Pagina's

zaterdag 29 maart 2008

onheldere wetgeving bedrijfstoeslagen



Politiek en wetgeving zijn niet altijd simpel. De globalisering is lastig voor wetgevers die alleen over de natiestaat gaan, en ook door de welvaart wordt de wereld heterogener zodat het lastiger is om het iedereen naar de zin te maken. Dan is er nog de rol van de media en incident-politiek ligt voor de hand.
Soms is de politiek daar zelf ontevreden over en schrijft een commissie weer regels voor die gehanteerd moeten worden voor nieuwe wetgeving: meer impact-analyse vooraf (leuk voor ons onderzoekers), alleen wetgeving bij gespecificieerde doelen en nog meer rationalisaties die lastig zijn bij het politieke weelen and dealen. Het rapport Dijsselbloem over wat er in ons onderwijs fout zit is een mooie recente illustratie: zakelijker wetgeving gewenst en het past een paar weken later al niet bij het gratis weggeven van schoolboeken.

Ook de mosselkwekers hebben last van onvoldoende heldere wetgeving, die de natuurorganisaties de kans geeft de vangst in de Waddenzee maar eens volledig via de Raad van State te blokkeren, om tot duidelijker beleid te komen, zo lees ik in de krant.

En zelf volg ik uit welbegrepen eigenbelang de situatie rond de eigendom van de rechten op de EU Bedrijfstoeslag. Ik blogde daar al eerder over: voor pachters is onduidelijk of ze volledig eigenaar zijn, of dat de verpachters gelijk hebben dat ze 50% van de waarde opeisen (zoals eerder bij quota). Velen in Europa denken dat het recht van de boeren is (en reageren met ongeloof als ik de Nederlandse situatie uitleg) en eerder schreef Minister Cees Veerman een brief waarin hij stelde dat het aan de onderhandelingstafel zo was afgesproken.

Maar de Nederlandse verpachters, niet in de laatste plaats trouwens ook de overheid in de vorm van het Ministerie van Financien met zijn dienst Domeinen, claimen de helft en Cees Veerman werd door een Nijmeegs jurist terecht gewezen dat de wetgeving voor Nederland (waar de pachtwetgeving een belangrijke positie inneemt, die blijkbaar niet per definitie ondergeschikt is aan ook niet geheel duidelijke EU landbouwwetgeving) dat helemaal niet zo duidelijk maakt. De rechter in Zwolle stelde in een proefproces de verpachters in het gelijk, waarna agrarisch jurist Willem Bruil voorstelde het hof in Luxemburg maar eens te gaan raadplegen.

Inmiddels is de case in hoger beroep in Arnhem, en nu heeft de huidige minister van Landbouw, Gerda Verburg, gemeend de Europese Commissie om advies te vragen. Met hun mening in de hand informeerde ze de Tweede Kamer dat haar voorganger helemaal gelijk had: het is van de boeren. Met als gevolg dat natuurlijk nu de juristen boos zijn. In het Agrarisch Dagblad van afgelopen week maakt jurist en columnist Willem Bruil duidelijk dat de wetgever zijn zaken goed moet regelen en zich niet moet bemoeien met zaken die onder de rechter zijn. Dat is in Montesquieu's Trias Politica een doodzonde. Blijkbaar had het initiatief bij de rechter moeten blijven om de Europese Commissie als getuige op te roepen. En zo blijven de boeren in onzekerheid en mogen we in Brussel blijven uitleggen dat wij het weer eens anders doen dan EU regels beogen. Een soort zelf-gecreerde derogatie.

Het goede is in ieder geval dat het standpunt van de Commissie en de Minister duidelijk en pachtersvriendelijk zijn, en dat komt me wel goed uit.

Op de foto de Dordtse gebroeders De Witt uit de tijd dat politiek en wetgeving ook al niet simpel waren

Geen opmerkingen:

Een reactie posten