In Dishoek op de grens tussen Vlissingen en de gemeente Veere ligt het Vebena-bos. Al sinds ik in de jaren 50 en 60 op Walcheren kom een bekende plek. Nooit nagegaan waar die naam vandaan komt, je denkt al snel aan een plantje of figuur uit de Middeleeuwen. Maar gisteren las ik bij Carolijn Visser de intrigerende verklaring die hier gemeld moet worden: het is vernoemd naar de vereniging voor aardappelhandel. De wiki: Met een gift van de Vereniging tot Bevordering van de Nederlandsche Aardappelhandel (VBNA) kon op de hoge gronden achter de duinen een vakantiepark worden aangelegd, dat de naam 'VBNA-bos' kreeg. Later wijzigde dit in 'Vebena-bos' en 'Vebenabos'.
Caroliin Visser publiceerde in 2018 het boekje Zeeuws Geluk. De reis-schrijfster reisde terug naar Walcheren waar ze tot haar studie in Amsterdam opgroeide. Ze mixt haar herinneringen met die van demente bejaarden in een aantal verzorgingstehuizen in de regio. Ze beschrijft liefdevol het leven in die tehuizen waar bewoners haar ook verhalen van vroeger vertellen. De oorlog, het water. Ik had me eigenlijk nooit zo erg gerealiseerd (ook tot eerder dit jaar een gids in Middelburg daar op wees bij een rondwandeling langs een oude boom in de stad die er nog wel stond) dat het eiland in 1945 na drie-kwart jaar zout water er net zo kaal uitzag als Flevoland na de drooglegging.
De auteur en ik blijken van dezelfde generatie, dus er is veel herkenbaars. Hoewel ik als vakantieganger bij opa's en oma's de Middelburgse scene niet heb gekend was de rest, inclusief de smouters toch wel een sentimental journey. Ook als je niks met het eiland hebt (huur da dit jaar een vakantiewoning in het Vebenabos, de duinen over, prachtig strand) toch een aanrader, want ook het leven achter gesloten deuren is aandacht waard. Daar was het de zorginstelling die dit mogelijk maakte ook om te doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten