schrijf in het commentaar op deze blog een getal tussen nul en honderd. Winnaar is degene wiens nummer het dichtst zit bij tweederde van het gemiddelde van alle genoemde getallen.
Jullie lezers zijn nog lastig tot interactiviteit over te halen, of je vermoedde een addertje onder het gras want veel antwoorden zijn er niet gegeven. Ik ontleende het spelletje aan een lezing van prof. Klaus Schredelseker uit Innsbruck die het gebruikte om uit te leggen dat economie uitgaat van spelletjes tussen mensen, ook in de waarde van informatie. Ook het antwoord ontleen ik aan zijn sheets:
- als je een getal boven de 33 gekozen hebt, dat heb ik geen idee waarom je dat deed
- koos je een getal in de buurt van 33, dan nam je 2/3e van het veronderstelde gemiddelde van 50. Dat betekent dat je jezelf intelligent vindt, en de rest dom.
- hoe lager het nummer dat je gekozen hebt, hoe meer respect je hebt voor andermans intelligentie.
- als iedereen een perfecte denker is, en iedereen weet dat, dan had je als antwoord nul moeten kiezen
En daarmee is het verschil geillustreerd tussen eerste orde informatie (de 33) en tweede orde informatie. Economen wijzen erop dat er in veel economische processen sprake is van tweede orde informatie. Schredelseker gaat zover dat hij er zelfs een verschil tussen technici en economen in ziet:
Er zijn twee jongetjes, die ieder een groen petje op hebben, maar dat niet weten en die kleur moeten raden waarbij ze alleen het petje van de ander kunnen zien. Een derde persoon vertelt ze: "minstens een van jullie heeft een groen petje op".
Volgens Schredelseker is de logische reactie van een natural scientist die van het jongetje dat reageert met "deze domme man vertelt ook niks nieuws, ik zie dat mijn vriendje een groen petje heeft, deze informatie is overbodig"
De econoom zou even nadenken en reageren met: "hmm, bedankt voor de info. nu weet ik dat ik een groen petje op heb". Want hij heeft tweede orde informatie (voor de technici: als hij een rood petje op had gehad, dan had het andere jongetje dat de rode pet kon zien wel geroepen: dank je, hij heeft rood op dus ik heb een groene).
Voordat jullie nu allemaal wel beginnen te reageren ter gerustelling nog het volgende: toen Schredelseker dat vertelde aan een zaal met een aantal gerenomeerde hoogleraren landbouweconomie waren er toch ook een aantal aan wie het nog even moest worden uitgelegd. Ik heb ze niet naar hun vooropleiding gevraagd, al was het maar omdat ik per ongeluk de eerste vraag al met 1 had beantwoord (en niemand met nul). ;-)
Prof. K. Schredelseker: To know or not to know - what is the question?, presentatie Igls, 15.2.2007
Geen opmerkingen:
Een reactie posten