In dat vak gaat het om het op maat maken van bacteriën en schimmels zodat ze bepaalde taken kunnen verrichten, zoals het opruimen van chemische verontreiniging (en dan niet overal gaan spuiten natuurlijk) of het voor vergisting beter afbreekbaar maken van planten.
En als je zo de schimmels en bacteriën begrijpt kun je uit de natuur degene zoeken die je kunt inzetten voor het behandelen van afvalwater of omzetten van voedselafval in brandstof etc.
Hier kun je rond een investeringsbeslissing dus mooie dilemma's creëren: gaan we zoeken in de natuur of gaan we ze maken. Maakt het daarbij uit of je een risico loopt dat "maken" aan het GMO debat wordt gekoppeld?. Maakt het wat uit dat je in Europa misschien door al die recepten van voedsel waarmee we schimmels en bacteriën hebben leren inzetten, misschien een concurrentievoordeel op onderzoek in de VS hebt? Is zoeken in de natuur wellicht aantrekkelijker omdat het zich meteen zou kunnen terugbetalen omdat je de kennis toepast in nieuwe wijnen en worsten? Of gaat maken sneller en gerichter? Maakt het wat uit of je het onderzoek moet co-financieren in een PPS biobased met chemieconcerns in Nederland of als je dit doet in kader van voedingsonderzoek in Franse kaas en Spaanse worst ?
Allemaal afwegingen die een investeringsplan compliceren. Hopelijk worden ze goed en expliciet gemaakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten