Pagina's

vrijdag 2 mei 2008

Kanariezaad

De wegbermen staan prachtig in bloei met koolzaad en fluitekruid. En met veel soorten waarvan ik de naam niet ken. Vreemde namen soms ook. Daar kwam ik vorige week achter op de G-pier van Schiphol - zo erg is het al gesteld met de Nederlandse reiziger. Daar heeft men een glazen wand voorzien van tal van plantennamen. Het zal wel kunst zijn, om spanning op te roepen met alle metaal en asfalt waar je op uitkijkt - geen plant te zien.

Wat te denken van namen als Dervil, Dolik, Dravik, Dreps, Duist (kende ik!) en Fioringras. En dat zijn dan allemaal grassen, zo leerde ik uit een boekje getiteld Grassen, dat ik een dezer dagen bij het opruimen van ouder materiaal in handen kreeg.

Grassen die de boer moet herkennen, zo schrijft auteur H. Glas in het boekje, dat ooit in de jaren tachtig werd uitgegeven door Misset en verspreid onder de boeren door bestrijdingsmiddelenfabrikant Zeneca ter promotie van hun middel Fusilade (what's in a name: 'genadeloos voor gras en veilig voor het gewas').

Er zijn ook bekendere namen als Veldbeemd en duidelijke zoals Eekhoorngras (met pluimen als de gelijknamige staart). En dan is er kanariezaad: waarom heet kanariezaad (phalaris canariensis) eigenlijk kanariezaad?

Glas schrijft: "Kanariezaad wordt vaak , naar de soortnaam, kanariegras genoemd. Het is een onbehaarde plant, afkomstig van de Kanarische eilanden. Hieraan heeft het waarschijnlijk zijn naam te danken, maar ook -naar men beweert- omdat het als kanariezaad wordt gebruikt". Hij meldt ook nog dat het veel op vuilstortplaatsen is te vinden, verwilderd uit weggegooid vogeltjeszaad.

Een puzzel dus, heet het zaad naar de vogel die het eet of naar de plaats van herkomst. Daar zal ik wel niet achterkomen (of een van de lezers moet het weten), maar de puzzel is minder groot dan het lijkt, want een betrouwbaar uitziende internetbron over vogels meldt dat de Kanarie is vernoemd naar de Canarische eilanden, waar ze sinds de 15e eeuw vandaan komen. En de op Schiphol bij de charters op de G-pier wel gehoorde uitdrukking "we gaan naar de kanariepieten" is dus een interessante volkse verbastering. Wie kent de Spaanse namen voor het zaad en de vogel, lijken die ook op elkaar?


Literatuur: H. Glas: Grassen, Misset Doetinchem, 1981

3 opmerkingen:

  1. op ons bedrijf hebben we ooit kanariegras geteeld als droogbloemen. Dit mislukte grotendeels door vergelingsvirus. Een Groningse buurman, Homme, bracht ons op het idee om het te dorsen voor het kanariezaad. In Noord-Nederland was het vroeger een normaal gewas.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Interessant, het roept bij mij meteen de vraag op hoeveel kanaries je van een ha kanariezaad kunt voeden gedurende een jaar. Dat omdat er blijkbaar heel wat ha's hebben gestaan. Of misschien werd het toch ook nog ergens anders voor gebruikt...

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Anoniem3:45 p.m.

    In Spanje en Portugal heet het Alpiste en er wordt beweerd dat leite de Alpiste (melk van kanariezaad) verschillende aandoeningen kan genezen... maar dat mag dus niet meer verteld worden...
    Het schijnt veel in Mexico gebruikt te worden als volksremedie, maar alleen dew haarloze soort is veilig voor menselijke consumptie.
    Wim Portugal

    BeantwoordenVerwijderen