Het is augustus, de pruimenoogst zit erop. Waarom of we al die pruimen tot jam en taart verwerken is voor een econoom natuurlijk de vraag, want ik denk niet dat je veel verdient met alle werk. Je kunt vermoedelijk beter een paar uur elders werken en een doos jam bij AH halen. Heb je nog keuze ook.
Maar misschien is het een probaat vakantieklusje tegen stress. "Een klein beetje natuur is al goed tegen stress. Je hoeft geen uitgestrekte wildernis te zien om rustig te worden, een foto (sic!) van een boom is genoeg". Zo lees ik net in een reflectie van Alterra omgevingspycholoog (boeiende specialisatie) Agnes van de Berg in het blad KennisOnLine.
Die natuur hoeft ook niet mooi te zijn. En de duur van het contact maakt ook al niet uit. Maar het liefst half-open met her en der wat bomen en water. Geldt ongeacht waar mensen zelf wonen. Beetje beschutting en veiligheid, maar ook uitzicht en mysterie.
Ontstresst realiseerde ik me dat ruil en handel niet alleen ontstaan als gevolg van specialisatie. Dat leggen wij economen vaak snel uit: als de een beter is in peren en de ander in pruimen, dan is het handig te specialiseren en te ruilen, daar worden ze beide beter van. Maar ook de ondeelbaarheid van de productie lijkt me een reden om te ruilen: ook bij 1 pruimenboom kom je om in de oogst (als het een goed jaar is). Handig als iemand anders dan een perenboom heeft met een vergelijkbaar probleem.
Zie: KennisOnLine, augustus 2009
Maar misschien is het een probaat vakantieklusje tegen stress. "Een klein beetje natuur is al goed tegen stress. Je hoeft geen uitgestrekte wildernis te zien om rustig te worden, een foto (sic!) van een boom is genoeg". Zo lees ik net in een reflectie van Alterra omgevingspycholoog (boeiende specialisatie) Agnes van de Berg in het blad KennisOnLine.
Die natuur hoeft ook niet mooi te zijn. En de duur van het contact maakt ook al niet uit. Maar het liefst half-open met her en der wat bomen en water. Geldt ongeacht waar mensen zelf wonen. Beetje beschutting en veiligheid, maar ook uitzicht en mysterie.
Ontstresst realiseerde ik me dat ruil en handel niet alleen ontstaan als gevolg van specialisatie. Dat leggen wij economen vaak snel uit: als de een beter is in peren en de ander in pruimen, dan is het handig te specialiseren en te ruilen, daar worden ze beide beter van. Maar ook de ondeelbaarheid van de productie lijkt me een reden om te ruilen: ook bij 1 pruimenboom kom je om in de oogst (als het een goed jaar is). Handig als iemand anders dan een perenboom heeft met een vergelijkbaar probleem.
Zie: KennisOnLine, augustus 2009
De huidige wespenplaag maakt het probleem van de ondeelbaarheid al een stuk minder urgent...
BeantwoordenVerwijderen