Nog een verhaaltje naar aanleiding van de reeks Onderzoek en voorlichting op de Zeeuwse eilanden, dit keer de uitgave van 1962. Overigens hoorde Zeeuws-Vlaanderen niet tot die eilanden, die waren vermoedelijk groot genoeg voor hun eigen publicaties van de Gezamenlijke verenigingen voor bedrijfsvoorlichting en bedrijfsstudiegroepen.
Dit keer over het probleem van de bietenteelt, die in de jaren vijftig nog veel handwerk vroeg. Enkele artikelen daarover trokken mijn aandacht. Het bleek dat er bij het artikel van het met de lange en korte hak dunnen van de bieten foto's stonden die op de boerderij van mijn vader op het eiland Tholen waren gemaakt. Maar bovenal heb ik het issue altijd interessant gevonden omdat vaak onhelder is wat de winnende innovatie zal zijn bij een probleem.
Het handwerk kwam voort uit het probleem dat bieten niet op de optimale afstand ten opzichte van elkaar opkomen uit het zaaizaad en dat een zaadje ook wel twee of zelfs nog meer plantjes kan geven. Bieten moesten dus met de hand op 1 worden gezet en op de goede afstand (de breedte van een hak). Dat was veel werk, en ook niet best voor de rug (je moet bukken om een tweeling met de vingers tot 1 terug te brengen). Het werd vaak door landarbeiders (en schoolkinderen, het was mijn eerste zelfverdiende geld) in stukloon uitgevoerd.De oplossingen werden in verschillende richtingen gezocht: de veredelaars werkten aan 1-kiemig zaad. De zaaimachine-fabrikanten aan zaaien op afstand. Met als risico dat als je die twee oplossingen combineert, je een perfecte opkomst van de zaden moet hebben, anders krijg je weer gaten in de rij. Hier kwam de chemie ook te pas: door het zaad van een coating te voorzien die schimmels minder kans geeft, wordt de opkomstzekerheid verhoogd. Een andere oplossing kwam ook uit de machine-industrie: de dunmachine of bietendunner (foto). Dan kon je gewoon een rij zaaien, en die machine sloeg er op regelmatige afstanden dan gaten in, zodat de bieten op afstand stonden. Je hoefde er dan alleen nog langs om ze op 1 te zetten. En het hielp ook weer als je die bietendunner nog meer kon inzetten. Het boekje dat voor me ligt heeft ook een foto van de inzet als wiedmachine in erwten. Bij dit alles was een goed zaaibed en een egaal veld veel belangrijker dan bij dunnen en wieden met de hak. De artikelen gaan daar dan ook diep op in, waarbij o.a. de cambridgerol een rol speelt als ook bij de tweede bewerking tegen de rijrichting van de eerste rijden.
Uiteindelijk heeft de bietendunner het niet gehaald en is ingehaald door de andere innovaties. Bij ons heeft er nog jaren een werkeloos in de schuur gestaan. Als een paar jaar eerder de ontwikkeling exact voorspelbaar was geweest waren er vermoedelijk minder van verkocht. Zelfs voor deskundigen is de ontwikkeling van de innovatie niet altijd voorspelbaar, laat staan voor bv. de overheid. Het blijft dan ook een mooi voorbeeld waaruit blijkt dat je technologie beter niet centraal kunt ontwerpen of voorschrijven, maar de markt prikkels moet geven zich met innovatie bezig te houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten