De aartsvader van de Duitse landbouwwetenschappen, -economie incluis, Albrecht Daniel Thaer (zie mijn blog van gisteren) was een groot voorstander van de zomerstalvoedering, ofwel: de koe de wei uit. Hij voerde daarvoor vier redenen aan, zo wordt uitgelegd in het aan hem gewijde museum in Moglin:- Er gaat dan geen kostbare mest verloren
- Er is minder oppervlakte voedergewas nodig en er kan dus meer worden geproduceerd voor de markt.
- Je kunt de dieren gelijkmatig en dus goed voeren.
- De stal biedt een betere bescherming tegen allerlei ziektes die dieren buiten op doen (de zgn. Weidekrankheiten).
Thaer zag ook wel een nadeel (extra werk), maar dat viel voor hem in het niet bij de voordelen. Voor- en tegenstanders van de koe in de wei doen er dus goed aan deze klassieker te lezen. Vakwerk lijkt me.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten