Boerderijen in Noordse landen (Noorwegen, Zweden, Finland, deels ook Denemarken) zijn vaak kastanjerood gekleurd. De foto hiernaast maakte ik gisteren in de buurt van Aas, het Wageningen van Noorwegen, ten zuiden van Oslo - en even 'goed' bereikbaar als Wageningen. Ik was er voor een bestuursvergadering van de EAAE.
Maar waarom zijn ze rood? Omdat dat hoort, vindt men nu. Maar oorspronkelijk was die rode verf als een goedkoop bijproduct afkomstig uit de mijnindustrie. En was het dus een economische keuze, die na verloop van tijd tot een sociale norm werd: een boerderij moet rood zijn. Ik vermoed dat groene of blauwe of witte verf inmiddels bijna even goedkoop is. "Bijna" omdat het af fabriek niet duurder is, maar er wel weinig vraag naar is, dus een winkel moet het speciaal bestellen of in voorraad houden, en dat maakt andere kleuren in de dorpswinkel vermoedelijk (ik had geen tijd voor bezoek aan de locale Welkoop) toch net wat duurder. Ook dat helpt de voorkeur voor rood in stand houden.
Dat het een norm werd kun je ook goed zien in de die delen van de VS, zoals Minnesota, waar veel Noren en Zweden wonen. Die hebben ook een voorkeur voor die kleur uit hun thuisland. Overigens kennen we in Nederland ook een voorbeeld van een vrijwel vergelijkbare sociale norm of institutie (zoals economen dat graag noemen): de zwarte schuren in Zeeland. Daar was het teer de goedkoopste manier van verfen omdat het in de scheepsbouw van de VOC en WIC (West Indie Compagnie) veel gebruikt werd. Nadeel van dat zuinige zwart was wel dat je 's nachts de deuren slecht kon vinden, en daar had men ook wat op gevonden: een wit biesje om de deur. Inmiddels vinden we dat echte Zeeuwse schuren er zo uit moeten zien: van economie tot cultuurhistorie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten