weblog over de toekomst van de Nederlandse landbouw en het platteland. Gemotiveerd vanuit het werk als econoom, de nevenfuncties als bestuurder en de woonomgeving van de moderator, maar als persoonlijke stellingname geheel buiten de verantwoordelijkheid van mijn werkgevers - zoals het hoort bij een weblog.
vrijdag 31 augustus 2007
grondprijzen in Alanya
donderdag 30 augustus 2007
quiz time
Simpel concept, het is niet moeilijk om econoom te zijn. Hoewel: het wordt al wat moeilijker als het om de eigen arbeid gaat. Bij kostprijsberekeningen nemen we dan even makkelijk het CAO loon, maar sommige boeren hebben dat alternatief helemaal niet. Als er veel werkeloosheid is, of je bent 58 en maakt geen enkele kans bij een sollicitatie bij de plantsoenendienst, dan ligt je opportunity cost veel lager. Dat is trouwens een van de reden dat oudere ondenemers rustig doorboeren en niet stoppen, los van allerlei vermogenstechnische, sociologische, antropologische en psychische redenen, maar daar zitten we hier niet voor.
Test
Om even te testen of je het concept echt begrepen hebt hier een geweldige testvraag, die goed wordt beantwoord door 7,4% van de studenten die de introductie cursus economie doen (je kunt die cursus dus beter niet volgen en gewoon wat gokken, een beetje informatie is erger dan geen informatie):
Je hebt op naam een gratis toegangskaartje gewonnen voor een eenmalig concert van de Rolling Stones in de Arena, dat je niet door kunt verkopen.
Alleen was je van plan deze avond naar het eenmalige reunieconcert van ABBA te gaan. Je zou zelfs wel 50 euro voor zo'n kaartje over hebben, en voor 40 euro heb je er al eentje.
Wat is de opportunity cost van je bezoek aan de Rolling Stones????? Is dat nul, 10, 40 of 50 euro?
Antwoorden (die op internet zijn terug te vinden voor de zoekers, binnenkort een geweldige site over dit onderwerp) in de reacties hieronder.
[Ter toelichting voor Matthijs en anderen: klick hieronder op "0 reacties" en je krijgt een schermpje om je antwoord te geven. Dan moet je een lettercombinatie overtypen die checkt dat je een mens bent en geen machine en dan kun je afsluiten]
woensdag 29 augustus 2007
actuele debatten
Interessant was ook het debat maandagavond op TV bij Netwerk over de export naar Ghana van pluimveevlees dat hier als inferieur wordt ervaren (vleugels, poten) en daar de locale producenten het brood uit de mond stoot. Dat ligt natuurlijk gevoelig: het gaat om eten, de 'kippen-industrie' staat hier ten lande toch al niet als de meest duurzame bedrijfstak bekend, creeren we zo daar geen werkeloosheid die we juist met de ontwikkelingshulp proberen op te lossen, en het woord 'dumping' valt ook al onmiddelijk, terecht of niet. En dan was er nog een bijrolletje voor het IMF dat de Ghanese regering adviseert / dwingt tot vrijhandel.
Ik moest even denken aan een trip die ik 25 jaar geleden naar West-Afrika maakte en met een daar werkzame vriend bij een lokaal stamhoofd werd ontvangen. De Chief zag ons als belangrijke mensen en bood me naar locale traditie de beste delen van de kip aan. Ik was liever niet vooraf geinformeerd welke delen dat waren (iets van de maag en strottehoofd als ik me goed herinner, zeker geen filet). Waaruit ik twee dingen leerde: transparantie heeft zijn grenzen en 'wat het beste' is, is cultuur bepaald.
Een aantal ontwikkelingsspecialisten was er maandagavond als de kippen bij om voor de cameras te verklaren dat het hier om dumping ging, dat dit niet kon en zelfs dat de consument in Nederland maar minder kip moest kopen. Alsof er dan minder export naar Ghana plaats zal vinden. Niemand vertelde dat hij of zij door de Ghanese ambassade was belobbied voor actie. De Nederlandse staatssecretaris kwam met een m.i. juiste reactie: wij gaan daar niet over, als de Ghanezen hun invoerrecht willen verhogen (of in de Ghanese markt Ghanese in plaats van Hollandse producten willen kopen) hebben ze daar het volste recht toe en het is niet aan ons dat even bevoogdend te beslissen.
En blijkbaar laat de Ghanese regering zijn oren hangen naar de (stedelijke) bevolking die de kipdelen koopt, niet naar de producenten (die me voor Afrikaanse omstandigheden ook niet echt klein en arm overkwamen). En hij wees er nog even op dat Ghana inmiddels wel fruitsalades met ananassen naar Nederland exporteert (mede dankzij een project waaraan ook het LEI nog heeft bijgedragen als ik me goed herinner).
Zie hier de markt aan het werk: zij specialiseren zich in ananassen en fruitsalades, de Brazilianen en Nederland in pluimveevleesdelen. Bijna iedereen blij, behalve producenten die moeten omschakelen. Dat is nooit makkelijk, gaat gepaard met moordende concurrentie en kan tot tijdelijke werkeloosheid leiden. Sommige ondernemers trekken het zich zo persoonlijk aan, dat er aan onderdoorgaan. Het kan er toe leiden dat een beroep in een land verdwijnt. Wij hebben geen lantaarnopstekers meer (verouderd) en geen vliegtuigbouwers (naar Frankrijk en de VS verdwenen, bij mijn weten). Maar door de toegenomen welvaart zijn er weer allerlei nieuwe beroepen (van videojockeys tot mobiele telefoon software programmeurs). Probleem is dat een belangrijk deel van die beroepen van de toekomst nu nog niet bekend is. Hoewel dat voor Ghana nog wel te voorspellen is. Het had de TV documentaire gesierd als ze ook een Ghanese official en zoiets als een Ghanese consumentenlobby hadden geinterviewd waarom er geen invoertarief wordt ingesteld.
De foto is een still uit de film Our Daily Bread
J.A. Schulp: wie verlangt er naar De Aardappeleters?, NRC 28.7.2007
dinsdag 28 augustus 2007
mobiliteit toch een issue?
lijstje: beleidsparadigma's voor de landbouw
- een afhankelijkheids paradigma (dependent paradigm): landbouw is een breekbare bedrijfstak, die beschermd moet worden van buitenlandse concurrentie, ook om zelfvoorziening van voedsel te garanderen.
- een concurrentie paradigma (competitive paradigm): landbouw kan de concurrentie wel aan en handelsvrijheid moet bevorderd
- een multifunctionaliteits paradigma (multifunctionality paradigm): landbouw is er om publieke goederen zoals landschap, en milieubeheer te produceren, naast voedsel
- een wereldwijd productie paradigm (globalized production paradigm): landbouw is een onderdeel van een productieketen (supply chain) die internationaal van karakter zijn.
Persoonlijk lijkt me het vierde het meest recht doen aan de werkelijkheid en economisch ook de meest welvaartsgenererende (wat niet wegneemt dat er soms locaal ook goederen uit het derde paradigma te produceren zijn). Maar er zijn anderen die andere keuzes voorstaan.
maandag 27 augustus 2007
Kennis maken met de toekomst
D. Brunt, J. Tersteeg, P. Berkhout, P. Ravensbergen, P. Luttik: Kennis maken met de toekomst, WING Process Consultancy, Wageningen, 2007
boer en belastingen
Daartoe hebben twee van die adviseurs nu een goed leesbaar boekje geschreven: Boer en belastingen - fiscale aspecten van de landbouw. Een oude bekende, de directeur van de GIBO Groep, Fried Frederix, stuurde het me toe. En een van de auteurs, Peter Ceelen is een oud-dorpsgenoot die ik tot mijn genoegen ook van tijd tot tijd in het landbouwwereldje mag ontmoeten. Mogelijk moet je mijn oordeel dus met een korreltje zout nemen, maar ik vond het interessant om te lezen. En goed leesbaar voor een niet-deskundige met leuke voorbeeldjes.
Economen zijn nogal eens kritisch over het hele vak van belastingrecht omdat het een dienstverlening is die op nationale schaal niet zo heel veel lijkt toe te voegen. Het lijkt vooral een spel om te zorgen dat een bepaalde persoon of beroepsgroep niet te veel betaalt. Nu is de essentie van economie juist dat mensen met elkaar 'spelletjes spelen' dus moet je juist als econoom ook niet al te raar staan kijken bij zulke games. Het deed me deugd dat de auteurs in hun voorwoord dan ook stellen: "Fiscaliteit is een spel. Maar om het spel goed te kunnen spelen is een goede kennis van de regels noodzakelijk". Ondernemers die de klok zelf een beetje willen laten luiden (om de auteurs nogmaals te citeren), lezen dit boek.
P.H.M. Ceelen en E.H.E.F. Sloot: Boer en Belastingen, SDU Amersfoort, ISBN 978-90-6476-162-1
zondag 26 augustus 2007
veehouderijproducten en milieueffect
Het is een nuttig en openhartig boekje. Er staat een goed verhaal in over succesvolle beinvloeding van de EU agenda: we doen dat vaak goed en krijgen 85% van onze punten er door, zoals bij de Bodemrichtlijn, maar zeuren dan vooral over die andere 15% en ook nog op onprofessionele wijze zodat we in Brussel niet begrepen worden en hier de invoering problematisch laten worden.
Verder natuurlijk een transitieverhaal van Jan Rotmans die denkt dat de duurzaamheid van "onderstroom naar draaggolf" gaat. Ik help het hopen, maar rond bijvoorbeeld mobiliteit is het ei van columbus richting consumentengedrag nog niet gevonden of ziet hij dan iets wat ik niet zie. Het lijkt er volgens mij eerder op dat we een deel van de files hebben geaccepteerd want je kunt nu toch prima bellen en internetten in de file en verder blijven we onze hoop zetten op technische aanpassingen zoals elektrisch, minder CO2 uitstoot etc. Lijkt me overigens niets mis mee. Ik hoor op feestjes mensen nog wel praten over duurzamer eten maar niemand over mobiliteit, zelfs laat komen door file is geaccepteerd.
Wat betreft de landbouw constateert het boekje dat dit land 3 sterke sectoren heeft: chemie, water en landbouw. Maar met landbouw is er wel veel mis uit duurzaamheidsoogpunt. Niet alleen staan de Peel en de Gelderse Vallei in de top 6 van gebieden met ernstige milieuproblemen, voor een aantal veehouderijproducten geldt ook dat de consument per bestede euro veel milieuproblemen koopt of veroorzaakt.
Het boekje bevat een grafiek uit een TNO onderzoek (EIPRO studie) waarin de op een horizontale as alle consumentenbestedingen staan, teruggebracht tot 100% of 1000 euro. Melk, gevolgte (van de gekweekte soort), kaas en vlees maken daar zo'n 5% of 50 euro vanuit. Alle producten zijn gerangschikt naar oplopende milieu-impact, bij wijze van spreke ook van 0 tot 100. En dan staan genoemde vier producten achteraan in de hoek: tussen 93 en 99: veel impact per euro.
Nu zou je kunnen zeggen: zie je wel ons eten is te goedkoop en als het nu duurder wordt door lagere productie dan gaat de milieu-impact lekker omlaag. Maar dat is flauw. Je kunt de grafiek beter interpreteren (althans VROM gaat er zo mee aan de slag) dat hier maatregelen nodig zijn die de milieu-impact verminderen, en dan mag het eten best wat duurder worden. In deze grafiek snijdt het mes dan zelfs aan twee kanten.
Ministerie van Vrom: Debattenreeks 2006/2007 Toekomst Agenda Milieu, 2007
zaterdag 25 augustus 2007
Bomen over Plantarium
swifterbant cultuur
vrijdag 24 augustus 2007
Rol GLB
Maar twee dingen vielen me op waarvan ik het toch niet kan nalaten ze dan hier maar even te noteren. De eerste is dat iedereen voor een GLB dat in 2013 wordt ingevoerd en dus misschien in 2020 uit de kinderziektes is, maar automatisch aanneemt dat er open grenzen voor export zijn en de wereldhandel onomstreden is (ik kan me van sommige topondernemers en lobbyisten in de discussie althans niet voorstellen dat men heimelijk op het tegenovergestelde hoopt). Gezien de huidige praktijken, tendenzen in WTO en in bv. de Franse en Amerikaanse politiek lijkt me dat het openhouden en verder open krijgen van grenzen prioriteit 1, 2 en 3 moet zijn. Als belangrijkste waarde voor het GLB zou ik dan ook voor willen stellen "Vrijheid van handelen". Dat houdt wat mij betreft dan ook ruimte voor ondernemerschap in, met een knipoog naar de Lissabon-agenda.
Die open grenzen zijn van groot belang voor de Nederlandse welvaart, allereerst voor de export van allerlei goederen en diensten (zoals de kennis van onze pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen). Het WTO landbouwdossier mag daar geen hinderpaal bij zijn. Maar het is ook van groot belang voor onze voedings- en genotsmiddelenindustrie zelf, en daarmee ook voor boeren en tuinders. Waar blijven we anders met die varkens, tulpen, aardappelen en kaas?
Bij de creeren van markten horen wel standaards. Zoals de succesvolle EU standaard voor biologische landbouw - over de hele wereld nagevolgd. En er horen minimum-product eisen bij, zoals ook voor voedselveiligheid, dierwelzijn en diergezondheid. Die mogen hoog zijn. Ik was vorig jaar in Australie op een bedrijf en die klaagden aanvankelijk over de hoge EU eisen voor rundvlees, maar ze voldeden er toch maar al te graag aan. Anders moest het vlees voor minder geld naar Japan!
Wel moet ik de hoge verwachtingen van strijders voor dierwelzijn wat temperen. Daar worden we het in het GLB in Europa al niet over eens, de Grieken en Bulgaren kijken daar echt anders tegen aan dan de Nederlanders en de Engelsen. Laat staan wereldwijd. Als je daar vergaande veranderingen wil, breng ze rustig in in de GLB onderhandelingen maar regel het dan ook maar gewoon regionaal of nationaal, bv. via de ruimtelijke ordening of extra eisen. Maar doe het dan niet zo dat we bepaalde productiewijzen hier verbieden om het vlees tegen lagere standaards uit Bulgarije of China te halen.
Veel meer hoeft er wat mij betreft met het GLB niet bereikt te worden. We hebben al natuurbeleid, energiebeleid en regionaal beleid dus dat hoeft niet ook nog eens een keer in het GLB. Veel van dat beleid (vooral rond natuur, openhouden platteland, bescherming landschap) kan trouwens beter nationaal of regionaal worden geregeld met een staatsteuntoets. Ik kan me althans geen beeld vormen wat mijn Brusselse parlementsleden moeten regelen voor de natuur in Duitsland of in Finland (landen waar ik nog wel eens kom), laat staan van Letland of Oostenrijk.
inkomenstoeslagen
Het tweede dat me opvalt is dat maar weinig mensen discussieren over de inkomenstoeslagen. Misschien omdat dat meer een uitvoeringsinstrument is dan een toekomstig doel van het GLB. Maar ik had gehoopt dat iemand er een goed doel voor kan verzinnen, zoals ik hier al vaker heb betoogd. Inkomensbeleid is het niet en kan dat niet zijn, dat kun je veel beter nationaal regelen lijkt me. Wat dat betreft is de 50jaar oude GLB doelstelling verouderd. Ik blijf het buitengewoon prettig vinden dat ik als mede-eigenaar van een akkerbouwbedrijf 10.000 euro per jaar van de Europese belastingbetaler krijg. Zolang de regeling er is, zullen we de premies ook lekker aanvragen.
Maar ik kan het een Hongaarse burger (als ik daar over twee weken ben) die er via de btw aan mee betaalt niet uitleggen. En ook niet mijn buurman die veel actiever met voedingsmiddelen is dan ik, duidelijker bijdraagt aan het Hollands cultuurlandschap dan wij met onze graanteelt, en sterker van het weer afhankelijk is dan wij, maar geen cent krijgt van de EU - omdat hij stroopwafels op de markt in Oud-Beijerland en Haarlem verkoopt.
Wellicht moet ik uit de discussie afleiden dat iedereen zich wel kan vinden in het idee dat ze in 2020 verdwenen zijn, afgezien van die (nationale) betalingen voor landschapselementen. Of dat in de rest van Europa een realistische uitkomst van de hervorming in 2013 wordt gezien, betwijfel ik.
donderdag 23 augustus 2007
Landbouw in de NRC
Het is wel erg snel daar bij de eerste melkprijsstijging mee te komen. De geinterviewde Friese boer was wat realistischer met zijn verwijzing naar de daling in afgelopen jaren en de supermarktoorlog. Bij een paar meevallers van grote advertenties eisen wij lezers ook niet of standepede de abonnementsprijs van de krant naar beneden kan. Eerst maar eens even kijken of het structureel is, en anders andere argumenten voor een hervorming in het debat brengen. En zo wordt de Health Check van volgend jaar geen health check van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid maar van de prijsontwikkeling op de markten.
[tussen haakjes: dat standepede zit bij ons in de spreektaal voor onmiddelijk, tot mijn verbazing staat het niet in VanDale en een Google search geeft aan dat het wel gebruikt wordt maar vermoedelijk zuid-nederlands (en mogelijk dus ook Zeeuws) is want er zitten veel .be websites in de lijst]
Overigens had de krant er ook wel op kunnen wijzen dat er meer van dat soort besluiten in tijden van crises worden genomen dan als het goed gaat. Herziening van het landbouwbeleid is zo iets als een reorganisatie. Alleen heel goede managers werken daaraan als het goed gaat. Verreweg de meesten verschuilen zich achter de crisis of zien dan pas wat er moet gebeuren. Net politici. Zolang het geld niet op is, gebeurt er meestal niet veel. De NRC suggestie had dus beter gepast op het LNV forum met de discussie over het GLB na 2013. Ook omdat het daar nog niet erg bruist van fantatische nieuwe inzichten of debatten.
woensdag 22 augustus 2007
altruisme in drievoud
Ontleend aan The Economist, 4.8.2007 "Blatant benevolence and conspicuous consumption"
dinsdag 21 augustus 2007
weer futures
economische ontwikkeling en subsidies
Effectief lijkt het in ieder geval wel: er stroomt geld van rijkere gebieden in het westen naar armere gebieden en als dat wijs wordt gebruikt zoals indertijd in Spanje en Ierland dan leidt het tot welvaart en is het goed besteed. Of het naast effectief ook efficient is om dat via de landbouw te doen is een vraag waar een aantal algemeen-economen nog maar eens op moet studeren. Je financiert in ieder geval een sector die er is en ook wel blijft, en niet een fabriek die na een paar jaar failliet gaat.
Maar er is het risico van een bouw-boom, zoals je dat net na de Wende zag: er wordt veel gebouwd en daarna is het weer over en zakt de economie in. Momenteel worden er tot vreugde van de bouwers veel bio-energie installaties neergezet. Goede zaak als we daar braakland beter mee gaan benutten, maar de vraag voor de economische ontwikkeling is hoeveel werkgelegenheid het duurzaam oplevert. Vermoedelijk meer dan het telen van granen die naar de wereldmarkt worden verscheept.
Kapitaalintensief
Toch lijkt de landbouw hier het nadeel te hebben bijzonder kapitaal intensief te zijn: er zijn hoge investeringen per arbeidsplaats. Zelfs als je de grond en oude gebouwen niet telt, en alleen de tractoren en combines, dan is de investering per man veel groter dan bijvoorbeeld voor een secretaresse (bureau en een PC van 1000 euro, daar heb je bij John Deere niet veel voor) of iemand in een call-centrum die telefoontjes afhandelt.
Loonsubsidies zoals bij Melkertbanen zouden dus wel eens efficienter kunnen zijn dan premies per ha die bij de grondeigenaar belanden en boeren niet aanzetten tot arbeidsintensievere gewassen maar verder laten mechaniseren. Overigens heeft Oost-Duitsland dan nog het voordeel dat veel grond ook bij lokale gezinnen in eigendom is, die het aan de bedrijven verpachten. Dat is elders ook wel anders.
Bovenal is in Duitsland, zo niet in Europa, de inflexibiliteit van de arbeidsmarkt en de papierwinkel waar we ondernemers in zijn algemeenheid mee lastig vallen het echte probleem. Subsidies blijven daarbij een lapmiddel.
Laaghangend fruit
In het wilde oosten rondkijkend krijg je de indruk dat het langzaam vooruit gaat, maar laaghangend fruit lijkt er niet te zijn in de economische ontwikkeling. Wel is de Strueobst oogst in volle gang. Duitse monniken zijn ooit begonnen met het planten van fruitbomen rond de kerk en langs de wegen, en toen de stad vol was ook op speciale Obstwiesen buiten de stadsmuren. Boeren en later wegbeheerders deden hetzelfde. West Duitsland is er in de jaren 50 mee gestopt maar in Oost-Duitsland zet men ook nu nog fruitbomen langs nieuwe wegen. Of op een compensatie-wiese in de buurt als dat veiliger is of beter uitkomt. En leuk voor Nederlanders: je mag gratis plukken. Dat is toch een mooie en hoogst praktische startsubsidie voor een appelsap- of appeltaart- producent, zou je denken.
maandag 20 augustus 2007
Karl Marx
Het is simpel te vinden: je rijdt bij Amsterdam of Amersfoort de A1 op en die brengt je min of meer rechtdoor op de oostelijke rondweg van Berlijn. Na dat bord neem je de afslag en draai je de regionale weg op, en na pakweg 60 km ga je bij weer een bord rechtsaf en je bent er. Waarmee ik niet wil suggereren dat het een reis waard is. Maar wel een omweg.
Het plaatsje bevat een aantal aardige gebouwen die in een openlucht museum zouden kunnen en het slot met het echte museum heeft een aantal stijlkamers en een expositie over het verleden van de streek. Daarin domineert de boerderijbouw. Ik had wat meer over de geschiedenis van dit poldergebied verwacht - daar leerde ik uit een boek van David Blackbourn meer van. Ik blogde er dit voorjaar al eens over: De landbouw verandert: natuur in de Oderbruch.
En de Nederlander zoekt natuurlijk naar wat informatie over de Wende in deze regio, maar op het vlak van de Ostalgie komt het museum niet veel verder dan het vermelden van de val van de muur in 1989 in een tijdschaal, als ook het vertrek van de 'GUS-armee' een jaar of vier later. Hier ligt nog een markt, maar het zal nog wel gevoelig liggen.
Wel zijn er alleraardigste filmpjes uit de vorige eeuw, waaronder ook over de landbouw ten tijde van de DDR. Eentje daarvan bevat een fraaie tekst die de economische systemen in perspectief plaatst: de commentator meldt dat waar de West-Duitse boeren deden wat de Brusselse subsidies hen opdroegen, de Oost-Duitse deden wat het "Plan" voorschreef.
Het herinnerde me aan al die oost-europeanen die begin jaren 90 naar Den Haag kwamen om de liberale landbouweconomie van het kapitalistisch systeem uitgelegd te krijgen en na afloop moeilijk kijkend vertrokken.
Voor wie graag op internet informatie op zoekt en dat denkt te kunnen: waar is de foto gemaakt en hoe heette die plaats in DDR tijden?
FAZ: bioboeren geen exoten
Ondanks deze ervaring vermoed ik dat je heden ten dage met gps-technologie in Hessen toch een heel eind komt. En het zou toch te gek zijn als de Duitse of EU wetgeving die 2 ha als absoluut per bedrijf neemt, en niet een afwijking van bv. 1%. Ten slotte zijn die bedragen die worden uitbetaald ook niet op de cent nauwkeurig te onderbouwen. Al met al lijken me er goede redenen subsidies af te bouwen, waaronder administratieve lasten, maar de Messtoleranz is wel zo ongeveer het laatste waar ik aan denk. Ik vermoed trouwens dat iemand met 300 ha denkt dat hij de concurrentie wel aankan. Wat hem siert.
zondag 19 augustus 2007
de natuur komt naar je toe
Logisch
De Frankfurter Algemeine dook vrijdag in dit verschijnsel. Geraadpleegde biologen hebben een paar simpele evolutionaire verklaringen: in de stad zijn er voor deze soorten minder vijanden (probeer eens een jachtvergunning voor de Kurfustendamm te krijgen), er is een groot aanbod van voer en bovenal: het is er warmer. Het zijn vooral warmte-minnende soorten die zich aanpassen aan het stadsleven, met de halsbandparkieten als meest bekende exotische voorbeeld. Er is dus ook hoop voor overleving in een warmer klimaat noteert de FAZ. Steden kenmerken zich ook door eilandjes van natuur, en sinds Darwin zijn excursie naar de Galapagos eilanden weten we dat eilanden als niches goed zijn voor biodiversiteit.
Biologen vertellen ook nog dat de geindustrialiseerde landbouw met (ik citeer maar even)monocultures, bestrijdingsmiddelen, overbemesting en verontreinigd grondwater de natuur het platteland af drijft. Kan zijn, maar wie zoals ik afgelopen dagen even langs wat maispercelen rijdt, krijgt toch de indruk dat in ieder geval wilde zwijnen hier nog volop actief zijn. Misschien zijn er wel gewoon te veel en trekken ze de stad in...
FAZ: Sie kommen, 17.8.2007. De chipmunk op de foto komt overigens uit een natuurgebied in Oregon
komkommertijd
dinsdag 14 augustus 2007
boeren is kunst (en betaalt niet)
Het punt is nu dat de econoom Baumol recent bij de opening van een tentoonstelling van kunst door bekende economen beredeneerd heeft dat kunst altijd een beleggingsrendement op zal leveren dat lager ligt dan dat van bv. staatsobligaties vanwege dat psychisch inkomen. Als mensen uit hobby-overwegingen blijven produceren dan wordt de markt blijvend overvoerd met producten. Goederen worden dan niet schaars. Het weblog van Peter van Bergeijk (ook op de tentoonstelling vertegenwoordigd) vertelt er meer over in Economendagboek: krantenknipsels wealt of creations III. Het is dus te hopen voor de boeren dat de aardappelproducenten niet al teveel lijken op de producent van de aardappeleters.
maandag 13 augustus 2007
Giffin goed gevonden
Vaak beredeneren en/of bewijzen economen wat, en dan komt het in de theorie. Dat in tegenstelling tot de wiskunde, natuurkunde en scheikunde waar men op basis vermoedens uit de theorie een hypothese formuleert en er soms decennia over doet de hypothese te bewijzen. Het is dus nog aardiger (want veel economen spiegelen zich graag aan de 'harde' wetenschappen) als nu eindelijk het vermoeden dat er Giffin-goederen bestaan, bewezen wordt. En het is helemaal passend in deze tijd als de granen in het VK en Amerika worden opgevolgd door het voorbeeld van rijst in China.
Het nieuws: Greg Mankiw meldt op zijn blog dat Robert Jensen en Nolan Miller (Harvard) aangetoond hebben dat Giffen-goederen ook echt bestaan.
Meestal wordt er meer verkocht van een goed of dienst waarvan de prijs naar beneden gaat. Maar bij Giffin goederen, wordt er dan juist minder verkocht. Dat kan omdat het effect van een lagere prijs bestaat uit twee sub-effecten: een substitutie-effect en een inkomens-effect. Het substitutie-effect houdt in dat als wijn ten opzichte van bier goedkoper wordt, er kopers zijn die switchen van bier naar wijn. Het inkomenseffect houdt in dat zij (en vooral degenen die altijd al wijn kochten) geld over houden, ze hebben meer inkomen te besteden en voor hun zelfde inkomen kunnen ze nu meer wijn kopen. Beide effecten werken in de regel gelijk op.
Maar Sir Robert Giffin (1837 - 1910) bedacht een bijzondere situatie: als een goed inferieur is (dat wil zeggen we kopen er minder van als we rijker worden, zoals bij speklappen) dan is het inkomens-effect tegengesteld aan het substitutie-effect. Nu is dat laatste meestal groter, maar als een goed weinig substituten heeft en het inkomen niet al te hoog (zodat je een verandering in de prijs van een produkt wel merkt als inkomenseffect), dan zou dat niet zo zijn. Giffin meende dat waar te nemen bij de broodverkopen in arme wijken van Londen: als de prijs steeg, kocht men er meer van. Door de prijsstijging kon men zich geen vlees meer veroorloven, en kocht men maar meer brood.
Blijkbaar was dat voorbeeld omstreden, want Mankiw citeert zonder tegenspraak genoemde auteurs die claimen dat ze nu bij rijst in een Chinese provincie voor het eerst met goede statistische tests het bewijs hebben geleverd, pakweg een eeuw na het werk van Giffin. En dat nadat men jaren gezocht heeft bij meer obscure goederen en diensten. Mooi vak toch, die landbouweconomie.
zondag 12 augustus 2007
Lijstje: food (and drinks) hits
- Strawberrry fields forever (the Beatles)
- Green onions (Booker T and the MGs)
- Red red wine (Neil Diamond)
- Knolraap en lof, schorseneren en prei (drs. P.)
- Het ei (Jaap Fischer)
- Het bananenlied (Andre van Duijn)
En verder? Geef je aanvullingen hieronder in de reacties. Vooralsnog hebben we geen strakke criteria dus ook iets van de Red Hot Chili Peppers, iets over Icecream en de allermooiste zomerhit ooit, Spirits in the sky van Norman Greenbaum zijn niet kansloos voor een klassering.
zaterdag 11 augustus 2007
tomaten in de krant
Tony in Twello
Verschillende plattelands- en landbouweconomen, waaronder ikzelf, wijzen er al een tijdje op dat het platteland en de landbouw in Nederland inmiddels stadslandbouw en business-as-usual zijn. Rolmodel Tony Montana is de zoveelste aanwijzing, hoewel ik met weemoed terugdenk aan de klassieke plattelandsjongerenvereniging, in mijn geval J19nu.
Als er overigens nog een staat in de VS is die een landelijk karakter heeft met een hoofdstad die helemaal niet op New York of Miami lijkt, dan is het wel Montana. What's in a name.
NRC: Pimps en ho's in Heuvelland, NRC 28 juli 2007
vrijdag 10 augustus 2007
Liever vandaag dan morgen
De discussie gaat nu over het feit hoe hoog die rentestand moet zijn. In de bekende Stern Review over het klimaatsprobleem die de Britse overheid eerder dit jaar publiceerde, wordt met 0,5% gerekend, veel minder dus dan de normale marktrente. In Science van 13 juli jl. heeft de Yale econoom William Nordhaus daar de vloer mee aangeveegd.
Een rentevoet dicht bij nul betekent dus dat klein ongemak nu als een ramp voor de lange termijn wordt ervaren, ook de kosten ervan over 30 jaar tellen nu mee. Economen lijkt het handiger om te zorgen dat je nu zo je geld investeert dat de mensen in Bangladesh rijker worden zodat ze in de toekomst dijken kunnen bouwen (of in steden hogerop kunnen gaan wonen) dan dat je het nu al in dijken investeert die je pas over 100 jaar nodig hebt. Maar tegenstanders vinden dat soort afwegingen "onethisch" omdat je aan de huidige generatie een hogere waarde toe lijkt te kennen dan aan de achterkleinkinderen.
Ethisch lijkt het leuk de achterkleinkinderen in de berekeningen even zwaar te laten wegen maar empirisch leidt het tot onzin - zo stelt de econoom Tol in de NRC (Stern rekent uit dat de klimaatsverandering 20% van het wereldinkomen gaat kosten voor nu en voor altijd, maar Nordhaus wijst er op dat de helft daarvan na het jaar 2800 zo meldt de NRC)
Ontleend aan de NRC van 21 juli: Economisch klimaat. De eigen foto toont Mount Hood bij Portland, OR, waar je nu nog kunt snowboarden in de zomer.
de waarde van een boom
Elke dollar geinvesteerd in bomen in the big apple zou $ 5,6 opleveren. Mooie berekening die in ieder geval helpt om het beleid van de gemeente New York te verkopen.
donderdag 9 augustus 2007
and the wind plays markets
The Economist meldt in zijn editie van 7.7.07 dat ons eigen Nuon over 2005 schat dat de prijs daalt van gemiddeld ruim 45 euro per megawatt-uur naar minder dan 30 euro als het goed waait. Deense economen claimen dat door dit effect windenergie in Denemarken dit jaar voor het eerst meer oplevert dan het kost.
The Economist 7.7.2007 The economics of renewables.
Op de eigen foto een 'kissing bridge' uit Oregon. Gebouwd in de twintiger jaren met overkapping tegen wind en regen, vooral om het brugdek minder te laten slijten. Maar zoals de nickname aangeeft, als snel geliefd bij verliefden.
globalisering van ons eten: oude koek
Kenneth F. Kipple heeft dit allemaal beschreven in 'A movable feast: ten millenia of food globalisation'. De globalisering in de landbouw is dus voltooid. Elders (ik weet alleen niet meer waar) las ik ergens dat nu in het fushion cooking niet alleen de producten maar ook de maaltijden internationaliseren en standaardiseren als lego-blokkjes. De keuzes op de kaart lijken uit te kristaliseren in een combinatie van een 'drager' (aardappelen, rijst, pizza, brood, couscous) en een topping/dressing (Thai, Indian, Italian etc).
Boekbespreking 'A movable feast' in The Economist 7.7.2007
Op de (eigen) foto de Columbia river in Oregon met de Bridge of God. De Columbian river werd bij Cascade Locks lang na de Columbian Exchange van gewassen en dieren bevaarbaar gemaakt om Oregon beter bereikbaar te maken en de tolbrug is genoemd naar de Indiaanse uitdrukking voor de aardverschuiving die ooit de rivier blokkeerde en de oversteek vergemakkelijkte.
woensdag 8 augustus 2007
kruiskippen
Een mooi staaltje van kunst rond de globalisering van de landbouw werd in de NRC van 10 juli beschreven. De Vlaamse kunstenaar Koen Vanmechelen kruist op tentoonstellingen kippen van all over de world om te laten zien hoe we op weg zijn naar een kosmopoltische kip. Het project heet dan ook The Cosmopolitan Chicken en bestaat niet alleen uit de dieren en hun documentatie, maar ook uit sculpturen, tekeningen en schilderijen.
Ook als het resultaat mooi is, kruist Vanmechelen door. Je moet niet al te angstvallig vasthouden aan het bestaande. Er is maar een weg vooruit: niet een multi-culturele maar een intermulticulturele samenleving waarin we niet naast maar met elkaar leven. Dat de Vlaming of de Hollander daarbij verdwijnt, daar valt mee te leven. Die komt vast een keer terug in een andere gedaante in een volgende generatie. "Kruisen is de enige kans op overleving" zo meldt de website van de kunstenaar. Wellicht ook een mening waar Geert Wilders wat van kan leren ;-)
Ik ben benieuwd hoe het publiek hier op reageert en dat verwerkt in opvattingen over de veehouderij. Nog tot 13 augustus in het Centraal Museum in Utrecht.
Meals to come
Het pakt de draad op bij Thomas Malthus (1766-1834) die een probleem formuleerde door te stellen dat de bevolking harder groeit dan de productie van voedsel. Om precies te zijn: meetkundig versus rekenkundig. Er zou dan ook altijd een (ver)hongerende klasse zijn, die er voor zorgt dat de bevolking niet groter wordt dan de aarde kan dragen. Oorlogen met strijd om voedsel (en water) en hongersnoden helpen een handje. Het bleek een krachtig beeld.
Maar naast de groep Malthusiaanse wetenschappers en idealisten die pleitten voor 'minder vorken op tafel' (door hongersnoden of geboortebeperking) was er door de jaren heen ook de groep die pleitte voor 'betere tafelmanieren' (een eerlijker verdeling van voedsel, faire prijzen voor koffie etc.) en de groep die benadrukte dat de mensheid zo ingenieus is dat ze wel zorgt voor een 'grotere en betere taart' op tafel.
.
Al ten tijde van Malthus spraken de Engelsman Godwin ('tafelmanieren') en de Fransman Condorcet ('grotere taart'), die Malthus inspireerde tot zijn essay, zich uit voor de andere ontwikkelingspaden.
Meals to come laat zien hoe in allerlei fasen van de 200 jaar geschiedenis deze drie visies door elkaar verknoopt zijn in nieuwe ontwikkelingen (tot de maaltijdpillen, astronautenvoer, algenteelt en slow food aan toe) en zijn gebruikt als promotie-argument (ook voor het verkrijgen van onderzoeksgelden). Interessant is ook Belasco's analyse van de belichting van voedsel op de wereldtentoonstellingen en in de futuristische (utopia's en disutopia's) literatuur. Zo blijkt de varkensflat als 68 verdiepingen tellende plantage al lang in de science-fiction voor te komen.
.
Langzame innovatie
Alle discussanten in 200 jaar waren het er over eens dat de bevolking zou groeien, voedselprijzen zouden stijgen, en daardoor de vleesconsumptie zou dalen. De discussie ging er vooral over of het zou leiden tot honger (gebrek aan taart), revolutie (gebrek aan tafelmanieren), of modernistische (sterk van gangbaar afwijkende , disruptieve) innovatie (meer taart).
Geen van drieen is gebeurd. Voeding kenmerkt zich blijkbaar door langzame maar gestage innovatie. En vooral ook door gestage produktiviteitsstijging want de taart is gegroeid, we voeden meer mensen met grofweg de gerechten van toen bij veel lagere voedselprijzen.
Wie op dit vlak nog iets wil voorspellen (en in het bijzonder met een Malthusiaanse inslag) leze eerst dit boek.
.
Warren Belasco: Meals to come - a history of the future of food. University of California Press, 2006
dinsdag 7 augustus 2007
Foodlog
ethanol economie
maandag 6 augustus 2007
amerikaanse economen
Wij zullen het verder moeten hebben van nicheproducten, specialties zoals Europese kaas en whisky. Vandaar mijn enthousiasme voor de kwaliteitsproducten bij de Safeway, met hun European Style brood (zie de blog van gisteren). Hopelijk levert CSM de ingredienten en technologie. En misschien kunnen we niet alleen voor de microbrouwerijen (die in de VS net zo floreren als de koffiehuizen) de technologie inzetten. Koffie en bier geven aan dat je ook innovatie krijgt en consumenten tot kopen stimuleert bij een kleinere productieschaal. Blijkbaar zijn Unilever en General Foods niet de enige business modellen.
Wie het paper en al die andere papers van het congres wil lezen kan terecht bij de zoek- en archiefmachine AgEcon Search. Morgen nog een paar indrukken uit het congres.
Op de eigen foto het beeld Portlandia aan het gelijknamige niet onomstreden postmoderne kantoorgebouw in Portland, OR.
de amerikaan en dierwelzijn
Een enquete van Label Networks onder 5000 jongeren tussen 13 en 24 gaf in 2006 aan dat PETA de meest populaire non-profitorganisatie was waar men vrijwilligerswerk voor zou willen doen. Tweede in de lijst kwam het Rode Kruis.
De NY Times constateert wel dat er nog een groot gat zit tussen de 'animal lovers and animal lovers that love to eat them' - zoals SlowFood. Maar de dierenrechtenactivisten zien dat niet meer als een probleem: 'we're not really in philosophical alignment, but we like to think we're in strategic alliance'. Want volgens sommige chefs leidt een beter dierenleven ook tot een beter biefstukje. En ook PETA ziet in dat het verbieden daarvan ze niet verder helpt in het bereiken van hun doelen.
zondag 5 augustus 2007
Amerikaanse consument goes european
Lijstje: mark kurlansky’s best
.
Mijn favoriete top 3 van Kurlansky’s, in volgorde van opkomst:
- Cod – A biography of the fish that changed the world
- Salt – A world history
- Oesters van New York - een stadsgeschiedenis (the big oyster – history on the half shell)
zaterdag 4 augustus 2007
GLB van de toekomst
The times when farmers were living along unpaved tracks, without cars or telephones, are long behind us. Today they are in the network; satellites have even brought access to the internet. Social security is now available, and also for farmers without income and wealth. Agricultural policy as a tool to fight regional poverty is therefore outdated; especially as farmers are now a small proportion of the local work force. And although poor farmers certainly exist, poverty problems in the banlieue of the big cities (and not only in France) seem to be a bigger problem for society.
Food (and dollars) are not as scarce as they were after the Second World War, as Europe has become a net exporter of food. This implies that agricultural policy as a tool for economic policy or as a security issue is an outdated concept too, although some may want to argue this point.
The new Single Farm Payment reflects the historically justified but now outdated agricultural policy. Further changes, after or before 2013, are needed. Those who want to maintain the flow of subsidies should give them an objective that is sustainable in the future. Public services are then the most important candidate. Governments can help to organise the supply of nature, open-air recreation, water management and other public goods, but that does not justify a flat rate payment for all land.
Farmers, we might say, are normal entrepreneurs, and so the supply of such ‘green services’ should fit into their farm strategy. In the supply of such services, the market can play an important role. Most likely larger farms can maintain our riversides and hedges at a lower cost then smaller ones; and presumably the scale of holdings has only a small influence on the landscape (assuming hedges, ditches and other landscape elements are adequately protected). There is, moreover, an interesting question if the payments for such services should be decided upon in Brussels or if, according to the principle of subsidiarity, these should be decentralised. It is unlikely that the voter in Latvia or Lerida has a good picture of the nature development needed at the Lüneburgerheide, and therefore subsidiarity or co-financing could make sense. Regionalisation of such a landscape policy does not necessarily hurt the common market for food products.
Targetting: doelgericht landbouwbeleid
.
De vraag is dan natuurlijk 'welke doelen' - en daar gaat ook de chat-site van LNV over. Het inkomensdoel is achterhaald, en anders is het belastingstelsel en de sociale verzekering daarvoor een beter instrument. Natuur wellicht, maar daar hebben we al het natuurbeleid en Natura-2000 voor. Landschap - daar geldt iets dergelijks voor. Bovendien kregen we dat in het verleden gratis dus waarom zouden we daar nu grondbezitters voor moeten gaan betalen, en -zoals Cees Veerman- al eens opperde: waarom kan dat niet nationaal worden (mee-)gefinancierd.
En dan is er nog dierwelzijn, maar daarvoor zou ik liever zien dat minimum-eisen aan alle vlees worden gesteld (ook het geimporteerde) in plaats van betalingen om gedrag dat we niet gewenst vinden, niet meer te vertonen.
Kortom - wie verzint er wel een goed doel voor die directe betalingen. Of is het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid er net als het Transportbeleid "alleen maar" om te zorgen dat de gemeenschappelijke markt functioneert. Niet meer, maar ook niet minder.
De lappendeken (quilt) fotografeerde ik in Moro, Oregon, USA
vrijdag 3 augustus 2007
The Road to Serfdom
Hayek werd in 1899 in Oostenrijk geboren, kreeg er nog een goede dosis liberale 19e eeuwse economie mee en verhuisde later naar de VS en Cambridge, Engeland. Tegen het einde van WO II publiceerde hij daar The Road to Serfdom, waarin hij uiteenzette waarom centrale planning van de economie niet alleen niet werkt maar ook gevaarlijk is.
Centrale planners beslissen over inkomens en ontwikkelingsmogelijkheden van mensen en dat is niet alleen in strijd met waarden als de vrijheid van de mens tot beslissen en ondernemen, maar het leidt ook tot dwang: gedwongen beroepskeuze, verplichte banen en uiteindelijk moet er wel een totalitaire staat uit ontstaan. Waarmee Hayek zich fel afzette tegen socialisme, corporatisme en voortzetting van de oorlogsplanning in vredestijd.
Zijn werk maakte wel indruk (hij kreeg in 1974 de Nobelprijs voor Economie), maar je kunt -zeker in de landbouw- niet zeggen dat zijn raad erg is opgevolgd. Het verhaal gaat dat mevr. Tatcher erg gecharmeerd was van Hayek's oevre en tijdens een kabinetsvergadering een exemplaar van een boek van Hayek uit haar befaamde handtasje haalde, er mee op tafel sloeg en geergerd zei: "This is where we believe in". Realpolitiek doet me vermoeden dat mevr. Fischer-Boehl of mevr. Verburg dat in de GLB discussie niet na zullen doen.