Nieuwe ontwikkelingen rond de naamgeving van pindakaas - dat buiten de landsgrenzen peanut butter / beurre de cacahuetes of Erdnussbutter heet. Sinds jaar en dag is het verhaal dat de afwijkende naam komt door de strenge regelgeving rond boter en margarine in dit land, waardoor de naam boter na de introductie van pindakaas na WO II hier niet mocht. NRC Next schreef dat in 2007 nog eens op (zie mijn oude blog).
In de NRC van vandaag gaat taalkundige Nicoline van der Sijs voorbij aan dat verhaal. Maar legt uit dat al in 2005 in onderzoek van de kenner van het Surinaams-Nederlands J. van Donselaar is aangetoond dat in onze toenmalige kolonie het woord in 1783 werd gebruikt voor een blokvormige massa gestampte pinda's waarvan plakjes werden afgesneden - wat de samenstelling met kaas logisch maakt. De smeerbare variant kwam pas later (en naar ik aanneem uit de VS).
Een en ander sluit niet uit dat beide verklaringen juist zijn, en dat daardoor de overheid (of productschap?) zo makkelijk een alternatief hadden toen de pindaboter hier werd geintroduceerd.
Weet overigens iemand waar de melige uitdrukking "helaas pindakaas" vandaan komt? Het internet suggereert (jeugd)straattaal.
N.a.v. column Nicoline van der Sijs in de NRC van vandaag, ook getiteld Helaas Pindakaas.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten