het andere paper over ketenarrangementen (zie de blog van gisteren) in de ERAE is van Kunte et al. Zij vragen zich af hoe partijen zich gedragen bij contracten tussen bv. groententelers en een verwerker als er de mogelijkheid is van directe onderhandelingen en communicatie. Zorgen langlopende relaties ervoor dat contracten worden nagekomen door de partners en helpt het als partijen zelf kunnen onderhandelen en hun ongenoegen over bepaalde contractvoorwaarden of gedrag kwijt kunnen bij de wederpartij? En wordt de handel hier efficienter van?
Het experimentele spel met studenten wijst uit dat lange termijn relaties helpen. Wie breekt, verliest ook opties voor de toekomst. Maar een eenmalig contact of boerderijbezoek van de fabrikant helpt niet echt, dat wordt al snel gezien als 'cheap talk', de relatie moet wel wat dieper. Als er geen reputatie-effecten zijn dan worden contracten aangeboden met een wat hogere prijs, maar die contracten worden vervolgens gebroken / niet nagekomen. Je krijgt als het ware (mijn voorbeeld) een wat hogere prijs voor je uien, maar er wordt later veel zwaarder getarreerd dan was gesuggereerd. Tot slot constateren de auteurs dat goede relaties in de long run aantrekkelijk zijn voor beide partijen en zich terugbetalen, maar dat ze in het experiment relatief zelden tot stand komen.
En dat betekent dus dat er ruimte is voor een andere opzet. Bijvoorbeeld makkelijke arbitrage of small-claim rechtbanken (ontwikkelingslanden). Ook neutrale kwaliteitsbeoordeling (zie mijn tarra-voorbeeld) kan helpen. En natuurlijk producentenorganisaties tussen de boeren en de fabrikanten in.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten