vrijdag 19 april 2024

cobra=effect

Het Shell PR-blad Venster had in een leuk trivia-overzicht ("met de kennis van nu") deze week aandacht voor eht Cobra effect. Dat staat voor perverse prikkels, dat zijn prikkels voor gedragsverandering die onverwachte, ongewenste bij-effecten hebben.

Het Cobra effect is daarvan wel de sterkste. Het is genoemd naar de cobra-plaag in (New)Delhi waar de Britse kolonisator mee te maken had. Ze dachten slim te zijn door een beloning in te stellen voor elke ingeleverde cobra-huid. Die was blijkbaar zo aantrekkelijk dat de bewoners van Delhi de cobra's gingen kweken. Dat was al een perverse prikkel, maar de Britten deden er nog een schepje bovenop door de premie af te schaffen. waarna de cobratelers hun slangen massaal los lieten en de plaag groter werd dan ooit. 

donderdag 18 april 2024

plekspuiten

Ik weet niet of er al een goed Nederlands woord voor is: spot spraying. Ik hou het even op plekspuiten. Ik kome erop  door een artikeltje gisteren in Food+Agribusiness over de ARA-precisiespuit van het bedrijf Ecorobotics. Deze Zwitserse nieuwkomer (een start-up uit 2014) is vooral een AI bedrijf. Hun machines hebben geen taakkaarten nodig maar scannen het veld en identificeren onkruid, ook in de rij. Vervolgens wordt gewasbeschermingsmiddel toegepast, in vlakjes van 6x6 cm door 156 individueel aangestuurde spuitdoppen. Met deze superprecisie wordt 80 a 90% middel bespaart. Een van de voordelen is ook dat het cultuurgewas geen tik mee krijgt van het bestrijdingsmiddel. Wel ligt de capaciteit met een 6 meter brede machine en lage snelheid (7 km per uur) veel lager dan bij vollevelds spuiten: de leverancier suggereert 4 ha, maar inclusief tanken e.d. lijkt de praktijk uit te gaan van 2 ha. En de chauffeur heeft wat meer kennis nodig van afstelling en weersomstandigheden (dat laatste lijkt me ook met informatietechniek te ondersteunen) Machines kosten meer dan een ton, maar worden goed verkocht. Twee jaar geleden werd de eerste geïmporteerd, vorig jaar verkocht men er 12 en dit jaar gaan er 90 over de toonbank. Nog niet alle gewassen zitten in de AI en die wordt ook door het uploaden van de data steeds meer verbeterd, en dus hoort er bij ht apparaat een software-abonnement van net geen 10 mille per jaar. 

Een mooie ontwikkeling waarmee het gewasbeschermingsmiddelenprobleem snel kan worden opgelost. 

bron: Ecorobotics bestormt markt precisiespuiten in: Food+Agribusiness, 17.4.2024

zondag 14 april 2024

protesten en het GLB

 Alan Matthews schreef een informatief artikel over de boerenprotesten en de reactie van het beleid in Brussel. Zie alhier

zaterdag 13 april 2024

voedselzekerheid

 


Deze week verscheen mijn column in Food+Agribusiness. Over de onzin van het criteirum Voedselzekerheid in lokale discussies over veehouderij en het gebrek aan concretisering in nationale. Boerderij was er van gecharmeerd en maakte er melding van op LinkedIn

zondag 7 april 2024

Vroege Vogels

 De redactie van het BNNVARA programma Vroege Vogels wilde aandacht besteden aan de problematiek van hoge grondprijzen, waardoor jonge starters en externsievere productiemethoden uit de markt worden gedrukt. En dus zat ik vanochtend in Gasterij Stadszicht aan het Naardermeer. Na een leuk gesprek bij Menno Bentveld genoten we van het natuurgebied. Voor wie terug wil luisteren, de lijnk (laatste kwartier).

maandag 25 maart 2024

landbouwvisie

Twee weken geleden organiseerde WUR een bijeenkomst over de door hen geformuleerde dilemma's rond de landbouwtransitie. Chatham House Rules maar het staat journalisten natuurlijk vrij om daarna nog deelnemers te interviewen. Mijn bijval aan Roy Meijer van NAJK en Alex Datema van Rabobank dat een visie op de landbouw in de metropool ontbreekt (en we teveel met middelvoorschriften reguleren) leidde nog tot een interview en citaten in een groot middenpagina-artikel in Food & Agri. Voor wie een abonnenment heeft en het nog niet zag, zie alhier.

vrijdag 22 maart 2024

Lijstje: 4 soortnamen voor adellijk grondgebied waar er toch maar 1 van is

 
Ik lees en schrijf over voorbije tijden en ineens vielen me 4 gebieden in Nederland op die velen meteen weten te liggen, maar aangeduid worden met een soortnaam. Een lijstje:

  1. De Graafschap
  2. De Meijerij
  3. De Baronie
  4. Het Markizaat

woensdag 13 maart 2024

verwarrend buitenland

 

Maandagmiddag discussieerden we in Wageningen over de door hen geformuleerde dilemma's. We hebben een visie en strategie nodig zo stelde het NAJK, geen dilemma's. In ons discussiezaaltje trad nogal wat verwarring op rond wat ons te doen staat in de transitie van het voedselsysteem en wat er in de EU moet (en waarom je dan hier maar niets zou moeten doen). Ik denk dat het in drie zaken uiteen te rafelen is:

  • * wij willen hier natuur of schoon water of minder CO2 uitstoot en dat leidt tot minder productie / export. In die afweging hoef je geen rekening te houden met het feit dat er dan in Frankrijk of Nieuw-Zeeland meer geproduceerd wordt, mogelijk met meer emissie. Want die landen maken wel hun eigen afweging of ze hun CO2 budget aan meer melk willen besteden. Misschien willen ze in Nigeria wel wat meer emissie in ruil voor de welvaart. (en veel milieueffecten kun je oplossen door te spreiden, zodat effect daar wellicht niet zo hoog is)  Is dus niet nodig om op EU besluiten rond level playing field te wachten. Die zijn er overigens al in KRW etc.
  • als je je zorgen maakt over de voetafdruk van ons systeem in het buitenland (en dus de afwegingen die daar gemaakt worden voor hun export naar ons), dan moet je vooral de consumptie  aanpakken. Ons voedsel wordt veelal geïmporteerd.  Kun je nationaal mee beginnen maar ook internationaal. En gebruik van inputs in landbouw uit de problematische regio's regelen als je vindt dat de lokale overheid de verkeerde keuzes maakt en wij een zorgplicht hebben.
  • los daarvan moet je ook opvattingen hebben voor Europese besluiten rond bv. voedselzekerheid, genetische veredeling, GLB etc. 

Het leek me dat het allemaal nog al door elkaar werd gehusseld. 

dinsdag 12 maart 2024

FD commentaar

 Het FD had ook nog een aardig commentaar naar aanleiding van hun verhaal over subsidies in de landbouw. Ik kreeg het gisteren toegestuurd door de auteur omdat hij ook gebruik gemaakt had van mijn input voor het artikel, maar commentaren gaan zonder bronvermelding. Toch aardig. 

donderdag 7 maart 2024

In FD

In het Financieel Dagblad van vandaag heeft een artikel over subsidies aan de landbouw tegen het licht van de Europese boerenprotesten. De economen uit binnen en buitenland, waaronder ikzelf. lijken het aardig eens over de rol van subsidies op de landbouwstructuur en wat er moet gebeuren via verschuiving richting eco-systeemdiensten en inkomen gebonden steun. Voor FD lezersL: hier is de link. 

donderdag 29 februari 2024

Goed gefundeerd

 Het was een eer en genoegen afgelopen half jaar deel uit te maken van de Rli commissie die het advies over de nationale aanpak voor de funderingsproblematiek opstelde. Vanmiddag werd het aangeboden aan de ministers De Jonge en Harbers (Van der Wal was verhinderd). Hier het advies. 

dinsdag 27 februari 2024

Landbouw in Limburg

 Deze week 95 jaar geleden verscheen er in de Veldbode ook een aardig artikel over de landbouw in Zuid-Limburg.  Daar waren veel boomgaard-weiland combinaties: onder de hoogstambomen met hun grote kruinen liep vee. In de jaren twintig werden die gronden in toenemende mate verpacht waarbij de fruitooogst voor de verpachter bleef. Volgens sommigen was dat een 'gerafffineerd middel om de zakken der landeigenaren te spekken'.  'Bloedzuigenden woeker' ten opzichte van de argeloze pachters, die bij wet verboden zou moeten zijn en het zou leiden tot te weinig bemesting. Aangezien meer dan de helft van de grond in dit landsdeel werd verpacht, was dit iets om je zorgen over te maken. 

Ook was er veel discussie over de melkverwerking. Er werden alom fabriekjes opgericht, maar het kwam maar matig van de grond. Sittard, Maastricht en Beek hadden fabrieken met een behoorlijke omzet, maar vooral kleinere bedrijven waar veel arbeid over was gaven er de voorkeur aan de melk zelf te verwerken. Dat won zelfs aan populariteit toen elektriciteit beschikbaar kwam: Voor ontromen van 100 liter melk en karnen van 60 pond boter moest een 'krachtige arbeider' 2 a 3 uur staan draaien. Met een electromotor kostte dat maar enkele centen. De afzet van de kaas en boter ging deels via handelaren, maar ook de weekmarkten in de mijnstreek waren aantrekkelijk omdat de boerin dan door eigen verkoop nog wat extra marge kon binnenhalen. 

Rogge, haver, tarwe en aardappelen waren de belangrijkste akkerbouwgewassen. De kg-opbrengsten lagen lager dan in kleistreken. Volgens de auteur speelde een rol dat sommige gemeenteambtenaren, die de opgave moesten doen voor de oogstraming, er niet van overtuigd waren dat de cijfers geen rol spelen in de vaststelling van de inkomstenbelasting en bleven daarom aan de voorzichtige kant.  De auteur van het stuk vroeg zich wel af waarom de vrees voor de fiscus in Limburg sterker was dan elders. De auteur neigde er toe de boer toch de schuld te geven: gebrek aan onderwijs. Er waren gemeenten waar nog nooit een landbouwcursus was gegeven. Er werden veel fouten gemaakt met het toepassen van kunstmest. Overigens was het aantal landbouwwintercursussen wel toegenomen sinds 1913. Ook de structuur met heel veel kleine bedrijfjes hielp volgens de auteur niet. 

Er waren tal van rotaties met veel granen en ook klaver. Die granen waren niet bevorderlijk voor de onkruidbestrijding en zeker wintergranen niet, dan groeide er ook veel grassen in (zoals duist dat in Limburg gewoon gras werd genoemd, maar ook kweek). Er zou dan ook meer op rijen moeten worden gezaaid volgens de auteur. Haver was het slechtst renderende graan, het werd steeds vaker door voederbieten vervangen. 

Er werd niet alleen in najaar geploegd maar ook in voorjaar vanwege onkruidbestrijding. Voor voederbieten wel 3 tot 5 keer.  De Roermondse auteur D.S. Huizinga was kritisch op zijn Limburgse landbouw. In zijn ogen lag het 25 jaar achter op de kleistreken. 


zondag 25 februari 2024

de rode ster appel

Het was geen communistisch ras, dat rode ster appeltje, maar een al een heel lang in ons land geteeld hoogstam appelras waar sommigen lyrisch over konden doen.  Wij hadden vroeger ooit zo'n boom. In de Veldbode van januari 1928 kwam ik een mooi artikel tegen van tuinbouwredacteur H. de Greeff die het appelras duidelijk een goed hart toe droeg.

De appel (in Limburg ook rode reinet genoemd) was teelttechnisch niet de beste: de boom gaf pas na 8 a 10  jaar vruchten en die zaten ook nog erg los aan de boom zodat ze gemakkelijk vielen, wat nog geen groot probleem is als de ondergrond niet te hard is en er dagelijks wordt geraapt. Maar marketingtechnisch (een woord dat toen nog niet bedacht was) waren er wel voordelen: alle appels mooi kogelrond en gelijkmatig rood. Volgens de auteur verkopen ze zichzelf en denken veel mensen dat het een buitenlands appeltje is, zo mooi, Hij  ook vrij hard en stevig en liet zich dan ook goed verpakken voor verzending. Ook bewaren gaat prima: hij is lekker van november tot eind februari. Daarbij leiden kneuzingen niet tot rotte plekken maar worden kurkachtig en steken dus niet de partij aan. De smaak is beter dan van amerikaanse of australische maar legt het helaas toch wat af tegen de goudreinet, zo stelt het stuk. 

De wiki leert dat het ras rond 1830 is ontstaan en dat ze nog steeds te koop zijn.  Ook als boom.

donderdag 22 februari 2024

Okki 70

 
De NRC besteedt vandaag aandacht aan het jeugdblad Okki, dat 70 jaar bestaat (en al langer, ze tellen vanaf het moment van reguliere uitgave). Het richt zich op 6-8 jarigen die net kunnen gaan lezen en de wereld op die manier ontdekken. Belangrijk dus.

Maar dat ik hier hier docummenteer is voor het lijstje namen van merken waarvan je niet wist dat het een afkorting was. Okki stond ooit voor Onze Kleine Katholieke Illustratie en begon dus als bijlage van de KI.- een gezinsblad dat al lang niet meer bestaat. 

woensdag 21 februari 2024

representativiteit der boekhoudciijfers

In 1928 publiceerden diverse coöperatieve boekhoudkantoren in de Veldbode de resultaten van bedrijven in het voorgaande jaar. Soms groepen van bedrijven, soms ook individuele bedrijven (natuurlijk niet herkenbaar), Die bureaux bestonden nog niet zo lang, en wat ik me nooit gerealiseerd had: er was ook de nodige disucssie over de representativiteit van die cijfers, die niet best waren.

Je kon namelijk ook kiezen voor een aanslag door de inspecteur. Het wisselende karakter van die aanslagen was aanleiding voor de oprichting van de boekhoudkantoren, maar sommigen achten het aannemelijk dat de beste bedrijven wel tevreden waren met een forfaitaire aanslag, en vooral de slechte bedrijven tot het reele stelsel zouden overgaan en de boekhouder inhuren. Voor hen gold immers dat de "normen" (zoals de Veldbode het schreef) al snel te hoog waren. 

Anderen wilden dit niet op voorhand ontkennen maar wezen op de verrassend grote spreiding in de resultaten van de bedrijven, zodat er toch ook goede tussen zaten en zelfs bij een onderschatting van het gemiddelde de situatie toch ernstig was. Een essayist pleitte dan ook voor minimumlonen voor boeren, nu dat in veel landen ook voor (landbouw)arbeiders werd bepleit. 

De Veldbode: 28.3.1928