Uit het Wageningse kreeg ik een boekje toegestuurd met voorbeelden uit de biobased economy: biologisch afbreekbare potten voor planten, biologisch afbreekbaar bindmateriaal, biologische kiemremmers voor aardappelen uit karwij en nog 6 voorbeelden van biologische producten die chemische producten kunnen vervangen.
Dit soort nuttige toepassingen staat onterecht te veel in de schaduw van de biobrandstoffen (waar veel kritiek op is). De verhalen zijn echter geen succesverhalen die allemaal van een leien dakje lopen. Vaak is het jaren worstelen en de auteurs hebben dan ook zo hun leerervaringen. Hier en daar krijg je wel de indruk dat een goede bedrijfskundige analyse van het business model van die vindingen wel op zijn plaats zou zijn.
En verder verdient het boekje een betere titel. Het heet "Doorbreken van de innovatieparadox". Niet alleen vraagt de lezer zich af of het nu gaat om doorbraken of over het proces van Het doorbreken, maar ook wordt het begrip innovatieparadox niet (goed) uitgelegd. Het wordt alleen in het voorwoord (wie leest er voorwoorden?) genoemd als het probleem dat vindingen na ontwikkeling bij een kennisinstelling in een niemandsland terecht komen en ongebruikt blijven.
Bij mijn weten is de innovatieparadox een europees jargon voor het feit dat we het internationaal gezien in de wetenschap goed doen (gezien citaties, patenten e.d.), maar niet qua innovativiteit in de economie. Dat is de paradox en dat komt wellicht doordat zaken niet worden opgepikt.
Maar al met al dus een inzichtelijke beschrijving dat er allerlei leuke bioplastics zijn: leuk idee toch dat je de violen gewoon met perspotje en al de grond in kunt stoppen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten