezoek bij Fons en langs de Fulani van de Grassfields.

Vijf jaar later zou het deel van de Ringroad bij het Nyos-meer rampgebied worden. Er kwam een gas vrij uit het meer waarbij vrijwel alles wat in de vallei leefde, het leven liet. Westerman maakte er al in de jaren 90 een VPRO radiorapportage over, en dat werd daarna dus het boek Stikvallei. 

Het begint met een mooie inkijk in de wetenschap: diverse deskundigen willen er als eerste zijn om een publicatie te scoren en vervolgens blijken er twee scholen met ieder hun eigen theorie te ontstaan. De wetenschap biedt dus geen uitsluitsel over wat er echt gebeurd is. En inmiddels heeft de bevolking zo zijn eigen geruchten: waarom waren de Israëli als eerste ter plekke (omdat ze een lift kregen van hun regeringsleider die net op staatsbezoek ging) en de Fransen daarna? Zou het kunnen dat ze het meer gebruikten voor het testen van een nucleaire bom? Geruchten die er bij de animistische bevolkingsgroepen met hun religies over geesten in meren en straffende voorouders ook nog wel bij konden. En nog extra aantrekkelijk zijn geworden nu de verhoudingen tussen het Frans- en Engelstalige deel van Kameroen een dieptepunt hebben bereikt. Life is larger than logic concludeert een van de aanwezigen met instemming van de auteur. 

Het boek was voor mij dus dubbel interessant. Allereerst omdat het je laat nadenken over mythevorming en complottheorieën als ook de rol van wetenschap daarin. Lees het alleen al daarom. Maar voor mij was het ook een herinnering aan een vakantie met fantastische ervaringen (het huisblad van de KLM heeft ooit het verhaal over onze bijzondere terugtocht vanuit Douala naar Brussel met Sabena  gepubliceerd - Such a bad experience never again heette dat toen in reizigerskringen, en de Lonely Planet heeft me in zijn acknowledgements in de jaren 90 nog enige tijd bedankt vanwege een verbeterde plattegrond van Bamenda). Toch de dia's nog maar eens opzoeken. 

zondag 28 november 2021

Van Gogh NP i.o.

Woensdag mocht ik in Eersel op de Vencomatic campus (mooi bedrijf) wat vertellen over verdienmodellen. Alle reden een paar dagen in Brabant te gaan wandelen en wel in het Van Gogh Nationaal Park in oprichting, voorheen ook bekend als het Groene Woudt. De Brabantse variant op het Groene Hart tussen de steden Tilburg-Waalwijk, Den Bosch-Rosmalen en Eindhoven-Helmond. De steden breiden zich uit naar buiten, het binnengebied wordt steeds meer natuur en recreatie. Het gebied van Kampina, ofwel de Kempen, een naam die teruggaat op de Romeinen.

Enfin wij wandelden de 14 vennenroute bij Oisterwijk, op het landgoed De Utrecht . Zo genoemd naar de verzekeringsmaatschappij die in 1899 de Heidemij inschakelde om de woeste gronden te ontginnen, er veel boerderijen stichtte en productiebos aanlegde en het laatste stuk in de jaren 30 maar woest liet, Het is nu in handen van rechtsopvolger asr. Het was het gebied van de bandieten van de Bockereijders die hun naam aan een leuk café gaven. En verder liepen we langs de Beerze (mooie middeleeuwse watermolen) en in de Loonse en Drunense duinen langs de Rustende Jager met iets verderop het bankje de Rustende Wolf, en de Brabantse Sahara. Allemaal aanraders, de meeste wandelingen waren van Natuurmonumenten. Komende dagen meer fotootjes.

vrijdag 26 november 2021

Paper in Agricultural Systems


Vers van de pers, een paper over digitalisering en landbouwbeleid. Twee jaar geleden organiseerde ETH Zurich een workshop met experts voor een scenariosessie. Het resulteerde in dit paper dat nu in Agricultural Systems is gepubliceerd. Open Acces, je vindt het hier.

zaterdag 20 november 2021

Opkopen, afwaarderen of een 25 jarig contract voor natuurinclusief.

 De blog van vandaag is een kopie van een post of Foodlog. Daar hadden we een discussie over de vraag of de overheid nu veel geld moet stoppen in het opkopen en afwaarderen van gronden en dus ook de grondmarkt met veel geld moet injecteren, of dat het ook anders kan. Ik sloot het wat mij betreft af met een samenvatting:

Onze gedachtewisseling overziend, denk ik dat het mechaniek wel helder is. We hebben als samenleving sommige milieu-issues jarenlang op zijn beloop gelaten, cq. er dienen zich met de klimaatafspraken versneld nieuwe aan en daarvan kun je de kosten niet allemaal afwentelen op boeren of grondbezitters. Dus is een groot programma gewenst.

Daarbij zal op tal van pekken (met name rond N2000 gebieden en in de veenweide) een extensiever grondgebruik nodig zijn (omdat met techniek niet alles lukt). Extensiever wil niet zeggen dat er niets meer kan, de emissie hoeft ook niet naar nul. Frans heeft wat voorbeelden gegeven van wat er dan nog wel kan, en dan is de Lely Sphere nog buiten beeld gebleven. Dus bedrijfsprocessen moeten anders, maar dat wil niet meteen zeggen dat die activiteit niet meer kan (bv. melkvee in veenweide) laat staan dat een bedrijf moet stoppen, een bedrijf kan ook andere activiteiten ontplooien.

Dan zijn er in het proces twee uiterste opties, en de oplossing zal wel in een gemengd model liggen afhankelijk van de situatie. Het ene is de door Frits nog eens uitgelegde methodiek van BBL met opkopen van grond en weer uitgeven in pacht met natuurpacht-achtige condities of terug verkopen met een kwalitatieve verplichting . Herman stelt daarbij waarderingsproblemen aan de orde, mij lijken die mee te vallen. Ik heb in afgelopen 15 jaar drie maal een taxatie van gronden van dichtbij meegemaakt (vrijwillige kavelruil, verkoop via taxatie, erfeniskwesties) en ben wel onder de indruk van de gedegen beargumentering van agrarisch taxateurs over de grondwaarde van een perceel (afgeleid uit kadaster gegevens, met grote kennis van grondbemonstering, ontsluiting etc). En uitgeven lukt nu ook bij natuurpacht en je kunt natuurlijk ook altijd potentiele kopers of pachters laten bieden.

De andere mogelijkheid is dat je niet opkoopt / onteigent, maar meteen een kwalitatieve beperking oplegt, en boeren daar komende 25 jaar voor compenseert met een betaling per jaar die de schade van die beperking vergoedt. Je zou dat een contract voor natuurinclusief boeren kunnen noemen, of bij veenweide Boeren met verminderde CO2 uitstoot. Dat moet dan natuurlijk een 25-jarig contract zijn dat bij grondverkoop mee overgedragen kan worden (zoals bij ruilverkavelingsrente) of dan kan worden afgekocht door de boer. De hoogte van die schade is misschien lastiger vast te stellen, maar het lijkt me dat daar wel aan kunt rekenen: je weet hoeveel kVEM er nu gemiddeld van zo'n ha komt en hoeveel in de nieuwe situatie, en wat de kosten zijn van additionele drijfmestafvoer als je die niet meer op die percelen mag aanwenden. Voor stallen geldt dan eventueel de verplaatsingskosten of de kosten van uitstoot-reductie.

Ik heb de indruk dat de eerste mogelijkheid nu in discussies nogal domineert. De tweede mogelijkheid zou m.i. meer serieuze aandacht verdienen: je stopt niet in 5 jaar tijd een enorm bedrag in de grondmarkt, wat voor een deel elders weer grondprijzen doet opjagen (vervelend voor jonge boeren) en zo aanzet tot intensivering, Boeren kunnen hun grond houden en je hebt mogelijk minder onteigeningsprocedures etc. En je ontwikkelt sneller nieuwe bedrijfssystemen die meer natuur-inclusief zijn. Misschien blijft er bij pachtboeren ook meer bij de boer hangen, bij opkoop gaat mogelijk meer naar de grondeigenaar (tenzij je dat goed regelt, daar mag ook wel even over nagedacht). En je hebt een minder grote overheidsgrondbank nodig.

Maar toegegeven: economen hebben een bias in het kijken naar oplossingen waarin de markt (en dus de boeren met hun gebiedskennis) zelf een grotere rol speelt dan veel op de overheidskaart te zetten..

Al met al zullen beide opties wel aan de orde zijn, maar het lijkt me dat de politiek de voor- en nadelen van beide goed voor ogen moeten hebben. Het lijkt om veel geld te gaan... (niets is zo gevaarlijk als een overheid met gratis geld, zo twitterde iemand vandaag).

dinsdag 16 november 2021

het varken

Een boeksignalering: de Noor Kristoffer Hatteland Endresen, historicus en schrijver, publiceerde het boek Het Varken (Atlas Contact). Het is een vertaling uit het Noors, het orgineel heet Litt som oss, wat zoets betekent als Een beetje zoals wij, waarmee je weer ziet dat het Noors/Deens en het Engels best wat gemeen hebben.

Onder de titel  Het varken is niet meer wat 't geweest is publiceerde Gemma Venhuizen in de NRC van gisteravond (15.11.2021) een vraaggesprek met de auteur. De schrijver stelt dat het brein van het varken nu kleiner zou kunnen zijn dan vroeger, want het is minder hard nodig in de gedomesticeerde vorm dan toen het dier nog in de bossen zijn voedsel bij elkaar moest scharelen. Akeren heette dat, zo las ik toevallig juist bij B. Slichter van Bath, die ik aan het herlezen ben omdat ik me in de Middeleeuwen verdiep. Varkens stonden toen nog dichter bij het wilde zwijn, ze waren harig, snel en winterhard. Tot ver na de middeleeuwen kon je ze zonder oefening nauwelijks onderscheiden van wilde zwijnen, zo meldt de schrijver. Op een eilandje bij de Amerikaanse staat Georgia zijn ze nog te zien. 

Maar vanaf de 16e eeuw werden de bruine of roze varkens steeds meer gekruist met Chinese zwarte zwijnen., die vetter waren. Exit slanke en snelle oervarkens. Daar komen ook de grotere donnkere vlekken op varkens vandaan. Begin 20ste eeuw vonden de Denen het huidpigment onsmakelijk en selecteerden allen lichtroze dieren en die werden even dominant als de Denen zelf in de fokkerijwereld. Ook de varkensharen verdwenen. In de stallen was de vacht niet meer nodig (sterker: nadelig in de zomer want varkens hebben geen zweetklieren) en toen de varkensharen ook niet meer in borstels verwerkt hoefden te worden omdat nieuwe (kunst)materialen opkwamen konden die er ook af. 

maandag 15 november 2021

vegetarianisme

 

Het magazine van de Volkskrant van afgelopen zaterdag recenseerde het restaurant De Kop van 't Land, op het eiland van Dordrecht en al decennia vegetarisch. Aanleiding voor de schrijver om een aparte kader op te nemen met een alleraardigst citaat:

"Als er iets in de mode is, dan is het wel het vegetarianisme " Alleraardigst omdat het citaat uit De Telegraaf komt en uit 1900. De levenswijze was uit Duitsland komen overwaarien want in Berlijn waren eind 19e eeuw al tientallen vegetarische restaurants, bezocht door "vrouwen die medicijnen of sociologie studeren en zich wensen te emanciperen, socialisten en volgers van dr. Kneipp". Het eerste Nederlandse vegetarische restaurant was Pomona in de Nieuwstraat in Den Haag. Het zou later opgaan in het Parkhotel. Het werd in 1899 geopend door een groep dames als uitvloeisel van de Tentoonstelling van Vrouwenarbeid. 

bron: Hiske Versprille - Vroege Vega's in: Volkskrant Magazine, 13.11.2021

zondag 14 november 2021

De onzichtbare hand

Een aanrader: het boek De Onzichtbare Hand van Bas van Bavel. Niet helemaal nieuw, het is al een tijdje uit en is bovendien een vertaling van zijn Engelstalige publicatie. Maar daarom niet minder interessant. Het gaat, zoals de ondertitel al aangeeft, over "hoe markt economieën opkomen en neergaan". 

Zijn theorie is dat er vier fasen zijn in een markteconomie.  Hij onderbouwt die met intrigerende voorbeelden uit achtereenvolgens Irak, Italie en de Nederlanden. Met ook nog een toepassing op de Europees-Amerikaanse tijd vanaf de industriële revolutie. Zijn fasen en de kenmerken:  

1.       Open Samenleving

a.       Sociale opstanden die macht van hofstelsel ed afbreken; leiden tot toenemende vrijheid en zelforganisatie van gewone mensen. Feodalisme en horigheid verdwijnt.

b.       Voornamelijk nog allocatie (toewijzing) van grond, kapitaal, arbeid via feodale instellingen naast goed ontwikkelde product (output) markten

c.       Innovatie, levenstandaard en steden groeien

d.       Groei van markt van grond en arbeid op basis van open instituties.

2.       Dominante markten

a.       Markten vormen dominante mechanisme in de toewijzing van grond, arbeid en kapitaal, terwijl ander systemen als gilden en gemene gronden worde weggedrukt via staatsmacht

b.       Groei economie

c.       Door ondermijnen van de associaties van gewone mensen worden waarden als wederzijds vertrouwen, samenwerking en gelijkwaardigheid verdrongen door marktwaarden

3.       Toenemende ongelijkheid

a.       Financiele markten groeien, factormarkten volledig dominant

b.       Nieuwe ongelijkheid komt op, niet door erfrecht of feodale macht maar door marktmacht. Concentratie vermogens.

c.       Stagnatie levensstandaard. Gewone man profiteert niet meer van de groei.

d.       Burgers en staten meer afhankelijk van marktelites door financiering

e.       Economische ongelijkheid wordt omgezet in politieke: marktelites kopen politieke en militaire macht.

4.       Neergang

a.       Rigide sociale hiërarchie

b.       Wordt aantrekkelijker voor elite om te investeren in niet-rendabele (status)activiteiten als kunst en architectuur.  En te beleggen in nieuwe markten elders

c.       Financiële markten raken gescheiden van reële economie. Levenstandaard gaat dalen

d.       Vermogensongelijkheid en bbp pieken.

e.       Markt elite wordt feodaler en zet macht in om nog rendement uit activiteiten te persen via dwang (rasphuis, slavernij, kolonisatie).

f.        Burgermllities worden vervangen door betaalde soldaten

g.       Toegang tot politieke ambten en burgerparticipatie neemt af. Erfelijkheid, Heren17

h.       Er ontstaan wel sociale revoltes maar worden gemakkelijk neergeslagen door huurlegers. Bieden geen alternatief.

i.         Economie stagneert en raakt in verval.

donderdag 11 november 2021

Bij den NCB

Gistermiddag was ik te gast in Gemert, bij de ZLTO die de 125-jarige herdenking van de oprichting van haar rechtsvoorganger, de NCB, vierde. Een genoeglijke middag met veel bekenden. Eus deed de interviews en de uitsmijter was een reincarnatie van de roemruchte Pater van den Elsen (met een s, en niet met een z zoals ik per ongeluk op Twitter meldde).   Dat was lachen, zo aan de vooravond van de 11e van de 11e kan dat toch alleen in het Zuiden. Hoewel er veel ernst in zijn toespraak zat over de huidige situatie waarin boeren in de defensief zijn, Van reactief naar verbindend vooruit, zo benadrukten verschillende geïnterviewden. 

dinsdag 9 november 2021

Bij de VLB

 


Gistermiddag gaf ik 2 uur college voor assistent-accountants van de VLB die zich verder bekwamen in ondernemerschap en bedrijfsadvisering. Over enkele landbouweconomische concepten die veel verklaren en over de trends waarin de landbouw zich bevindt. Voor wie me volgt weinig nieuws, ik gebruik die slides in soms wat aangepaste vorm al een jaar in het onderwijs en voor lezingen, voortbordurend op mijn afscheidsrede van WUR. Maar er blijkt steeds vraag naar. Slides staan op SlideShare.

zondag 7 november 2021

Infra voor elektrisch

 Collectieve infrastructuur wil nog wel eens de bottleneck zijn voor vernieuwingen. Een elektrische auto is 1 ding, een netwerk van laadpalen voor wie door Europa reist is misschien wel de echte bottleneck. Dit is geen recent voorbeeld. The Economist van vorige week (30.10.2021) komt in zin rubriek Graphic Detail met dit voorbeeld van ruim 100 jaar geleden

In het Amerika van voor de roaring twenties was er een behoorlijke concurrentie tussen elektrische auto's en benzineauto's. Ja ook toen al. De elektrische voortuigfabrikanten maakten reclame met rijkere vrouwen die het schone karakter, de afwezigheid van uitlaatgassen en het gemak van rijden aanprezen.  Maar in de jaren 1900- 1910 verloor de EV het van de benzineauto. Veelal wordt dat geweten aan de hogere kosten en de beperkte afstand die de auto's konden afleggen. Maar een paper van Josef Taalbi en Hana Nielsen (ook al van Lund University) denkt dat dit vooral kwam door gebrek aan infrastructuur, in dit geval goede wegen waardoor de batterijen goed bleven werken.

De auteurs bekeken 37.000 automodel-jaarcombinaties en het blijkt dat de benzine en elekrische variant van een model vaak hetzelfde waren geprijsd. Dat lijkt dus geen verklaring. Rond 1910 konden de elektrische modellen 145 km afleggen zonder van batterij te wisselen. Als dat het probleem was geweest hadden er net zo makkelijk batterij-wisselsystemen opgezet kunnen worden als benzinestations en paardenwisselstations voor de postkoetsen. 

De auteurs keken daarom naar de marktaandelen per lokatie. In regio's waar de wegen van goede kwaliteit waren en de elektrische energievoorziening op orde, kwamen de meeste EVs voor. Maar in plattelandsgebieden waar de wegen niet altijd waren geasfalteerd en de elektrificering ver achterliep, kocht bijna iedereen benzine. Daar was men al aan bezine gewend voor de motoren (en tractoren) op de boerderij. 

Als men in 1902 had kunnen beschikken over de hoeveelheid elektriciteit van 1922, dan zou in 1920 71% van de auto's een elektrische zijn geweest, en er door auto's 44% minder CO2 zijn uitgestoten. Alleen de lange afstandsrijders zouden voor benzine hebben gekozen. Les voor vandaag: zorg snel voor goede infrastructuur. 

zaterdag 6 november 2021

Introductie steenkolen voor textielclusters

De Conferenece of the Parties (COP) vergadert deze weken voor de 26ste keer over het klimaat, in Glasgow. Uit alle stukken pak ik dit weekend twee aardige inzichten die ik in relevante artikelen tegen kwam, beide uit The Economist van 30 oktober.

De eerste gaat over de stoommachine die er voor gezorgd heeft dat we aan steenkolen zijn verslaafd. Wat ik niet wist is dat de eerste stoommachines helemaal niet zo concurrerend waren in energieprijs. Ze werden vooral binnengehaald vanwege  een clustereffect: daardoor konden de textielfabrieken uitbreiden op de plek waar ze stonden en hoefden ze niet te worden verplaatst naar gebieden waar nog (water)energie was. 

Het idee dat de stoommachine meer energie aan de industriele revolutie leverde dan water, is onjuist, dat gold pas vanaf hat eind van de 19e eeuw. Andreas Malm van de Universiteit van Lund (Zweden) heeft in zijn boek Fossil Capital (2015) aangetoond dat er nog een heleboel potentieel zat in waterkracht toen steenkolen rond 1800 begonnen te domineren. Naar schatting werd maar 10% van het potentieel in de Engelse Midlands gebruikt. Er waren ook nog tal van vernieuwingen in de oude technologie van het waterrad en ze hadden voordelen (zoals niet ontploffen). 

Maar het voordeel van stoom was dus dat je de fabrieken kon uitbreiden waar ze stonden. Geschoold personeel hoefde niet te verhuizen, de baas niet te reizen. Er er traden agglomeratie-effecten op in die grote steden (maar dat bleek pas later, dat zal voor de investeerders geen grote rol hebben gespeeld). Maar dat was wel goed voor de ontwikkeling van de stoommachine en die kon daarna ook voor transport worden ingezet (rail, stoomschepen). 

De stoommachine is dus niet de start van de industriële revolutie, maar heeft hem versneld. niet door goedkope energie, maar door clustervoordelen op te roepen. 

bron: Economist, Special report Stabililsing the climate, 30.10.2021

donderdag 4 november 2021

Terug naar Jorwert

 Nieuwe maand, nieuwe retro-boekbespreking voor BoerEnBusiness. Dit keer over Geert Mak en Jorwert. Zie alhier.

aardappeleters

 

Op Twitter circuleerde een grafiekje waariut blijkt dat aardappelen veel milieuvriendelijker zijn dan rijst of pasta, ook als je de wat hogere emissie bij de bereiding meeneemt. En naar aanleiding van een special in The Economist over de innovaties in voedsel, meldt een briefschrijver de uitgave van 30 oktober dat Frederik de Grote van Pruisen verordineerde dat de inwoners aardappelen moesten telen. Maar dat werkte niet. Mensen klaagden dat dit voedsel zo slecht was dat zelfs de honden er geen brood van lusten. Frederik ging over op wat je nu de Tesla-methode zou kunnen noemen: hij verordineerde dat de aardappel een koninklijke groente was die alleen in zijn tuinen bewaakt door soldaten mocht worden geteeld. Al snel werden er aardappelen gestolen en door boeren geteeld. Status werkt. De briefschrijver raadt de huidige royals aan hier een voorbeeld aan te nemen als het gaat om insecten. 

zondag 31 oktober 2021

Vreemd eten

 

Een boeksignalering: Over vreemd eten. The Economist van 23.10.2021 bespreekt Eating to Extinction van Dan Saladino. Het thema is de snelle teruggang in de diversiteit van het menselijk menu in de laatste eeuw. In een 2500 jaar oud Deens veenlijk werd de laatste maaltijd van een man gereconstrueerd: een pap van gerst, vlas en 40 verschillende planten. In Oost Afrika bedient een jager-verzamelaarsvolk zich nog van 800 soorten planten en dieren. Inmiddels krijgt de mens 75% van zijn calorieën uit 8 gewassen: rijst, tarwe, mais, aardappelen, gerst, palmolie, soya en suiker. En ook daarbinnen vermindert het aantal variëteiten: Foodlog meldt toevallig dit weekend onderzoek van een team olv Colin Khoury (San Diego Botanic Garden) dat sinds 1900 75% van de diversiteit aan voedselgewassen is verdwenen en bijvoorbeeld het aantal rijstvariëteiten in Thailand terugliep van 16.000 naar 37. De wereld wordt door globalisering homogener, en dus ging Saladino ook opzoek naar vreemde zaken die mensen eten. 

zaterdag 30 oktober 2021

De conceptkip en de ketenorganisatie.

Mijn column in Food & Agribusiness ondervond nogal wat weerklank, althans is breed gedeeld op Twitter. Dezelfde krant had gisteren, vrijdag 29 oktober, ook een mooie analyse van de structuurveranderingen in de Europese pluimveeindustrie.

Door corona en het sluiten va de horeca versnellen die ontwikkelingen naar meer gesloten ketens. Elders in de wereld zie je veel integraties, hier sluiten zich nu ketens in dedicated supply chains. De bestedingen verschoven naar de retail, en daar zijn in noordwest europa de concept-kippen nu een belangrijk fenomeen. Die vragen om meer afstemming in de keten. Ook omdat de concepten vaak nationaal zijn en je dus samen het volume moet beheersen omdat je teveel geproduceerd vlees internationaal alleen anoniem op de commoditymarkt tegen lagere prijzen kwijt kunt (en wie betaalt dan het verschil?). De gesloten concepten werken voor de boer zoals een integratie: hij hoeft niet meer te onderhandelen over voer, afzet en kuikens. 

Die ontwikkeling zet door: per 1.1.2023 hebben Nederlandse retailers alleen Beter Leven Keurmerk in de schappen. Omdat die meer ruimte nodig hebben in het hok, neemt de productie ook af (en mogelijk wordt de vraag wat geremd omdat ze duurder zijn?) Er zijn schattingen van minstens 20% daling van volume. 

Verschillende slachterijen die een standaardkip leverden aan de horeca of voedingsmiddelenindustrie zijn in problemen gekomen en overgenomen of failliet. Dat segment moet het hebben van schaalgrootte (lage kostprijs) en die afzet aan de horeca en food service. Deze productie lijkt zich meer in Polen te concentreren waar de kosten lager liggen. Waarmee de Europese sector als enige veesector nog wel groeit. Deskundigen verwachten dat het nog wel even duurt voor ook de concept-kip in Zuid- en Oost-Europa opgang maakt. 

 Norbeert van der Werff: Europese vleeskuikensector is in transitie. F&Abusiness, 29.10.2021

donderdag 28 oktober 2021

Farm to Fork

 


Bij Food & Agribusniess verscheen vandaag mijn column met kanttekeningen bij alle discussie over de Farm to Fork strategie. Zie alhier.

woensdag 27 oktober 2021

Paper uit MEF4CAP over AO

Dezer dagen verscheen ons eerste paper uit mijn laatste EU project, Monitoring and Evaluation for the Common Agricultural Policy (MEF4CAP). Over de administratieve organisatie van boeren: hoe lopen de data stromen en waarom zijn ze niet beter geïntegreerd. En wat gaan we er aan doen? In het Journal on Food System Dynamics. Open Access. Hier is de link. 

zondag 24 oktober 2021

Marktkundige inzichten

 In plaats van hier een stukje te schrijven, deed ik dat vanochtend op Foodlog. Daar was nl. een hele discussie uitgebroken over de verschillende opvattingen inzake de werking van de keten en de rol van LTO resp. FDF. Zie aldaar. 

Een stukje van een bijdrage leg ik ook hier vast als appetizer. Omdat het misschien nog eens te herebruiken is. 

Economen leren studenten dat een prijs tot stand komt met vraag en aanbod, veelal veel vragers, veel aanbieders met een standaardproduct. Bekendste voorbeeld: de groenteveiling van komkommers of witte kool. Ga kijken in Broek op Langedijk.
Het model dwingt aanbieders (die tegen elkaar worden uitgespeeld) en vragers (idem) tot efficiency in de productie resp. retail. Die efficiency komt deels uit innovatie en deels uit schaalgrootte (en innovatie in arbeidsproductiviteit leidt vaak tot schaalvergroting).

Wat we er vaak niet bij vertellen is dat wie een been buiten de school of universiteit zet, zal zien dat dit model zelden voorkomt of althans niet het dominante is - het is vooral handige theorie. Er zijn allerlei andere archtypes. Zoals de integratie die we kennen in de kalverhouderij en de Amerikaanse intensieve veehouderij. In de textiel noemen ze dat een putting out system: de ketenregisseur zorgt voor kalf, voer, afzet, de boer heeft een contract dat zijn arbeid en vaste kosten vergoed met een prikkel voor efficiency en kwaliteit. Die boer is net zo goed ondernemer dan de man die zo'n contract heeft voor 3 Starbucks-koffieshops als franchiser.

Een van de marktkunde-modellen die tussen die twee uitersten inzit is die van de relationele-samenwerking. Daarbij is de markt niet een onderhandeling over de prijs als zero-sum gain (Jumbo 3 cent marge inleveren, boeren 3 cent erbij), maar een samenwerking om te zien of je samen de waarde met 3 cent kunt vergroten.

In een lezing bij LTO over dit onderwerp gaf ik het volgende voorbeeld: als je dus leest dat de topman van Danone naar net-zero wil in klimaat, dan bel je hem op en vraag je hem langs te komen als hij toch weer naar dochter Nutricia in Zoetermeer komt. En je ontwikkelt voor het Groene Hart een bedrijfssysteem met een hoger waterpeil, minder ammoniak, methaan en CO2 uitstoot, meer biodiversiteit en maakt hem daar lekker mee. Zodra dat idee staat reken je samen uit dat dit pakweg 8 cent duurdere melk betekent, wat op de ziekenhuiszuivel van Nutricia met hun marketingkracht hopelijk te verkopen is, en maakt een deal voor een dubbeltje.

Dat is een model van dedicated supply lines wat je in andere industrieën wel ziet: omdat Airbus niet alles van motoren kan weten, laten ze dat aan Rolls Royce over en bouwen samen een nieuw type vliegtuig.
Of in termen van transitie: toen na het RSV schandaal de scheepsbouw vertrok uit NL verdween er een bedrijfstak naar Korea, zo leek het. Ik weet niet hoe het nu is maar voor de 2009 financiële crisis bouwde Nederland meer schepen met meer medewerkers en met een hogere toegevoegde waarde dan in de gouden tijd van de grootschalige scheepswerven. We hebben ons gespecialiseerd in speciaalbouw van defensieschepen, coast guard en visserijschepen en voor grote jachten met gouden kranen en helikopterplatformen voor rijke ICTers en Arabieren. Niet omdat we zo goedkoop zijn in casco's (dat doen ze Korea) maar omdat we (soms rare) wensen van klanten kunnen vertalen in een mooi product. En goed zijn in ontwerpen van nieuwe systemen.

donderdag 21 oktober 2021

Van Jorwerd naar Jorwert

Ik blogde hier afgelopen weken al over een interview van Geert Mak in de NRC en over de analyse van de Groene Amsterdammer over de teruglopende voorzieningen op het platteland. In Binnenlands Bestuur van 1 oktober krijgt Mak de ruimte om ook nog eens zijn visie op het platteland te ontvouwen. Wat samenhangt met het feit dat het precies 25 jaar geleden is dat het boek uitkwam. Er is een nieuwe uitgave van de Europese bestseller, waarin Jorwerd nu met een t wordt geschreven (het Fries heeft het van het Nederlands gewonnen), met nawoord. 

"Dat Jorwert met zijn boerenhuizen, monumentale pastorie en de kerk uit elfhonderdzoveel niet alleen dat gezellige Swiebertje dorp is, werd 25 jaar geleden pijnlijk duidelijk". zo schrijft het blad. Het boek "dat de stille revolutie op het platteland beschreef. Toen de machines kwamen, de subsidies en de banken, en wat er, als gevolg daarvan, allemaal verdween. God, ja maar in diens voetspoor ook de winkels, de scholen, de boerencultuur. De leefbaarheid op het platteland bleek zwaar onder druk te staan en vrijwel niemand, ook niet in bestuurlijk Nederland, die het zag."  Aldus Binnenlands Bestuur.

Nu heb ik me altijd wat geërgerd aan dat 'als gevolg van', omdat ik denk dat hier niet de modernisering van de landbouw het probleem was, maar ook de schaalvergroting in bv. de detailhandel. Leeuwarden was gewoon te dicht bij. 

In het interview moet de keten het ontgelden, die heeft de boer in de klem, het is een vesting van belangen. En het Malieveld noemt Mak een Landbouw-RAI gefinancierd met investeringssubsidies en belastingaftrek. Mak ziet in Frielsand de problematiek van het sluiten van de mijnen, zoals in Engeland.  Daarentegen is hij milder over de dorpskern, daar is de sanering blijkbaar gestopt. Hoewel de lagere school inmiddels ook dicht is en veel was al weg. "In Jorwert kun je ook geen bakker hebben, daar is het dorp domweg te klein voor. In omliggende kerndorpen zijn de voorzieningen redelijk op peil gebleven". En Jorwert is nu heringedeeld bij Leeuwarden, waarvvan Mak het gemeentebestuur  en ambtenarencorps stukken beter vindt. En minder vriendjespolitiek. 

Maar al met al laat het bestuur het landschap naar de 'gallemiezen'' gaan. Wat inmiddels in een volgend nummer van BB leidde tot een reactie van de burgemeester van Opsterland. 

woensdag 20 oktober 2021

Nobel economie

Vorige week werd de Nobelprijs voor de Economie toegekend aan drie economen die analyses met natuurlijke experimenten populair hebben gemaakt, en methodisch hebben verbeterd. Het kreeg de nodige aandacht in de Nederlandse kranten omdat een van de drie, Guido Imbens, een op Stanford werkzame Nederlander is. Het betreft vooral onderzoek op de arbeidsmarkt.  Natuurlijke experimenten hebben er voor gezorgd dat het fundamenteel economisch onderzoek ook wat empirischer is geworden, een goede zaak. In de landbouw zou er misschien ook wel meer mee kunnen gebeuren. Overigens is er een voorbeeld in het Wageningse proefschrift Boer en Bedrijf van Zachariasse uit begin jaren 70 dat je met terugwerkende kracht wel de analyse van een natuurlijk experiment in de Noordoostpolder zou kunnen noemen. Terwijl deze stroming eigenlijk pas uit de jaren 80 en 90 is. 

maandag 18 oktober 2021

Randstad en Randland

Een nog boeiender verhaal in de Groene Amsterdammer (zie blog van gisteren) is dat over de afname van de regionale voorzieningen. Coen van de Ven schreef "Hoe Den Haag uit Nederland verdween, een titel met een knipoog naar Jorwerd. De Randstad bekommert zich om zichzelf en steeds minder om het Randland, zo is de teneur. Oorzaak: de ongekende schaalvergroting in het openbaar bestuur, niet alleen door fusies van gemeenten maar vooral ook door efficiencyoverwegingen waardoor scholen, bibliotheken, politieposten, ziekenhuizen e.d. dicht moesten. Het was handiger als de burger naar de grotere vestigingen reisde (hoewel het OV daartoe vaak ontbreekt). 

Deels waren dat berekeningen (als die er al aan ten grondslag lagen) die geen rekening hielden met de kosten voor de burger of de imponderabilia. Het scholgebouw of de bibliotheek werden ook voor andere zaken gebruikt en waren een ontmoetingspunt. 

Het was ook een reactie op het (niet in ieders ogen succesvolle) spreidingsbeleid van de jaren 70. Het clusterdenken met zijn synergie in de stad kwam op, het werk moest niet naar de mensen worden gebracht maar de mensen moesten maar verhuizen naar het werk. Zo werkt de markt. Waar dat niet gebeurde klaagde minister van Financiën Onno Ruding over een 'tante Truus-mentaliteit'. van mensen die bij de familie in de buurt wilden blijven. En toen Pim Fortuijn aandacht vroeg voor de migratieproblemen in de oude wijken, was er extra reden daar het belastinggeld te besteden (Vogelaarwijken etc.) en werd de regio verder aan zijn lot overgelaten, zo analyseren de deskundigen. En als het bevoegd gezag er niet meer is, verlies je het gezag. Reden voor ander stemgedrag, op de PVV, BoerBurgerBeweging etc. 

Het verhaal in de GA begint overigens met een leuke intro gekoppeld aan een geinterviewde te Kats. In 1592 trekken een aantal mannen te paard vanuit Zeeland naar Den Haag en maken hun opwachting bij Maria van Nassau (dochter van Willem van Oranje) en raadspensionaris Johan van Oldebarneveldt. Ze pleiten voor herinpoldering van Noord-Beveland dat sinds 1530/32 'drijvende' is. Na lang beraad krijgen ze hun zin als ook 3000 arbeidskrachten en 800 paarden tot hun beschikking. Daarmee leggen ze in 1598 in 5 zomermaanden 20 km dijk aan en malen het eiland weer droog. 

zondag 17 oktober 2021

Van de wadden

Het was hier even stil want ik was een paar dagen op Texel. Mooi eiland. Bij thuiskomst kreeg ik als lezer van de Nieuwe Rotterdamse Courant ook een presentexemplaar van de Groene Amsterdammer in de bus. met een paar boeiende artikelen. Zoals een over het proces waarmee 7 boeren van dat andere Waddeneiland, Schiermonnikoog, besloten om niet een van hen voor het stikstofprobleem uit te laten kopen, maar met zijn zevenen te blijven en de bedrijfsvoering te veranderen. Men gaat minder koeien houden, daarmee minder voer van de wal aanvoeren en proberen meer te verdienen per liter melk, o.a. door op het eiland kaas te maken. 

Die oplossing liep nog bijna mis toen ter elfder ure een jurist bedacht dat het staatssteun zou zijn om de 2 miljoen voor uitkoop van 1 boer aan bestaande boeren te geven om 231 koeien minder te houden (waarom dat staatssteun is blijft overigens onduidelijk, het lijkt me een normale vergoeding van vermogensschade maar ik ben geen jurist). Maar via een GLB pilot is er een geitenpaadje gevonden en dat nu toch gelukt.

De veestapel gaat daarmee 38% naar beneden (wat me veel meer lijkt dan bij uitkoop van 1 van de 7). Waarmee we overigens een aardige indicatie krijgen van het stikstofrecht per koe-plaats (met bijbehorend jongvee neem ik aan):  Euro 8660,- Meer ruimte nu voor de ganzen, die niet in aantallen terug moeten maar wel mogen blijven. Zo maakt de maatschappij zijn keuzes, waar overigens lang niet iedereen het mee eens is zo zie ik op Twitter.

Nicole Segers: We willen hand in hand met de natuur boeren in: Groene Amsterdammer, 14.10.220

dinsdag 12 oktober 2021

Farm to Fork op Nijenrode


 Vanochtend gaf ik college aan MBA studenten op Nijenrode voor de EU Farm to Fork strategie. Mooi gezelschap ook van buiten de landbouw, (Waterwereld, Tata Steel etc).En ik kwam nog een oud-stageaire tegen, ook leuk. Hier de sheets

maandag 11 oktober 2021

Lijstje: brutalistische gebouwen

Sinds tijden weer eens een lijstje. Ik kwam een aardige tegen in NRC Magazine van oktober. Daarin inventariseert Martjan Kuit, redacteur van Cobouw, de 10 mooiste betonkolossen van Nederland. Ik ben het zeer eens met zijn keuze, dus hier is de lijst:

  1. Het stadhuis van Terneuzen, in 1972 gebouwd door Jaap Bakema
  2. Radio Kootwijk (1923) hoewel dat eigenlijk Art Deco is. 
  3. de Aula van de TU Delft (ook van Bakema)
  4. Provinciehuis Noord-Brabant in Den Bosch (1971)
  5. De St Josephkerk in Amsterdam
  6. De Luchtwachttorens op diverse locaties
  7. het stadhuis van Zwolle
  8. Girokantoor Leeuwarden
  9. Kantorencomplex Leeuwenburg Amsterdam
  10. Stationsgebouw Den Haag Centraal (1972)

zondag 10 oktober 2021

Veemarkten en paardevlees

Gisteren werd ik ineens met oude veemarkten geconfronteerd. In de middag was ik in Den Bosch te gast bij het Brabants Particulier Grondbezit, die hun jubileumsymposium hielden in 1931, onderdeel van de Brabanthallen en daarmee de oude veemarkt die hier in dat jaar werd gevestigd. Het was ook de wisseling van hun voorzitterschap. Ik leerde er dat we ooit 5500 buitenplaatsen in Nederland hadden en dat in het bosbeheer je bomen met zure bladeren (eik, beuk, berk, dennen) kunt vervangen door lindes. Krijg je een veel mooiere onderbegroeiing. Maar plantgoed is schaars. 

In de NRC las ik gisterochtend een fraai interview met een van de laatste paardenslagers van Nederland, Peter Wisker in Haarlem. hij verhaalt nog eens hoe op de veemarkt van Utrecht, waar nu de Jaarbeurs zit, elke week 400 a 500 paarden werden verkocht. Die kwamen vooral uit Oost-Europa. Er waren enorm veel paarden in het boerenbedrijf en in het transport. Vroeg of laat moesten die naar de slacht. In Amsterdam kwamen via het IJ schepen met paarden uit Rusland. Het was goedkoop vlees voor heel gewone mensen. Tegenwoordig laten de paardenliefhebbers hun paard liever inslapen, en vraag is er niet veel meer. Paard is niet luxe genoeg. (maar een mooi paardenbiefstukje is niet te versmaden, zo kan ik uit eigen ervaring meedelen, ik at het ooit in Leuven toen een restaurant dat in de paardenvleescrisis van 2013 op de kaart had gezet).

bron: Martine Kamsma, 'Mijn eigen paarden eet ik niet' in: NRC 9.10.2021

zaterdag 9 oktober 2021

De Zuiderzee


Ga nu de Zuiderzee zien, eer het te laat is,
zo schreef Jac. P. Thijsse in het voorwoord van zijn Verkade-album De Zuiderzee. In 1914, dus nog voor de Zuiderzeewet werd aangenomen, die hing blijkbaar in de lucht. En nog ver voor de Afsluitdijk van 1932. Het was het eerste van 4 zgn. wandelalbums in de reeks albums die Verkade naar Duits idee was gestart om herhalingsaankopen te bevorderen en waarna de verzamelwoede van de Nederlandse consument wel gewekt werd. Bekende kunstenaars als Willem Wenckebach en Jan Voerman jr. tekenden met Edzard Koning voor de plaatjes. Langs de Zuiderzee zou met zijn plaatjes van landschappen, dorpsgezichten, kastelen e.d. een van de populairdere worden. Bijgaand een foto van de kaart die het album bevatte.