Mijn Deense collega Svend Rasmussen heeft met de inzet van de nodige econometrie aan de hand van een panelonderzoek in het Bedrijven Informatienet uitgerekend wat de optimale omvang van een landbouwbedrijf is. Schrik niet.
Voor het jaar 2007 schat hij dat voor een melkveebedrijf op 229 koeien (met 258 ha), 1022 zeugen of 790 ha akkerbouw. Die getallen lopen ook snel op: in 2000 ging het nog om 174 koeien, 712 zeugen of 513 ha.
Hij constateert dan ook dat meer dan 90% van de full-time (!) bedrijven te klein is om tegen de laagste kostprijs te produceren. De technologische ontwikkeling gaat zo snel, dat boeren dat niet goed bij kunnen benen. Met name in de akkerbouw wordt de afstand tussen optimum en werkelijkheid steeds groter, mede doordat er remmende wetgeving bestond: om gezinsbedrijven te beschermen mochten ze niet al te veel grond bezitten.
Vroeger, toen we nog het IJsselmeer inpolderden, maakten we in Nederland ook van dat soort sommen. Omdat prijzen en technologie in ons land niet heel veel anders liggen dan bij de naaste concurrent (met uitzondering van de akkerbouw die zich hier veel meer op aardappelen en groenten richt), zou het me niet verbazen als de getallen in Nederland op hetzelfde niveau liggen. Kan iemand dat eens (laten) narekenen?
Svend Rasmussen: Estimating the technical optimal scale of production in Danish agriculture. In: Food Economics, April 2011
Geen opmerkingen:
Een reactie posten