donderdag 31 maart 2011

arm en rijk in eten II

Armen eten anders dan rijken. De Engelse schrijver George Orwell schreef er tijdens de depressie van de jaren 30 een prachtige tekst over, die The Economist afgelopen weekend nog eens citeerde:
“The basis of their diet is white bread and margarine, corned beef, sugared tea and potato—an appalling diet. Would it not be better if they spent more money on wholesome things like oranges and wholemeal bread?…Yes it would, but the point is, no human being would ever do such a thing.…A millionaire may enjoy breakfasting off orange juice and Ryvita biscuits; an unemployed man does not…When you are underfed, harassed, bored, and miserable, you don’t want to eat dull wholesome food. You want to eat something a little bit tasty.”


Een paar economen (Robert Jensen en Nolan Miller) hebben, zo lees ik het blad, het inzicht dat hongerige mensen anders eten dan niet-ondervoede mensen gebruikt om betere schattingen te maken hoeveel mensen er ondervoed zijn. Als mensen arm en ondervoed zijn, zullen ze al hun geld besteden aan goedkope calorien in bulk staple foods. Krijgen ze wat meer geld dan gaan ze dat o.a. besteden aan smaak en variatie (en wellicht gezondheid, zie de blog van gisteren). Dat betekent dus dat het aandeel calorien uit goedkope staple foods als rijst dus bij een bepaald inkomen fors gaat dalen. Uit onderzoek in China blijkt dat als dat aandeel lager is dan 80% dan ben je de ondervoeding voorbij.
Vervolgens kun je dus mensen vragen een dag te noteren wat ze allemaal eten (of gisteren gegeten hebben) en je kunt dat percentage uitrekenen. En zo blijken er in China 32% te zijn, terwijl het officiele cijfer is dat 67% van de mensen minder dan 2100 calorien heeft. Maar blijkbaar zijn er mensen die al bij 1800 cal. geen honger meer hebben en wat meer smaak (en vlees?) kopen.
De nieuwe methode lijkt ook in de tijd aannemelijk: tot nu toe suggereerden de cijfers dat een inkomensstijging tussen 1991 en 2000 samen ging met een stijging van het aantal ondervoeden (van 53 naar 67%). Dat kan (andere inkomensverdeling) maar lijkt niet zo waarschijnlijk. De Jensen en Miller methode suggereert een daling van 49% naar 32%. Tegelijkertijd leidde een subsidie voor arme gezinnen op granen niet tot meer graanconsumptie, maar meer vlees- en garnalenconsumptie.

The Economist: Stomach Staples, 20.3.2011

1 opmerking:

Lan zei

"Krijgen ze wat meer geld dan gaan ze dat o.a. besteden aan smaak en variatie (en wellicht gezondheid, zie de blog van gisteren). Dat betekent dus dat het aandeel calorien uit goedkope staple foods als rijst dus bij een bepaald inkomen fors gaat dalen"

Inderdaad. Goedkope staple foods zijn vaak 'inferior good'. Doet me trouwens denken aan een opmerking van Steven Cheung over de Chinese vertaling van 'inferior good': dat is geen 'inferior good', maar 'poverty good'.