weblog over de toekomst van de Nederlandse landbouw en het platteland. Gemotiveerd vanuit het werk als econoom, de nevenfuncties als bestuurder en de woonomgeving van de moderator, maar als persoonlijke stellingname geheel buiten de verantwoordelijkheid van mijn werkgevers - zoals het hoort bij een weblog.
Pagina's
▼
zondag 30 juni 2019
som der delen
De RLI verkenning Som der delen over het samegaan van transities kreeg afgelopen week weer de nodige aandacht. Woensdag mocht ik het presenteren bij de SER en gisteren was ik in Dreischor, bij de ZPG - altijd weer genoeglijk. Leverde ook nog een bezoek op aan het streekmuseum. Zeer de moeite waard, In komende blogs wat fotootjes.
zaterdag 29 juni 2019
WTO Geneve
Afgelopen dagen was ik in een tropisch Geneve. Bij de WTO was er een seminar over handel en beleid in een wereld van voedselsystemen. Mijn presentatie staat online.
( het fotootje hiernaast maakte ik ooit in Zurich, het was te warm voor een foto-excursie door Geneve)
( het fotootje hiernaast maakte ik ooit in Zurich, het was te warm voor een foto-excursie door Geneve)
donderdag 27 juni 2019
blog economie en kringloop
Eerder deze week verscheen een blog van Petra Berkhout en mijzelf over de harde economische wetten waarbinnen we kringlooplandbouw zullen moeten vormgeven. Leverde veel bijval op de sociale media op. Voor wie het nog zoekt: alhier.
zondag 23 juni 2019
Historie van Holland
Zuidholland beschikt over een cultuurhistorische atlas, zo werd me vrijdag in de PAL gewaar. Er is heel wat beeldbepalend erfgoed. Deels van voor 1500.
Op dat moment (1500) was de delta grotendeels natuurlijk. Zij het dat er al heel wat is ingepolderd en bedijkt. De Romeinen hielden zich hier bij het begin van de jaartelling al bezig met ontwateren. Maar vanaf de 12e eeuw komt er onder leiding van klooster vaart in. Dat leidde al gauw tot kleinschalige polderbesturen en streekwaterschappen. Vanaf de 13e eeuw worden dat grotere verbanden, nodig door de inklinking van de grond. Hoogheemraadschap Rijnland wordt voor het eerste genoemd in 1255. Schieland in 1273. Delfland 1289.
Men gebruikte sluisjes maar ook hoosvaten, handmolens, en tredmolens of paardenmolens. In 1408 wordt de eerste watermolen op windkracht in Holland gemeld. Bij Alkmaar, nog hetzelfde jaar gevolgd door een in Zoeterwoude op kasteel Cronestein, eigendom van Floris van Alkemade, die ook mede-eigenaar van de molen in Alkmaar was.
Dordt kreeg in 1220 stadsrechten van de Hollandse graaf Willem 1 en in 1299 stapelrecht. Vele andere steden zouden in de late Middeleeuwen volgen. Waar rond 1300 Holland nog erg achterliep op Vlaanderen als het om het aantal steden gaat, in 1500 kende dit gebied de hoogste stedendichtheid van Europa.
Uit: Beeldbepalend erfgoed Zuid-Holland, provincie Zuid-Holland, 2017
Op dat moment (1500) was de delta grotendeels natuurlijk. Zij het dat er al heel wat is ingepolderd en bedijkt. De Romeinen hielden zich hier bij het begin van de jaartelling al bezig met ontwateren. Maar vanaf de 12e eeuw komt er onder leiding van klooster vaart in. Dat leidde al gauw tot kleinschalige polderbesturen en streekwaterschappen. Vanaf de 13e eeuw worden dat grotere verbanden, nodig door de inklinking van de grond. Hoogheemraadschap Rijnland wordt voor het eerste genoemd in 1255. Schieland in 1273. Delfland 1289.
Men gebruikte sluisjes maar ook hoosvaten, handmolens, en tredmolens of paardenmolens. In 1408 wordt de eerste watermolen op windkracht in Holland gemeld. Bij Alkmaar, nog hetzelfde jaar gevolgd door een in Zoeterwoude op kasteel Cronestein, eigendom van Floris van Alkemade, die ook mede-eigenaar van de molen in Alkmaar was.
Dordt kreeg in 1220 stadsrechten van de Hollandse graaf Willem 1 en in 1299 stapelrecht. Vele andere steden zouden in de late Middeleeuwen volgen. Waar rond 1300 Holland nog erg achterliep op Vlaanderen als het om het aantal steden gaat, in 1500 kende dit gebied de hoogste stedendichtheid van Europa.
Uit: Beeldbepalend erfgoed Zuid-Holland, provincie Zuid-Holland, 2017
zondag 16 juni 2019
Bliksem
In de loop van de week weer onweer. In mijn jeugdjaren eens meegemaakt dat een koe dat niet overleefde en dat je soms nog tijden een plek in het land zag waar niets wilde groeien door inslag. Karel Knip behandelt het fenomeen in zijn rubriek dit weekend in de NRC. Boeiendste onderzoek dat hij citeert is van een Vlaamse veearts. Die rapporteerde in de Veterinary Journal (2015) dat boeren in 15 jaar tijd 400 dode koeien hadden opgegeven maar daarmee de verzekering tilden, het werkelijke aantal was maar 200. Ze stopten soms nog wat voer in de bek, dat is een van de kenmerken van een door bliksem omgekomen dier: het leven stopt acuut. Overigens komt de schrijvende veearts niet veel verder met zijn controle-strategie dan kijken of het wel echt geonweerd heeft.
Ook interessant is gerapporteerd onderzoek dat er veel minder doden door bliksem binnen in huizen e.d. vallen dan 100 jaar geleden. Niet alleen omdat er nu meer mensen in de stad wonen maar ook omdat plattelandshuizen minder kwetsbaar zijn: door alle nutsvoorzieningen (water, gas, elektriciteit) zijn huizen geaard.
Ga bij onweer dus niet schuilen in een hut of boerenschuurtje. En niet onder solitaire bomen of bij metalen afrastering. Hurken op het land, voeten dicht bij elkaar of in een auto met vast dak. En vooral: vooraf op buienradar kijken - hadden ze 100 jaar geleden ook niet.
Ook interessant is gerapporteerd onderzoek dat er veel minder doden door bliksem binnen in huizen e.d. vallen dan 100 jaar geleden. Niet alleen omdat er nu meer mensen in de stad wonen maar ook omdat plattelandshuizen minder kwetsbaar zijn: door alle nutsvoorzieningen (water, gas, elektriciteit) zijn huizen geaard.
Ga bij onweer dus niet schuilen in een hut of boerenschuurtje. En niet onder solitaire bomen of bij metalen afrastering. Hurken op het land, voeten dicht bij elkaar of in een auto met vast dak. En vooral: vooraf op buienradar kijken - hadden ze 100 jaar geleden ook niet.
vrijdag 14 juni 2019
lijstje: neolitische landbouwregi's
Mazoyer en Routard noemen in hun History of World Agriculture 4 regio's waar in het Neolitische tijdperk (de late steentijd, zo'n 10.000 jaar geleden bij opwarming van de aarde) landbouw is ontstaan en van daaruit verspreid. En twee regio's op nummer 5 en 6 waar wel landbouw is ontstaan maar geen kolonisatie van grotere gebieden heeft plaats gevonden:
- het Midden-Oosten
- Centraal Amerika (Zuid Mexico)
- China (Lossgebeid bij de Gele Rivier)
- Nieuw Guinea
- Zuid-Amerika (Ecuador/Peru)
- Noord Amerika (middel-Mississipi)
donderdag 13 juni 2019
de geschiedenis van landbouw
Mijn volgende boek (we gaan naar de zomer) is A history of world agriculture, van Marcel Mazoyer en Laurance Roudart. Een frans standaardwerk uit de jaren 90, ik lees de Engelse editie uit 2006. Hun beleidsaanbeveling uit de intro (stop met vrije wereldhandel, doe dat alleen in regio's zoals West-Europa, Oost-Europa etc) lijkt me (alleen al met dit voorbeeld) onhaalbaar en ook niet erg gewenst. Maar die intro lijkt vooral bedoeld om ons via de actualiteit in geschiedenis te doen interesseren.
Enfin, het eerste hoofdstuk is alleen al boeiend en voor een niet-landbouwkundige erg handig. Het legt uit waar grond (soil) vandaan komt (slijten van rotsen, organisch materiaal te beginnen met mossen e.d. dat daar op groeit en fixatie van stikstof). En omschrijft (relaties tussen de) begrippen als ecosfeer, ecosysteem, biotoop en populatie, Aanbevolen dus, en morgen een lijstje.
Enfin, het eerste hoofdstuk is alleen al boeiend en voor een niet-landbouwkundige erg handig. Het legt uit waar grond (soil) vandaan komt (slijten van rotsen, organisch materiaal te beginnen met mossen e.d. dat daar op groeit en fixatie van stikstof). En omschrijft (relaties tussen de) begrippen als ecosfeer, ecosysteem, biotoop en populatie, Aanbevolen dus, en morgen een lijstje.
woensdag 12 juni 2019
consument en data
Als consument zou je toch op een wat onafhankelijke manier je data willen beheren en je gegevens over voeding, lifestyle en gezondheid willen koppelen. En inzetten om gezamenlijk onderzoek te doen. Vanmiddag spraken we er over. Zou zo;n platform te realiseren zijn. Wie doet er mee in een pps?
Hier de presentatie.
Hier de presentatie.
maandag 10 juni 2019
Zware industrie
Eerder dit jaar signaleerde ik het boek van Michel Houellebecq: Serotonine. Op basis van een recensie van de NRC. Inmiddels heb ik het gelezen, ondanks het feit dat na een politiek relletje vanwege een recensie van het werk van de auteur door de FvD voorman, het boek als boreaal moet worden weggezet.
Het is ook niet mijn wereldbeeld, maar het is knap geschreven. Dat geldt in ieder geval ook voor de passages uit het leven van de ambtenaar ik-persoon over zijn werk voor met Ministerie van landbouw in Parijs. Hij houdt zich eerst bezig met marketing van een Normandisch streekkaasje aan D-Day toeristen, maar schuift dan op naar lobbyen in Brussel omdat daar de macht ligt.
De apocalyps gaat naar een hoogtepunt bij een goed opgeleide grootgrondbezitter die toch met zijn honderden koeien niet rond kan komen. De ik-persoon legt deze bevriende boer nog eens uit dat er een sterke structurele ontwikkeling in de landbouw plaats vindt en er nog veel bedrijven zullen verdwijnen. Dat draagt overigens eerder bij aan de ondergang van de boer en de ik-figuur dan dat het goed doet (pagina 213): "Af en toe wordt er een fabriek gesloten en een productie-eenheid naar het buitenland verplaatste, laten we zeggen dat er zeventig arbeiders worden ontslagen, dan krijg je een rapportage op BFM, er is een stakingswacht, ze steken autobanden in brand, er zijn een paar plaatselijke politici die in beweging komen, nou ja het levert een actueel onderwerp op, een interessant onderwerp, met krachtige visuele haakjes, de metaalindustrie of de ondergoedindustrie dat is echt andere koek, daar kun je helden aan ophangen. Maar hier, nou ja, hier heb je honderden boeren die het bijltje er bij neergooien. [..] Of die een kogel door hun kop jagen, beaamde ik. Het aantal boeren is in Frankrijk de laatste vijftig jaar drastisch gedaald, maar het is nog niet genoeg gedaald. Het moet nog met de helft of tweederde omlaag om op Europees standaard niveau te komen, het standaardniveau van Denemarken en Nederland - nou ja, ik zeg dat omdat we het over melkproducten hebben, voor fruit zou het Marokko of Spanje zijn.. Nu zijn er iets meer dan zestigduizend melkveehouders; over vijftien jaar zijn er volgens mij nog twintigduizend over. Kortom, wat er op dit moment met de Franse landbouwsector gebeurt is een gigantisch sociaal plan, het allergrootste sociale plan van deze tijd, maar het is een geheim, een onzichtbaar sociaal plan, waarin mensen individueel verdwijnen, ieder in zijn eigen hoekje, zonder dat het ooit stof oplevert voor een item op BFM.. [...] Als we eenmaal op het Europese standaardniveau zitten hebben we nog steeds niet gewonnen, dan staan we zelfs vlak voor de definitieve nederlaag, omdat we dan pas echt in contact staan met de mondiale markt, en de slag om de mondiale productie niet gaan winnen".
Over dat laatste valt de twisten (wat moet je dan met die grond: bos of extensieve rundvleesproductie waarin de kuddes 1 keer per jaar bij elkaar worden gedreven?) maar verder is de analyse spot on, en ik vrees dat de nodige lezers van het boek zich vervolgens bij de gele hesjes hebben gevoegd. De roman is wat dat betreft helemaal in de tijdgeest.
Mooie constatering ook op pagina 193: "De landbouw is een zware industrie, waarin een fors productiekapitaal wordt geïnvesteerd voor een geringe of afwezige opbrengst".
Het is ook niet mijn wereldbeeld, maar het is knap geschreven. Dat geldt in ieder geval ook voor de passages uit het leven van de ambtenaar ik-persoon over zijn werk voor met Ministerie van landbouw in Parijs. Hij houdt zich eerst bezig met marketing van een Normandisch streekkaasje aan D-Day toeristen, maar schuift dan op naar lobbyen in Brussel omdat daar de macht ligt.
De apocalyps gaat naar een hoogtepunt bij een goed opgeleide grootgrondbezitter die toch met zijn honderden koeien niet rond kan komen. De ik-persoon legt deze bevriende boer nog eens uit dat er een sterke structurele ontwikkeling in de landbouw plaats vindt en er nog veel bedrijven zullen verdwijnen. Dat draagt overigens eerder bij aan de ondergang van de boer en de ik-figuur dan dat het goed doet (pagina 213): "Af en toe wordt er een fabriek gesloten en een productie-eenheid naar het buitenland verplaatste, laten we zeggen dat er zeventig arbeiders worden ontslagen, dan krijg je een rapportage op BFM, er is een stakingswacht, ze steken autobanden in brand, er zijn een paar plaatselijke politici die in beweging komen, nou ja het levert een actueel onderwerp op, een interessant onderwerp, met krachtige visuele haakjes, de metaalindustrie of de ondergoedindustrie dat is echt andere koek, daar kun je helden aan ophangen. Maar hier, nou ja, hier heb je honderden boeren die het bijltje er bij neergooien. [..] Of die een kogel door hun kop jagen, beaamde ik. Het aantal boeren is in Frankrijk de laatste vijftig jaar drastisch gedaald, maar het is nog niet genoeg gedaald. Het moet nog met de helft of tweederde omlaag om op Europees standaard niveau te komen, het standaardniveau van Denemarken en Nederland - nou ja, ik zeg dat omdat we het over melkproducten hebben, voor fruit zou het Marokko of Spanje zijn.. Nu zijn er iets meer dan zestigduizend melkveehouders; over vijftien jaar zijn er volgens mij nog twintigduizend over. Kortom, wat er op dit moment met de Franse landbouwsector gebeurt is een gigantisch sociaal plan, het allergrootste sociale plan van deze tijd, maar het is een geheim, een onzichtbaar sociaal plan, waarin mensen individueel verdwijnen, ieder in zijn eigen hoekje, zonder dat het ooit stof oplevert voor een item op BFM.. [...] Als we eenmaal op het Europese standaardniveau zitten hebben we nog steeds niet gewonnen, dan staan we zelfs vlak voor de definitieve nederlaag, omdat we dan pas echt in contact staan met de mondiale markt, en de slag om de mondiale productie niet gaan winnen".
Over dat laatste valt de twisten (wat moet je dan met die grond: bos of extensieve rundvleesproductie waarin de kuddes 1 keer per jaar bij elkaar worden gedreven?) maar verder is de analyse spot on, en ik vrees dat de nodige lezers van het boek zich vervolgens bij de gele hesjes hebben gevoegd. De roman is wat dat betreft helemaal in de tijdgeest.
Mooie constatering ook op pagina 193: "De landbouw is een zware industrie, waarin een fors productiekapitaal wordt geïnvesteerd voor een geringe of afwezige opbrengst".
zondag 9 juni 2019
pioniers en bruggenbouwers
Bij mijn optreden voor de landbouwraden in Lelystad, afgelopen dinsdag, kreeg ik het boekje Over pioniers en bruggenbouwers. Leuk overzicht van waar landbouwraden in den vreemde zoal mee te maken krijgen en hoe ze bijdragen aan de exportpositie van ons land. Ook leuk vorm gegeven.
vrijdag 7 juni 2019
Mest en Metropolen
Waar houden we de dieren? Als vleestransport goedkoper is dan de veelvoud van graantransport zou je zeggen: daar waar je veevoer teelt. Conform Von Thunen. Maar het agglomoratieeffect van de metropool lijkt sterker. We bediscussieren het in een publicatie die wil bijdragen aan het begrip van kringlooplandbouw: verplaatsen we de vleesproductie of de mest? PPO had de leiding en zorgde voor de publicatie. Zie alhier.
dinsdag 4 juni 2019
presentaties
Afgelopen dagen gaf ik presentaties bij Wageningen Economic Research over het Rli advies inzake GLB en vanochtend bij de landbouwraden, bijeen in Lelystad. Daar probeerde ik een panel over kringlooplandbouw en het verdienmodel van de Nederlandse agrifood leven in te blazen met een presentatie. Beide presentaties staan op slideshare.
maandag 3 juni 2019
Landbouw2050
Hoe ziet de land- en tuinbouw in 2050 eruit? Dat is de titel van een alleraardigst boekje van Patrick Bramer, Jan van Liere en Johan Boonen. Geschreven ter gelegenheid van 30 jaar (Nieuwe) Oogst, en de LTO leden kregen het dan ook bij hun ledenblad toegestuurd. Ik ontving een exemplaar omdat ik een interview gaf (en als gevolg daarvan ook nog ergens in het boek wordt opgevoerd).
Of de land- en tuinbouw er in 2050 uitziet zoals hier gesuggereerd zullen we dan zien, en in ieder geval geeft het een heel goed beeld hoe we nu denken over de transitie en waar we naar toegaan. Historici die in 2050 de geschiedenis van het toekomstdenken in de landbouw willen onderzoeken doen er goed aan dit ter hand te nemen: een prima tijdsbeeld.
Of de land- en tuinbouw er in 2050 uitziet zoals hier gesuggereerd zullen we dan zien, en in ieder geval geeft het een heel goed beeld hoe we nu denken over de transitie en waar we naar toegaan. Historici die in 2050 de geschiedenis van het toekomstdenken in de landbouw willen onderzoeken doen er goed aan dit ter hand te nemen: een prima tijdsbeeld.
zaterdag 1 juni 2019
Quinoa en soda
Andere artikelen uit The Economist van vorige week betreffen quinoa en frisdrank. Quinoa is aan een opmars bezig. Na de hype is de markt overvoerd geraakt, maar nu neemt toch de productie weer toe, o.a. ook in Zuid-Europa. Een van de reden is dat de aanvoer van kleine boeren uit de Andes vaak onregelmatig is, niet alleen in de tijd onvoorspelbaar maar partijen komen ook van teveel boeren die allerlei rassen gebruiken. Dat levert in de voedingsmiddelenindustrie problemen op: die willen homogeniteit voor de voorspelbaarheid van gedrag van het zaad in voedselbereiding.
Wat betreft de frisdrank hebben economen nu de optimale belasting berekend voor de Amerikaanse markt. Een belasting op soda's is regressief: arme mensen kopen twee keer zoveel frisdrank dan de rijkste huishoudens. De kloof tussen gewenste en daadwerkelijke consumptie is dus vooral groot bij het armere deel der bevolking. Het gemiddelde huishouden zou bij perfecte kennis en perfecte zelfbeheersing om korte en lange termijneffecten te wegen een derde minder consumeren. Arme huishoudens de helft minder. Als de prijs elastisch is (wat het geval is) dan is een belasting effectief: de arme mensen gaan er immers qua gezondheid op vooruit en dat weegt op tegen het regressieve effect dat ze armer worden. Zou de prijs inelastisch zijn, dan domineert het regressieve effect en zou je inkomen moeten overhevelen via een subsidie. De onderzoekers berekenen de optimale belasting op 1 a 2 cent per ounce softdrink. Diverse Amerikaanse steden zitten nu op 1 cent. Dat lijkt nog niet zo gek, want als het in de ommelanden niet gebeurt, gaan mensen elders winkelen en is de optimale belasting maar 0.5 cent. Overigens zijn er al ongeveer 40 landen en 7 Amerikaanse steden die een belasting op suikerhoudende dranken hebben, zo meldt het blad.
Wat betreft de frisdrank hebben economen nu de optimale belasting berekend voor de Amerikaanse markt. Een belasting op soda's is regressief: arme mensen kopen twee keer zoveel frisdrank dan de rijkste huishoudens. De kloof tussen gewenste en daadwerkelijke consumptie is dus vooral groot bij het armere deel der bevolking. Het gemiddelde huishouden zou bij perfecte kennis en perfecte zelfbeheersing om korte en lange termijneffecten te wegen een derde minder consumeren. Arme huishoudens de helft minder. Als de prijs elastisch is (wat het geval is) dan is een belasting effectief: de arme mensen gaan er immers qua gezondheid op vooruit en dat weegt op tegen het regressieve effect dat ze armer worden. Zou de prijs inelastisch zijn, dan domineert het regressieve effect en zou je inkomen moeten overhevelen via een subsidie. De onderzoekers berekenen de optimale belasting op 1 a 2 cent per ounce softdrink. Diverse Amerikaanse steden zitten nu op 1 cent. Dat lijkt nog niet zo gek, want als het in de ommelanden niet gebeurt, gaan mensen elders winkelen en is de optimale belasting maar 0.5 cent. Overigens zijn er al ongeveer 40 landen en 7 Amerikaanse steden die een belasting op suikerhoudende dranken hebben, zo meldt het blad.