dinsdag 16 maart 2021

Margarine

 In juli 1879 werd de N.V. Middelburgse Kunstboterfabriek opgericht. Ik las het in een oud nummer van de Wete, het blad van de Heemkundige kring Walcheren. In het nummer van april 2002 beschrijft A.F. Franken de geschiedenis van de Middelburgse margarine-industrie. in een artikel "The Middelburg Margarine Works".  Het artikel is overigens in het Nederlands, maar de fabriek, die in 1896 van de aandeelhouders werd overgenomen door zijn directeur M. Proos en van naam veranderde (in NV Margarinefabriek M. Proos), exporteerde veel naar Engeland onder de naam Middelburg Margarine Works. 

Het artikel bevat ook een mooie samenvatting van de geschiedenis van de margarine. Die begon met de opkomst van de scheikunde in de 19e eeuw. Vermoedelijk in 1866 gaf de Franse keizer Napoleon III opdracht aan de chemicus Hippolyte Mège-Mourès om een product te maken dat boter kon vervangen. De Franse marine had namelijk behoefte aan iets dat goedkoper en vooral langer houdbaar was. Ook de arbeiders in de Franse steden konden een goedkoop surrogaat voedingsvet wel gebruiken. De boterprijzen waren in voorgaande jaren namelijk nogal gestegen. De chemiker ging aan het werk en ontwikkelde een kunstboter die zoveel mogelijk op het origineel leek qua smaak, smeerbaarheid en bakkwaliteit. In 1869 werd er in Frankrijk en Engeland een octrooi aan toegekend. 

Kunstboter werd het genoemd, tot de landbouwlobby zich daar tegen verzette. Overigens was het gewoon een landbouwproduct. Belangrijkste grondstof was beweerkt rundervet, dat oleomargarine werd genoemd. Er werd melk, slechte boter en een beetje plantaardige olie aan toegevoegd. 

In hetzelfde jaar dat Mège-Mourès zijn octrooien verkreeg, schafte Nederland de octrooiwetgeving af. Uitvindingen waren dus niet beschermd en dat leidde tot een explosie van kunstboter-fabriekjes. Copyright was ook hier dus ooit the right to copy. De eerste kunstboterfabriek was van een boterhandelaar in Oss, A. Jurgens, die overigens wel betaald heeft voor de kennis over het procedé, zo meldt mijn bron. Al in 1871 richtte hij zijn fabriek in. Hij kreeg ter plaatse felle concurrentie van Van den Bergh maar in 1930 zouden ze fuseren tot de Margarine Unie in Rotterdam. Niet veel later volgde de fusie met de Engelse zeepfabrikant Lever Brothers en de multinational Unilever was geboren.

Maar voor het zover was stortte ondernemend Nederland zich, niet gehinderd door de octrooiwetgeving, op de margarineproductie. Wat zeer hielp was dat er vanaf 1877 heel veel oleomargarine in Rotterdam werd aangevoerd vanuit de Verenigde Staten. Fabrikanten hoefden maar naar Rotterdam te reizen om op de vrije markt 'oleo' te kopen. Waren er in 1878 nog maar 14 margarinefabrieken in dit land, twee jaar later waren er al 68. De meeste van deze start-ups verdwenen naar verloop van tijd weer, maar in 1910 waren er altijd nog 28. Inclusief de Middelburg Margarine Works, zoals hun kantoor in Londen zich profileerde. 

Ik noteer nog wat literatuur om hier eens verder in te duiken:

B. van Eysselsteyn: De geschiedenis van de margarine, Rotterdam 1957

J.H. van Stuijvenberg: Honderd jaar margarine, 1869-1969, D's-Gravenhage 1969

N.H.W. Verbeek: Margarine, in Geschiedenis van de techniek in Nederland, de wording van een moderne samenleving 18 - 1890 deel 1 Zutphen 1992


Geen opmerkingen: