zaterdag 23 juli 2022

leeglopende steden

 Ik lees de 2006 uitgave van het jaarboek van hwr Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, dat ze Archief, dus Archief 2006 noemen. Het oudste wetenschappelijke blad van Nederland, maar dat terzijde. De 2006 uitgave ging over stad en platteland. Met artikelen uit een toen nog niet afgerond project dat de desurbanisatie in Zeeland bestudeerd.

In de 2e helft van de 18e eeuw was er in veel steden sprake van economisch verval en was er een netto-vertrek overschot. Huizen stonden leeg, verkrotten. Daarentegen was er een behoorlijke aanwas op het platteland (waar men veel minder naar de stad trok). Een artikel van Wijnand W. Mijnhardt "De balans tussen stad en platteland" beschrijft dat fraai. Landbouw werd steeds belangrijker, daar ging het na 1750 ook weer goed mee. Nederland werd weer een plattelandssamenleving. Dit openingsartikel bekijkt kritisch of vorige generaties niet wat veel de Gouden Eeuw hebben verheerlijkt en de perioden daarna als verval hebben getypeerd. 


Geen opmerkingen: