dinsdag 31 maart 2020

rijst, mais en graan

In hun verhaal over goedkoop voedsel citeren Patel en Moore (zie de blog van gisteren) uitgebreid Fernand Braudel (van Middellandse zee faam) die beschreef hoe de "gewassen van de beschaving"rijst, mais en graan (misschien moet je tarwe zeggen, de anderen zijn ook granen) uiteenlopende vormen van macht, werk, gastronomie en natuur hebben opgeleverd. Ik doe dat dus hier ook maar even. Braudel, in vertaling:
"Europa koos voor tarwe, dat de bodem uitput en het nodig maakt dat die geregeld even met rust wordt gelaten. Dat maakte dat veehouderij voor de hand lag. Wie kan zich de geschiedenis van Europa voorstellen zonder ossen, paarden, ploegen en karren?  Als gevolg van die keuze heeft Europa altijd landbouw en veeteelt moeten combineren. men heeft er altijd vlees gegeten. Rijst ontwikkelde zich uit een vorm van tuinieren, een intensieve cultivering waarin de mens geen ruimte voor dieren kon toestaan. Dat verklaart waarom vlees slechts een klein deel uitmaakt van het voedingspatroon in gebieden waar rijst wordt verbouwd. Mais is waarschijnlijk de eenvoudigste en handigste manier om aan je dagelijks brood te komen. Het groeit bijzonder snel en hoeft nauwelijks te worden verzorgd. Door de keuze voor mais als belangrijkste gewas bleef er tijd over en werd de dwangarbeid van keuterboeren aan de enorme monumenten van de indiaanse culturen mogelijk. De samenleving eiste de arbeidskrachten die de rest van de tijd op het land werkten maar zo nu en dan op".

Geen opmerkingen: