maandag 22 februari 2021

Maandag Mythedag: ik vertrek?

 We hervatten de reeks van mythes waar mee moet worden afgerekend. Vandaag:

"De landbouw vertrekt uit Nederland"

omdat sommige mensen denken dat de primaire sector niet voor niets is opgevolgd door de secundaire (industrie) en tertiaire sector (diensten) waarmee in een geavanceerde maatschappij meer is te verdienen.  Het geklaag over lage inkomens van boeren ondersteunt die gedachte: blijkbaar kunnen we de concurrentie niet aan en als het dan ook nog overlast geeft, dan zal het wel weg gaan. 

Niets is minder waar. De landbouw is tegenwoordig sterk verknoopt met andere onderdelen van het voedsel eco-systeem en buitengewoon kennis- en kapitaalsintensief. Het is een sector waarbij je dicht bij andere partijen, van dierenartsen en accountants tot veevoerbedrijven wilt zitten. Internet verandert dat niet, sterker, je wilt een goede glasvezel infrastructuur. Het is makkelijker om arbeid hier naar toe te halen dan je bedrijf  te verplaatsen naar de plekken waar arbeid goedkoop is. Het is kapitaalsintensief met veel vaste kosten en dus zit de landbouw op een plek met een goede kapitaalmarkt voor financiering en goede juridische garanties die je bezit beschermen. 

Naast deze concentratie (cluster)voordelen geldt ook dat het bij concurrentie om relatieve verhoudingen gaat. De 1.8 mln ha die we aan landbouwgrond hebben gaan we niet allemaal met huizen en zonnevelden bebouwen, noch bebossen. Een deel(tje) wel maar de rest blijft. En dan is landbouw een veel aantrekkelijker activiteit dan er natuur van te maken, dat beheerskosten met zich meebrengt. Boeren kunnen dat beheer goedkoper doen dan een terrein-beherende organisatie. 

En iets dergelijks geldt ook aan de grens: ook met een hoge kostprijs kun je exporteren, het hangt af van je relatieve kostprijs. Maar dat is een verhaal dat bij een aparte mythe hoort. Conclusie hier is: de landbouw in Nederland is een blijvertje, ook al geldt dat gezien de lage inkomens niet voor alle boeren. 

Geen opmerkingen: