zaterdag 17 april 2010

Pisany-Ferry over China

Jean Pisani-Ferry, de directeur van de Brusselse denktank Bruegel, liet zich 8 april in de NRC interviewen over de relatie EU-China. Een aantal citaten is zeer de moeite waard in het kader van het denken over geopolitieke verhoudingen. Aangezien dat in het denken over schaarste en transitie een rol speelt, leg ik ze maar even vast:

Amerika en China zijn beide traditionele machten: sterke staten die streven naar hegemonie. Europa is een postmoderne macht. Voor ons betekent global governance dat je overlegt, afspraken maakt, macht deelt. Dit zit in onze genen. Wij herkennen de ambities van de VS en China niet. Willen dat spel ook niet spelen als zij. Ook economisch zijn China en Amerika communicerende vaten. China spaart, Amerika spendeert. China exporteert, Amerika importeert. Hun verhoudingen moeten worden rechtgetrokken. De vraag is: moet China meer spenderen of Amerika meer sparen. De EU staat aan de kant, omdat import en export redelijk in balans zijn.

Binnen Europa zie je enorme verschillen en voeren Frankrijk en Duitsland dezelfde discussie als China en Amerika.

De G20 strookt met de Europese hang naar multilaterale politieke afstemming. Tegelijkertijd is de G20 een paradijs voor grote staten. Europa zou daar met 1 man moeten zitten om invloed te hebben. Dat lukt niet.

Je kunt internationaal alleen meespelen als je als blok optreedt. Zolang er economisch muren om Europa stonden, in de jaren 60 en 70, en we intern integreerden, werden we paradoxaal genoeg meer als blok gezien als nu. Nu zijn die economische buitengrenzen weggevallen door de globalisering. Dus hebben we meer politieke integratie nodig om onze aparte identiteit te behouden. Nu erodeert ons economische en politieke gewicht en worden we steeds minder als blok gezien. Op handelsterrein spreekt Europa met 1 stem. Dat dwingt respect af. Maar op buitenlandse politiek of energiebeleid niet.

Regeringen zijn ten onrechte bang dat meer Europa impopulair is bij burgers. Uit peilingen blijkt dat burgers pragmatisch zijn en begrijpen dat sommige dingen internationaal geregeld moeten worden.

China is onzeker en niet erg actief. China heeft legioenen ambtenaren maar weinigen zijn getraind om het multilaterale spel te spelen. Ze spreken hun talen slecht, zijn bang voor gezichtsverlies en wachten altijd op instructies van hogere niveaus.

Caroline de Gruyter: Europa herkent machtsambities VS en China niet. in NRC 8.4.2010

Geen opmerkingen: