In de tijd van Marx met alle ellende in de arbeidersghetto's (waar mensen deels graag naar toegingen omdat het op het platteland nog beroerder was, dat zien de Marxisten vaak over het hoofd), had die theorie natuurlijk grote politieke betekenis. De arbeidersklasse organiseerde zich rond de fabriek en er waren belangrijke sociale processen rond scholing, verbetering van de leefomstandigheden en andere collectieve acties.
Mason besteedt dus ook een hoofdstuk aan de geschiedenis van de arbeidersbeweging. Boeiend, hoewel ik het perspectief niet echt deel. Het kapitalisme zou vooral gebaseerd zijn op macht en exploitatie en keer op keer uit zijn op het met opzet vernietigen van bewegingen waarin de arbeiders naar meer controle grijpen omdat ze zich van managers en kapitalisten willen ontdoen. En ook om die reden door bv de Nazi's vernietigd zijn. En het neo-liberalisme zou om die reden geïntroduceerd zijn. Gaat me wat erg ver en ik betwijfel of monopolies van mijnwerkersvakbonden zoveel beter zijn. Maar voor Mason staan ze voor solidariteit en interne democratie en het is de arbeider die collegiaal zijn werk organiseert. Het kapitalisme zou zich in zijn ogen moeten terugtrekken terwijl het steeds verder het private leven in dreigt te werken.
Praktisch gesproken is het de vraag of de tennisvereniging met bardienst altijd de beste oplossing is en zo democratisch en all-inclusive, of dat mensen toch liever een baantje huren bij een kapitalistische onderneming met een helder contract.
Enfin Mason heeft deze analyses blijkbaar nodig om in deel 3 te gaan beargumenteren dat er door de ICT met zijn marginale kosten van nul (waardoor het prijsmechanisme van het kapitalisme niet meer zou werken) een einde komt aan het kapitalisme. En ook door de samenwerking tussen gelijkgestemden: de encyclopedie markt is verdwenen omdat een groep mensen het gratis is gaan doen in de Wikipedia.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten