weblog over de toekomst van de Nederlandse landbouw en het platteland. Gemotiveerd vanuit het werk als econoom, de nevenfuncties als bestuurder en de woonomgeving van de moderator, maar als persoonlijke stellingname geheel buiten de verantwoordelijkheid van mijn werkgevers - zoals het hoort bij een weblog.
woensdag 24 april 2024
Strategische dialoog
dinsdag 23 april 2024
Om Schone Zakelijkheid
vrijdag 19 april 2024
cobra=effect
Het Cobra effect is daarvan wel de sterkste. Het is genoemd naar de cobra-plaag in (New)Delhi waar de Britse kolonisator mee te maken had. Ze dachten slim te zijn door een beloning in te stellen voor elke ingeleverde cobra-huid. Die was blijkbaar zo aantrekkelijk dat de bewoners van Delhi de cobra's gingen kweken. Dat was al een perverse prikkel, maar de Britten deden er nog een schepje bovenop door de premie af te schaffen. waarna de cobratelers hun slangen massaal los lieten en de plaag groter werd dan ooit.
donderdag 18 april 2024
plekspuiten
Een mooie ontwikkeling waarmee het gewasbeschermingsmiddelenprobleem snel kan worden opgelost.
bron: Ecorobotics bestormt markt precisiespuiten in: Food+Agribusiness, 17.4.2024
zondag 14 april 2024
protesten en het GLB
Alan Matthews schreef een informatief artikel over de boerenprotesten en de reactie van het beleid in Brussel. Zie alhier
zaterdag 13 april 2024
voedselzekerheid
Deze week verscheen mijn column in Food+Agribusiness. Over de onzin van het criteirum Voedselzekerheid in lokale discussies over veehouderij en het gebrek aan concretisering in nationale. Boerderij was er van gecharmeerd en maakte er melding van op LinkedIn
zondag 7 april 2024
Vroege Vogels
maandag 25 maart 2024
landbouwvisie
vrijdag 22 maart 2024
Lijstje: 4 soortnamen voor adellijk grondgebied waar er toch maar 1 van is
Ik lees en schrijf over voorbije tijden en ineens vielen me 4 gebieden in Nederland op die velen meteen weten te liggen, maar aangeduid worden met een soortnaam. Een lijstje:
- De Graafschap
- De Meijerij
- De Baronie
- Het Markizaat
woensdag 13 maart 2024
verwarrend buitenland
Maandagmiddag discussieerden we in Wageningen over de door hen geformuleerde dilemma's. We hebben een visie en strategie nodig zo stelde het NAJK, geen dilemma's. In ons discussiezaaltje trad nogal wat verwarring op rond wat ons te doen staat in de transitie van het voedselsysteem en wat er in de EU moet (en waarom je dan hier maar niets zou moeten doen). Ik denk dat het in drie zaken uiteen te rafelen is:
- * wij willen hier natuur of schoon water of minder CO2 uitstoot en dat leidt tot minder productie / export. In die afweging hoef je geen rekening te houden met het feit dat er dan in Frankrijk of Nieuw-Zeeland meer geproduceerd wordt, mogelijk met meer emissie. Want die landen maken wel hun eigen afweging of ze hun CO2 budget aan meer melk willen besteden. Misschien willen ze in Nigeria wel wat meer emissie in ruil voor de welvaart. (en veel milieueffecten kun je oplossen door te spreiden, zodat effect daar wellicht niet zo hoog is) Is dus niet nodig om op EU besluiten rond level playing field te wachten. Die zijn er overigens al in KRW etc.
- als je je zorgen maakt over de voetafdruk van ons systeem in het buitenland (en dus de afwegingen die daar gemaakt worden voor hun export naar ons), dan moet je vooral de consumptie aanpakken. Ons voedsel wordt veelal geïmporteerd. Kun je nationaal mee beginnen maar ook internationaal. En gebruik van inputs in landbouw uit de problematische regio's regelen als je vindt dat de lokale overheid de verkeerde keuzes maakt en wij een zorgplicht hebben.
- los daarvan moet je ook opvattingen hebben voor Europese besluiten rond bv. voedselzekerheid, genetische veredeling, GLB etc.
Het leek me dat het allemaal nog al door elkaar werd gehusseld.
*
dinsdag 12 maart 2024
FD commentaar
donderdag 7 maart 2024
In FD
donderdag 29 februari 2024
Goed gefundeerd
dinsdag 27 februari 2024
Landbouw in Limburg
Deze week 95 jaar geleden verscheen er in de Veldbode ook een aardig artikel over de landbouw in Zuid-Limburg. Daar waren veel boomgaard-weiland combinaties: onder de hoogstambomen met hun grote kruinen liep vee. In de jaren twintig werden die gronden in toenemende mate verpacht waarbij de fruitooogst voor de verpachter bleef. Volgens sommigen was dat een 'gerafffineerd middel om de zakken der landeigenaren te spekken'. 'Bloedzuigenden woeker' ten opzichte van de argeloze pachters, die bij wet verboden zou moeten zijn en het zou leiden tot te weinig bemesting. Aangezien meer dan de helft van de grond in dit landsdeel werd verpacht, was dit iets om je zorgen over te maken.
Ook was er veel discussie over de melkverwerking. Er werden alom fabriekjes opgericht, maar het kwam maar matig van de grond. Sittard, Maastricht en Beek hadden fabrieken met een behoorlijke omzet, maar vooral kleinere bedrijven waar veel arbeid over was gaven er de voorkeur aan de melk zelf te verwerken. Dat won zelfs aan populariteit toen elektriciteit beschikbaar kwam: Voor ontromen van 100 liter melk en karnen van 60 pond boter moest een 'krachtige arbeider' 2 a 3 uur staan draaien. Met een electromotor kostte dat maar enkele centen. De afzet van de kaas en boter ging deels via handelaren, maar ook de weekmarkten in de mijnstreek waren aantrekkelijk omdat de boerin dan door eigen verkoop nog wat extra marge kon binnenhalen.Rogge, haver, tarwe en aardappelen waren de belangrijkste akkerbouwgewassen. De kg-opbrengsten lagen lager dan in kleistreken. Volgens de auteur speelde een rol dat sommige gemeenteambtenaren, die de opgave moesten doen voor de oogstraming, er niet van overtuigd waren dat de cijfers geen rol spelen in de vaststelling van de inkomstenbelasting en bleven daarom aan de voorzichtige kant. De auteur van het stuk vroeg zich wel af waarom de vrees voor de fiscus in Limburg sterker was dan elders. De auteur neigde er toe de boer toch de schuld te geven: gebrek aan onderwijs. Er waren gemeenten waar nog nooit een landbouwcursus was gegeven. Er werden veel fouten gemaakt met het toepassen van kunstmest. Overigens was het aantal landbouwwintercursussen wel toegenomen sinds 1913. Ook de structuur met heel veel kleine bedrijfjes hielp volgens de auteur niet.
Er waren tal van rotaties met veel granen en ook klaver. Die granen waren niet bevorderlijk voor de onkruidbestrijding en zeker wintergranen niet, dan groeide er ook veel grassen in (zoals duist dat in Limburg gewoon gras werd genoemd, maar ook kweek). Er zou dan ook meer op rijen moeten worden gezaaid volgens de auteur. Haver was het slechtst renderende graan, het werd steeds vaker door voederbieten vervangen.
Er werd niet alleen in najaar geploegd maar ook in voorjaar vanwege onkruidbestrijding. Voor voederbieten wel 3 tot 5 keer. De Roermondse auteur D.S. Huizinga was kritisch op zijn Limburgse landbouw. In zijn ogen lag het 25 jaar achter op de kleistreken.
zondag 25 februari 2024
de rode ster appel
De appel (in Limburg ook rode reinet genoemd) was teelttechnisch niet de beste: de boom gaf pas na 8 a 10 jaar vruchten en die zaten ook nog erg los aan de boom zodat ze gemakkelijk vielen, wat nog geen groot probleem is als de ondergrond niet te hard is en er dagelijks wordt geraapt. Maar marketingtechnisch (een woord dat toen nog niet bedacht was) waren er wel voordelen: alle appels mooi kogelrond en gelijkmatig rood. Volgens de auteur verkopen ze zichzelf en denken veel mensen dat het een buitenlands appeltje is, zo mooi, Hij ook vrij hard en stevig en liet zich dan ook goed verpakken voor verzending. Ook bewaren gaat prima: hij is lekker van november tot eind februari. Daarbij leiden kneuzingen niet tot rotte plekken maar worden kurkachtig en steken dus niet de partij aan. De smaak is beter dan van amerikaanse of australische maar legt het helaas toch wat af tegen de goudreinet, zo stelt het stuk.
De wiki leert dat het ras rond 1830 is ontstaan en dat ze nog steeds te koop zijn. Ook als boom.
donderdag 22 februari 2024
Okki 70
De NRC besteedt vandaag aandacht aan het jeugdblad Okki, dat 70 jaar bestaat (en al langer, ze tellen vanaf het moment van reguliere uitgave). Het richt zich op 6-8 jarigen die net kunnen gaan lezen en de wereld op die manier ontdekken. Belangrijk dus.
Maar dat ik hier hier docummenteer is voor het lijstje namen van merken waarvan je niet wist dat het een afkorting was. Okki stond ooit voor Onze Kleine Katholieke Illustratie en begon dus als bijlage van de KI.- een gezinsblad dat al lang niet meer bestaat.
woensdag 21 februari 2024
representativiteit der boekhoudciijfers
Je kon namelijk ook kiezen voor een aanslag door de inspecteur. Het wisselende karakter van die aanslagen was aanleiding voor de oprichting van de boekhoudkantoren, maar sommigen achten het aannemelijk dat de beste bedrijven wel tevreden waren met een forfaitaire aanslag, en vooral de slechte bedrijven tot het reele stelsel zouden overgaan en de boekhouder inhuren. Voor hen gold immers dat de "normen" (zoals de Veldbode het schreef) al snel te hoog waren.
Anderen wilden dit niet op voorhand ontkennen maar wezen op de verrassend grote spreiding in de resultaten van de bedrijven, zodat er toch ook goede tussen zaten en zelfs bij een onderschatting van het gemiddelde de situatie toch ernstig was. Een essayist pleitte dan ook voor minimumlonen voor boeren, nu dat in veel landen ook voor (landbouw)arbeiders werd bepleit.
De Veldbode: 28.3.1928
donderdag 15 februari 2024
Certificeren in het GLB
Vandaag gaf ik een presentatie in Brussel over certificering als een goede optie voor minder administrtatieve lasten en sturen met KPI. Hier is de ppt
woensdag 14 februari 2024
BASF en IG Farben
Bijgaande advertentie van IG Farben met ook BASF op de verpakking wekte mijn interesse. Hoe zat dat ook al weer, want ik meende dat BASF een rechtsopvolger na WO II was toen de Amerikanen IG Farben ontbonden.
De wiki geeft als zo vaak uitkomst, waarbij de Engelse en de NL variant elkaar aanvullen. Het komt er op neer dat BASF ouder is, net als Agfa (later met het Belgische Gevaert in foto's), Hoechst en Bayer en nog een paar (die voor WO 1 pakweg 90% van de chemische industrie in de wereld in handen hadden met de nadruk op verf) besloten in 1925 de Interesse Gemeinschaft Farben op te richten. Naar het voorbeeld van de Amerikaanse rubber barons, Standard Oil en Alcoa. En vandaar dus dat BASF nog op deze zak van IG Farben staat. Na WO II braken de Amerikanen de boel weer op. Hoewel IG Farben pas deze eeuw echt werd geliquideerd.
dinsdag 13 februari 2024
Veldbode 1928
U begreep het al, ik lees dezer dagen de jaargang 1928 van de Veldbode - een roemrucht blad dat snds begin 20ste eeuw in Maastricht werd uitgegeven en concurreerde met de Boerderij. Tweewekelijks vele kolommen gedegen artikelen, met veel marktberichten, veel rapportages over de landbouw in de buitenlanden door de daar gestationeerde landbouwconsulenten (voorlopers van de landbouwraden), veel verslagen van vergaderingen van standsorganisaties, stamboeken, lezingen en dergelijke. Als ook van veekeuringen en landbouwbeurzen. En veel vakinformatie. Maar ook beleidsinformatie zoals verslagen uit de 1e en 2e kamer bij de begrotingsbehandeling.
Het blad bevatte ook veel fotos van koeien en paarden bekroond op vee-tentoonstellingen, Maar soms ook van tractoren of ziekteverschijnselen in planten. Er is de nodige aandacht voor de misère in de landbouw (economisch met veel hoge invoerrechten in omringende landen), voor blaartong (mkz) en een uitgebreide discussie over de noodzaak van een pachtwet omdat de non-valeurs van grondbezitters weinig toevoegen en wel de povere ontvangsten afromen. Af en toe ook een handgetekende grafiek.
De advertenties bevatten bekende namen (Cappon, Massee in machines, Van der Have, Reesink). Veel reclame voor Eternit (merknaam voor asbest golfplaten), voor veevoer en voor kunstmest. Morgen meer over luchtstikstof. Op de foto de aanprijzing van de elektrische keuken.
maandag 12 februari 2024
Cocos-melk uit Delft
Dat de Nederlandse veehouderij deels op industriële bijproducten draait is al een oud verschijnsel. Uit de Veldbode 1928 plukte ik deze advertentie van Calvé in Delft dat het merk Delfia had voor zijn veebrokken.
zondag 11 februari 2024
boerendemonstraties
"De agrarische crisis in Duitschland geeft aanleiding tot reusachtige protestvergaderingen in alle delen van het land. In Noord-Duitsschland zijn er reeds meerdere gehouden; onze afbeelding geeft een deel van de 25.000 boeren uit Zwaben te zien, die dezer dagen in Stuttgart verzameld waren, teneinde hun gemoed eens te kunnen luchten".
Daar zou het niet bij blijven, de economische crisis en de politieke ontwikkelingen daarna zouden nog heel wat teweeg brengen.
donderdag 8 februari 2024
stikstofrechten
Voor wie een abonnement op het ND heeft, hier een link naar een opinieartikel van Roel Jongeneel en mijzelf over de noodzaak stikstofrechten in te voeren.
vrijdag 2 februari 2024
suikerbieten in de ZB
Woensdag was ik in Middelburg en nam de gelegenheid te baat om binnen te lopen bij de ZB, de Zeeuwse Bibliotheek. Daar is een tentoonstelling van Janne van Gilst. Een foto-documentaire met oude en nieuwe foto's over de suikerbietenteelt in Zeeland. Van Gilst, boerendochter uit de Onrustpolder op Noord-Beveland (Peeënland is de bijnaam, hoewel ze er niet aan carnaval doen) is documentair-fotografe zo begrijp ik.
De insider leert niet heel veelnieuws maar het zijn wel mooie foto's. Met de vervlogen tijden van al die landbouwhaventjes, de peetareerders, het gebruik van netten en het bieten dunnen. Toch leerde ik er nog een paar zaken. Zoals het feit dat voor gegarandeerd éénkiemig zaad en of afstand zaaien de kiemkracht van het zaad omhoog moest (het mocht niet fout gaan) en daarom de vermeerdering van bietenzaad uit de Nederlandse en Vlaamse kuststrook (met de minste kans op zware vorst) verdween en naar o.a. ZW Frankrijk verschoof. vanwege de betere zomers. Later verschoof het ook naar andere plekken rond de 45ste breedte graad. Zo meldt de beschrijving op gezag van Van der Have zaaizaden.Bij het bieten dunnen is er ook nog aandacht voor de rol van de vrouw (en kinderen) in de teelt. Die werden vooral bij het dunnen ingezet. De tekst suggereert dat het grote voordeel was dat die minder zwaar waren en minder schade door vertrapping aanbrachten. Ik vermoed toch dat de arbeidspiek de echte drijfveer was. Stukloon werd ingezet om personeel tot veel inzet te bewegen, je kon prima tussen de rijen doorlopen en ik heb zelf nooit van problemen gehoord bij de grote ploegen arbeiders die eind jaren 50 / begin jaren 60 op de grotere landbouwbedrijven actief waren in het dunnen.
Over Van der Have gesproken: ook dit bedrijf komt aan de orde.In 1879 begon Daniel Johannis van der Have, afkomstig uit Oosterland, een boomkwekerij in Kapelle met 200 gulden startkapitaal.In 1914 ging hij ook in de handel van zaaizaden. Toen zijn zoon de studie plantenveredeling had afgerond kwam er een kweekbedrijf. Maar ook tuinarchitectuur en het opwekken van elektriciteit voor de openbare verlichting waren activiteiten. Het werd een bloeiend bedrijf met uitstekend personeelsbeleid met al heel vroeg een vrije zaterdagmiddag. Na de tweede wereldoorlog internationaliseerde het bedrijf en exporteerde zaden over de hele wereld, van de VS tot Japan en Iran.
Bij gebrek aan een opvolger in de familie verkocht men in 1970 de helft van de aandelen aan SuikerUnie (de vriendschap tussen Daan van der Have en Marien Geuze, uit Poortvliet, Suiker Unie voorzitter zou daar aan hebben bijgedragen). Zo werd de suikerbietenketen wat meer gesloten. (n 1977 volgde de rest van de aandelen. Suiker Unie leed nogal verlies op zijn conserven-activiteiten en zag zich gedwongen in 1996 een deel aan het Britse zadenbedrijf Zeneca te verkopen.. En zo ontstond Advanta Seeds. In 2004 volgde de rest waarbij Advanta in handen kwam van het Zwitserse chemieconcern Syngenta. Die verkocht het nog dezelfde week aan de Amerikaanse beleggingsfonds Fox Paine (maar hield de veredeling van grote gewassen als granen, mais en soja wel vast. De beleggers brachten het onder bij het Franse Limagrain, die de graszadenpoot doorverkocht aan het Deense DLF Trifolium. Daarmee was Van der have wel ontmanteld.
maandag 29 januari 2024
Strategische dialoog in de EU
De boerenprotesten in verschillende landen in Europa en de strategische dialoog die Von der Leyen is gaan voeren leiden of Foodlog tot een interessante discussie of Tom Poes een list voor haar kan verzinnen. Wie dus wat van mijn hand wil lezen, kan daar terecht.
vrijdag 26 januari 2024
De Zeeuwsche Graanbouw
Namelijk dat het Genootschap een handschrfit verwierf, getiteld De Zeeuwsche Graanbouw, een handgeschreven gedicht van bijna 300 regels met 11 pagina's toelichting van de heer van Wolfaartsdijk, Willem Emmery de Perponcher Sedlnitzky (1741-1819). Zou in 1801 ook bij J van Schoonhoven in Utrecht zijn verschenen, en zeer informatief zijn over werkwijzen en werktuigen.
donderdag 25 januari 2024
Lijstje: tips voor goede communicatie
- zoek naar interessante onderwerpen (zoek naar kansen; vraagt: wat kan ik hiermee)
- beoordeel de inhoud, niet de verpakking (beoordeelt de inhoud, niet de verpakking)
- wacht met reageren (schort oordeel op totdat alles helder is)
- oefen in luisteren (doet zijn best, heeft een actieve houding)
- laat u niet afleiden (vecht tegen afleiding of vermijdt het; tolereert slechte gewoontes; kan zich concentreren)
- oefen uw denkvermogen (gebruikt mogelijke onderwerpen als hersengymnastiek)
- sta open voor ideeën (interpreteert "kleurrijke bewoordingen" heeft daar geen problemen mee)
- profiteer ervan dat denken sneller gaat dan praten (inventariseert; maakt een afweging; daagt uit; luistert "tussen de regels door")
dinsdag 23 januari 2024
sociologie van family farming
maandag 22 januari 2024
Teeltondersteuning
Hier zijn de slides van mijn inleiding van vanmiddag in Geldermalsen. Er werd een Handreiking Teeltondersteunende Voorzieningen ten doop gehouden. Ik sprak over het voeren van de dialoog tussen ondernemers en burgers over met die handleiding. De sheets staan op slideshare.
woensdag 17 januari 2024
Economie van BZV
Bij het opruimen van het archief kwam ik nog wat aardige papers tegen. Zoals een over de economie van de ongetrouwde boer. In de European Review of Agricultural Economics van 1995 boog Guenhael Jegouzo zi h over de ongetrouwde boer ("Economic determinants of male farmers'marital status) in Frankrijk. Met cijfers uit de jaren tachtig.
Het paper constateerde dat vooral kleinere boeren (gemeten in omzetklasse met Europese grootte-eenheden) ofwel boeren met een lager inkomen veel minder vaak gehuwd waren. Met andere woorden, vrouwen kiezen de rijkere man. Nu zou je natuurlijk ook kunnen denken dat het andersom zit, dat een getrouwd stel meer inkomen heeft als beiden werken en zich een groter bedrijf kunnen permitteren.Maar de auteur trok alles uit de kast aan statistiek en sociologische verklaringen om de causale relatie te leggen tussen inkomen(spotentie) en huwelijkskans. Zo beschreef het paper dat in een landbouwgebied meisjes vaak gaan studeren en niet terugkeren omdat er vaak alleen (redelijk fysiek) werk is in landbouw, bosbouw en mijnbouw, weinig in scholen of zorg. Sterker nog de auteur stelt dat bij meerdere kinderen de boerederij naar een jongen gaat, dat de vader veelal probeert een jongen boer tet maken en een moeder haar dochter aanmoedigt te vertrekken omdat trouwen met een boer niet altijd even aantrekkelijk is voor eigen ontplooiing. Er is dus een mannenoverschot in veel landbouwregio's en de dames hebben de keuze. En dan hebben grotere boeren een streepje voor. Geldt allemaal niet voor individuele gevallen, dit is Frankrijk in de jaren 80 maar je zou er zo maar een tv programma over kunnen maken. Misschien kan een student eens onderzoek doen naar het aantal brieven dat boeren bij Boer zoekt vrouw ontvangen in de 1e ronde in relatie tot de bedrijfsgrootte (en net als in het paper zoveel mogelijk corrigeren voor andere factoren...).
maandag 15 januari 2024
liberalisme zonder cement
zaterdag 13 januari 2024
Gebouwgebonden landbouw
Jannemarie de Jonge van het College van Rijksadviseurs kijkt naar de ruimtelijke ordening en de locatie voor gebouwgebonden land- en tuinbouw. Liever geen gespreid glas of intensieve veehouderij maar clustering. We spraken erover in een interview dat Foodlog online zette.
vrijdag 12 januari 2024
paardenkrachten
Mooi trivia-weetje uit het Shell PR blad Venster: het begrip paardenkracht had ook wel ponykracht kunnen heten en is een marketingterm. Dat zit zo: James Watt, een instrumentenmaker aan de universiteit van Glasgow krijgt in 1763 een primitieve stoommachine van het type Newcombe te repareren. Die werden ingezet in de koper- en tinmijnen in Cornwall die nog al wat last hadden van water, de schachten liepen deels tot onder zee. In die mijnen werden Shetlandpony's (die een lage schofthoogte hebben) ingezet daar waar de stoommachine nog ontbreekt of niet efficiënt genoeg is. Watt repareert en maakt daarna een verbeterde machine, met een condensatiekamer zodat stoom en warmte behouden blijft en de steenkool-efficiency van deze 'vuurmachine' dus fors omhoog gaat.
Dat wordt een start-up met de ondernemer Matthew Boulton en Watt ziet bierbrouwer Samual Whitbread als een potentiele koper. Bij hem draaien paarden 144 rondjes per uur in de rosmolen voor de aandrijving. Watt gaat er vanuit dat hij aan overtuigingskracht wint als hij kan aangeven hoeveel paarden zijn stoommachine vervangt. Watt bestudeert mijnpony's, molenpaarden, boerderijpaarden, telt rondjes en gooit er een hoeveelheid wiskunde tegenaan om te concluderen dat een paard ongeveer 33.000 Engelse ponden (15 ton) per foot (30.48 cm) per minuut kan verplaatsen. Dat is 1 paardenkracht. Watt legt de bierbrouwer uit dat zijn machine 200 paarden kan vervangen, of wel 200 pk levert. En dan zonder het gedoe van die paarden met hun verzorging en voer (maar met steenkool). De brouwer gaat er in mee en verdubbelt binnen een jaar zijn populaire bierproductie. Inmiddels is een paardenkracht gelijk aan 746 watt.
Monika Jak: Paardenkracht in Venster, januari 2024, p.9
dinsdag 9 januari 2024
systeemfalen
Het schiet niet zo op met de transities in Nederland. Overheid, bedrijfsleven en samenleving weten elkaar maar slecht te vinden in een beeld van waar we naar toe willen. Net voor de kerst publiceerden we bij de Rli een verkenning, met het idee daar dit jaar verder aan te werken in een advies. Hierbij een link naar de verkenning.
maandag 8 januari 2024
data management
Ik zette mijn laatste column uit Food- en Agribusiness op Linkedin en dat leverde een nuttige discussie op. Voor de liefhebbers van data management in de agrarische sector, zie hier
vrijdag 5 januari 2024
Pootafdruk
Bij lezingen wordt ik nog wel eens gevraagd naar de onduurzaamheid van het (Randstedelijke) huisdier. Dankzij een artikel in VORK, dat in december uit kwam, kan ik er voortaan wat over zeggen. E en middelgrote hond heeft een pootafdruk in CO2-equivalanten via zijn voeding van 870 kg per jaar, dat is net zoveel als met het vliegtuig op en neer naar Gran Canaria. Er zijn (cijfers 2022) ca. 1.8 miljoen honden in Nederland. En 3 miljoen katten. Die vragen 0.4 -0.7 ha per dier per jaar aan landbouwgrond voor hun voer, bij de honden is dat 0.9-3.7 ha. Daarnaast moet je natuurlijk ook denken aan vermesting door uitlaten en de aanslag op de vogelstand.
Komt omdat de dieren vleeseters zijn. En dat gebeurt wel deels met afvalvlees (orgaanvlees e.d.) maar dat heeft deels ook een alternatieve aanwending (biogas e.d.) en bovendien zijn baasjes gecharmeerd van blikjes met goed vlees want voor je dier dat je baby is, wil je het beste. Overigens is er intussen ook een vegan veevoertrend. Bij honden schijnt dat wel te kunnen, die eten al eeuwen wat de pot schaft en hebben zich daar aan aangepast. En tot recent zat er niet zoveel vlees in die potten.
Een beetje minder voer is het eerste wat helpt: De helft van de honden en katten heeft overgewicht, 8 a 10 procent is obees.
De auteur van het stuk doet ook nog een leuk gedachtenexperiment dat weer eens aangeeft hoe er eigenlijk geen wereldvoedselprobleem is (en daar geen argumenten aan ontleend moeten worden om te vervuilen): Als alle katten en honden in de wereld plantaardig zouden eten dan kont er een oppervlakte landbouwgrond vrij ter grootte van Argentinië, genoeg om een half miljard mensen te voeden, er zijn 2 miljard minder dieren nodig voor honden- en kattenvoer en de uitstoot van broeikasgassen gaat in de veehouderij 9% omlaag.
Nu nog een beleidsinstrument. Subsidie op Japanse robotkatten ??
Zie: Lisa Dietz: De pootafdruk van je harige huisgenoot. in V0rk: 10-4, december 2023
woensdag 3 januari 2024
Walvis
Laatste post n.a.v. de kersteditie van The Economist. Over de walvis, en met name over het beprijzen ervan. Eens was dat simpel, dat gebeurde in de markt, nu gebeurt dat door externe kosten en baten te analyseren en waarderen. Het artikel geeft wat inkijkjes in welke problemen dat oproept.
In 1859 werd er olie aangeboord in Pennsylvania, waardoor olielampen voortaan niet meer met traanolie (walvisolie) hoefden te worden gestookt maar er kerosinelampen kwamen. Vanity Fair publiceerde in 1861 dan ook een cartoon met een paar walvissen met een glas champagne. In 1851, het jaar waarin Herman Melville "Moby Dick" publiceerde vertrokken er nog 137 walvisvaartreizen uit New Bedford, Massachusetts. Aan het eind van de eeuw waren het er maar een dozijn. De walvisolieprijs halveerden.
Toch duurde het nog lang voor de walvisvaart tot een eind kwam. Want de fossiele brandstof maakte de jacht veel goedkoper. En erger: het maakte het ook mogelijk om met stoomschepen in de wateren van Antarctica op jacht te gaan. Door de fossiele olie werd het ook makkelijker om explosieven te maken, die hun weg vonden naar explosieve harpoenen. En bovenal: die explosieven vroegen om glycerine, voor nitroglycerine, en het bleek dat walvissen dat konden leveren.
Ook werden de walvissen een goedkope bron voor pet food en in de margarine productie. Rond 1935 werd 84% van de walvisolie tot margarine verwerkt. De marktwaarde van een walvis steeg naar 1.800 pond (130.000 dollar in 2013 waarde).
Al in 1911 begonnen de Britten met licenties maar economie, politiek en het internationale karakter van het probleem van dreigend uitsterven maakte dat weinig succesvol. Door de introductie van varende verwerkingsfabrieken was controle op regels vrijwel onmogelijk. Het was overproductie die nog enig effect had: tijdens de Depressie was grootverbruiker Unilever in 1930 bereid de hele voorraad olie op te kopen op voorwaarde dat Noorwegen in seizoen 1931/32 niet zou uitvaren. Het leidde tot zelfregulering van de Britse en Noorse vloot. Er kwam zo iets als een systeem van verhandelbare quota. Wel in aantallen gemeten, dus men ging de grootste exemplaren wegvangen.
Na WO II ging de International Whaling Commission aan de slag om de markt te ordenen en uitsterven te voorkomen. Dat was aanvankelijk geen succes. De Britten en de Noren kregen meer concurrentie. Generaal McArthur moedigde Japan aan om de voedselsiutatie te verbeteren en op wolavisjacht te gaan, de Russen hadden in de oorlog een paar Amerikaanse schepen voor dat doel gekregen en gingen ook aan de slag. (Ook NL met Unilever op de achtegrond bouwde de Willem Barentz). In de oorlog ontwikkelde sonar en beschikbare helicopters hielpen de efficinecy te verbetetren.Maar de koude oorlog had ook nog een bijzonder bijeffect. Bij het luisteren naar onderzeeboten registreerden wetenschappers ook het geluid van de walviscommunicatie. In 1970 haalde de LP The Songs of the Humpback Whale" de Billboard top 200. En hoewel die op 176 strandde, deed het veel voor de sympathie van het publiek en voor de conservatie. Ook landen zonder walvisvloot werden lid van de IWC en begonnen het beleid te beinvloeden. TOen Japan en de USSR de opgelegde quota te laag vonden, dreigde president Ford met een handelsboycot.
Inmiddels is het tij gekeerd: van 450 blauwe vinvissen in de zuidelijke oceaan bij het instellen van een moartorium in 1982 zaten we rond 2000 weer op ca. 2300, een gorie van 8.5% per jaar.
De Humpbacks doen het nog beterCan 10.230 naar 42.000 In de hele 20ste eeuw zijn er naar schatting 2.9 miljoen walvissen gedood.
The Price of a Whale, The Economist, 23.12.2023
dinsdag 2 januari 2024
de oorsprong van de macht
The Economist meldde eind vorig jaar in zijn Free Exchange rubriek dat er nu archeologisch bewijs is voor de tweede opvatting. Robert Allen, Leander Heldring en Martin Bertazzini beschrijven in een paper in de Aemerican Economic Review dat stadsvorming in het oude Mesopotamië nadat een rivier zijn bedding had verlegd niet plaats vond bij de nieuwe bedding (waar water was voor beregening van gewassen en logistiek) maar op plekken waar de rivier verdween en men een kanaal naar de rivier ging aanleggen. Dat ondersteunt de tweede theorie.
Beting tge Farn, The Economist 23.12.2023