Het blad ziet 3 trends: om te beginnen twee tegengestelde consumenten eisen waar de machtige Britse retail zeer sterk op stuurt: meer waar voor je geld (lagere prijzen dus) en maatschappelijk verantwoord (CSR). De derde zijn lokale omstandigheden in Kenia. met 3,2 miljard US$ omzet en 4.5 miljoen directe banen beginnen grond en arbeid duur te worden en ontstaan er inderdaad ook allerlei milieu-effecten op beschikbaarheid van water en migratieproblemen. Waarbij overigens het debat bij de consument doorgaat of je nu duurzamere bloemen uit het Westland of uit Kenia haalt.
Dat brengt allemaal inkomen, zodanig dat het ook een middenklasse in Afrika helpt ontstaan. Maar de keerzijde is dat deze integraties de traditionele onafhankelijke tuinders ("many of them white and sharp-eyed middlemen, many of them Indians") er uit concurreren. Precies overigens wat je in theorie mag verwachten van deze aandacht voor andere zaken in de transactie dan prijs en volume.
Het leidt ook tot veel innovatie, omdat die grotere integraties daar tijd, geld en management voor vrij kunnen maken (die blijkbaar ontbrak bij de kleinere bedrijven of de overheids-onderzoeksstructuur daar omheen), waarmee de CSR doelstellingen en lagere kostprijzen tegelijkertijd worden gerealiseerd.
En daarmee leidt de hele aandacht voor CSR tot twee ongemakkelijke waarheden, zo concludeert The Economist: ter linkerzijde is men verward omdat de beweging naar CSR leidt tot machtige agri-business concerns ten koste van het gezinsbedrijf. En aan de rechterzijde is men verward dat de CSR eisen leiden tot meer innovatie en hogere productiviteit tegelijk (de verklaring is natuurlijk dat je er meer management instopt, maar dat is nu eenmaal slecht meetbaar).
The Economist: Flower Power, Schumpeter column, 5..4.2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten