zondag 24 oktober 2021

Marktkundige inzichten

 In plaats van hier een stukje te schrijven, deed ik dat vanochtend op Foodlog. Daar was nl. een hele discussie uitgebroken over de verschillende opvattingen inzake de werking van de keten en de rol van LTO resp. FDF. Zie aldaar. 

Een stukje van een bijdrage leg ik ook hier vast als appetizer. Omdat het misschien nog eens te herebruiken is. 

Economen leren studenten dat een prijs tot stand komt met vraag en aanbod, veelal veel vragers, veel aanbieders met een standaardproduct. Bekendste voorbeeld: de groenteveiling van komkommers of witte kool. Ga kijken in Broek op Langedijk.
Het model dwingt aanbieders (die tegen elkaar worden uitgespeeld) en vragers (idem) tot efficiency in de productie resp. retail. Die efficiency komt deels uit innovatie en deels uit schaalgrootte (en innovatie in arbeidsproductiviteit leidt vaak tot schaalvergroting).

Wat we er vaak niet bij vertellen is dat wie een been buiten de school of universiteit zet, zal zien dat dit model zelden voorkomt of althans niet het dominante is - het is vooral handige theorie. Er zijn allerlei andere archtypes. Zoals de integratie die we kennen in de kalverhouderij en de Amerikaanse intensieve veehouderij. In de textiel noemen ze dat een putting out system: de ketenregisseur zorgt voor kalf, voer, afzet, de boer heeft een contract dat zijn arbeid en vaste kosten vergoed met een prikkel voor efficiency en kwaliteit. Die boer is net zo goed ondernemer dan de man die zo'n contract heeft voor 3 Starbucks-koffieshops als franchiser.

Een van de marktkunde-modellen die tussen die twee uitersten inzit is die van de relationele-samenwerking. Daarbij is de markt niet een onderhandeling over de prijs als zero-sum gain (Jumbo 3 cent marge inleveren, boeren 3 cent erbij), maar een samenwerking om te zien of je samen de waarde met 3 cent kunt vergroten.

In een lezing bij LTO over dit onderwerp gaf ik het volgende voorbeeld: als je dus leest dat de topman van Danone naar net-zero wil in klimaat, dan bel je hem op en vraag je hem langs te komen als hij toch weer naar dochter Nutricia in Zoetermeer komt. En je ontwikkelt voor het Groene Hart een bedrijfssysteem met een hoger waterpeil, minder ammoniak, methaan en CO2 uitstoot, meer biodiversiteit en maakt hem daar lekker mee. Zodra dat idee staat reken je samen uit dat dit pakweg 8 cent duurdere melk betekent, wat op de ziekenhuiszuivel van Nutricia met hun marketingkracht hopelijk te verkopen is, en maakt een deal voor een dubbeltje.

Dat is een model van dedicated supply lines wat je in andere industrieën wel ziet: omdat Airbus niet alles van motoren kan weten, laten ze dat aan Rolls Royce over en bouwen samen een nieuw type vliegtuig.
Of in termen van transitie: toen na het RSV schandaal de scheepsbouw vertrok uit NL verdween er een bedrijfstak naar Korea, zo leek het. Ik weet niet hoe het nu is maar voor de 2009 financiële crisis bouwde Nederland meer schepen met meer medewerkers en met een hogere toegevoegde waarde dan in de gouden tijd van de grootschalige scheepswerven. We hebben ons gespecialiseerd in speciaalbouw van defensieschepen, coast guard en visserijschepen en voor grote jachten met gouden kranen en helikopterplatformen voor rijke ICTers en Arabieren. Niet omdat we zo goedkoop zijn in casco's (dat doen ze Korea) maar omdat we (soms rare) wensen van klanten kunnen vertalen in een mooi product. En goed zijn in ontwerpen van nieuwe systemen.

Geen opmerkingen: