Pagina's

vrijdag 13 juli 2007

klimaat voor discussie

De klimaatdiscussie maakt heel wat los. Ik blogde zaterdag bij Live Earth over Al Gore en daar kwam een reactie op waarvan ik hoop dat hij tot verdere discussie leidt.
De hoofdredacteur van het door mij gewaardeerde blad SPIL, A.J. Voortman, is niet overtuigd van het wetenschappelijk bewijs voor de mens als veroorzaker van het veranderend klimaat. En hij ergert zich fors aan het feit dat daar geen open discussie meer over mogelijk zou zijn, gezien zijn rondzend mail:
.
Na de traditionele regendans
De op diverse plaatsen op aarde uitgevoerde regendans is voorbij. Soortgelijke 'happenings', voortkomend uit primitief bijgeloof, hadden in het verleden nooit effect. Bij toevalstreffers was het steevast aanwijsbaar de natuur die een weersomslag had veroorzaakt. Bij dansen en meedeinen tegen klimaatverandering moet het nog een stuk ingewikkelder liggen. Terwijl Al Gore nog in zijn missie blijft geloven en een meerjarig propaganda-offensief voorbereidt, gefinancieerd uit de opbrengsten van de Live Earth concerten, brokkelt - vergeef ons de misschien blasfemisch klinkende beeldspraak - het ijs onder zijn voeten versneld steeds verder af. Misschien tekent een echte omslag in de publieke en de politieke opinies zich pas af zodra een naderende kleine ijstijd enigermate waarneembaar wordt in de dagelijkse ervaringen van samenlevingen. Heel veel langer dan een (uitgezeten) kabinetsperiode hoeft dat niet te duren, al zal het verzet tegen herziening van meningen hardnekkig zijn. Niet in de laatste plaats bij belanghebbende klimatologen, die - met oogkleppen voor? - heel veel hebben geïnvesteerd in onderzoek op basis van een hoogst onwaarschijnlijke smalspoorhypothese: (rampzalige) opwarming van de aarde door de uitstoot van CO2 door toedoen van de mens. Omslag in denken over klimaatverandering tekent zich af Al bij de verschijning van de eerste, politiek gecontamineerde IPCC-rapporten kritiseerden wetenschappers van naam de alarmerende boodschappen. Met kracht van wetenschappelijke argumenten bleven zij de groeiende stroom van publicaties van 'consensus-denkers' bestrijden. Hun kritiek werd doodgezwegen, geweerd uit tijdschriften en rapporten; verdachtmakingen namen meermalen de plaats in van tegenargumenten. Volgzame massa-media verleenden in toenemende mate hand- en spandiensten bij het wegschrijven van de critici, ook wel aangeduid als 'klimaatsceptici'. Wetenschapsjournalisten gingen 'om'. Het taboe dat al geruime tijd rust op het kritiseren van de klimaathype en van het daarop gebaseerde 'klimaatbeleid', is de laatste tijd echter steeds sterker aan erosie onderhevig. Te veel astrofycici, paleobiologen en geologen presenteren onderzoeksresultaten die het welhaast tot dogma verheven idee van 'global warming' door menselijke oorzaken ingrijpend ondergraven. Zelfs de vergelijking met een kaartenhuis dat ineen dreigt te storten, dringt zich op. Aandacht voor de - vooral ook indirecte - effecten van wisselende zonne-activiteit zet het denken van de 'mainstream' over klimaatverandering zwaar onder druk. Voor zover de mensheid zich wil voorbereiden op een klimaatverandering, kan zij - zo luidt de impliciete boodschap - beter rekening houden met de waarschijnlijkheid van een naderende kleine ijstijd. Het aantal critici is lange tijd gebagatelliseerd, zelfs met behulp van vertekende uitkomsten van enquêtes. Heel wat wetenschappers die twijfelden aan het verhaal over globale opwarming van de aarde of het zelfs afwezen, mengden zich inderdaad niet in het debat. Uiteenlopende overwegingen en persoonlijke voorkeuren speelden daarbij een rol. Sommigen wensten in ieder geval niet te worden betrokken in wat zij zagen als een 'partijstrijd' met meermalen onfrisse trekjes. Ook in dit opzicht tekent zich een kentering af. Steeds meer onderzoekers met eigen, de IPCC-doctrine weersprekende inzichten komen 'uit de kast'. Zij presenteren artikelen of spreken zich uit in interviews met journalisten van dagbladen en tijdschriften met een open redactioneel beleid. Kritiek op verwaarlozing van de invloed van de zon in het gangbare klimaatonderzoek is onmiskenbaar een gemeenschappelijke noemer van de bijdragen van deze onderzoekers.
.
Hij wordt op zijn wenken bediend, want de mail van SPIL was nog niet binnen of de NRC meldt in zijn editie van 10 juli dat het wetenschappelijke maandblad Proceedings of the Royal Society A onderzoek heeft gepubliceerd waaruit blijkt dat na 1985 de activiteit van de zon is afgenomen en de opwarming is doorgegaan.
Het is mijn vakgebied niet, maar wetenschappelijke discussie is vrijwel altijd nuttig en de uitkomst van deze discussie is niet zonder belang voor de landbouw in Nederland. Tenslotte levert bv. de veehouderij een duidelijke bijdrage aan de klimaatproblematiek. Deels doet het er ook niet veel toe waarom we water zullen moeten bergen, grond en geld kost het toch. Tenzij er een ijstijd komt natuurlijk.

1 opmerking:

  1. Anoniem11:17 a.m.

    Dhr. Voortman wil toch niet zeggen dat er geen verband is tussen wat mensen doen en wat dat voor gevolgen voor de natuurlijke omgeving heeft?
    Simpel gezegd: je kapt een bos om een huis te bouwen en die te verwarmen. Wat later kom je erachter dat daarmee ook de dieren zijn verdwenen die tot je dagelijks menu hoorden. Dat kan een leek nog begrijpen.
    Wat lastiger te vatten is dat een bos ook zo zijn betekenis heeft voor het klimaat. Maar, op grond van de ervaring opgedaan in het voorbeeld hiervoor, logsich lijkt het voor de leek wel.
    Natuurlijk geloven we dus boodschappen die zeggen dat als je wat weghaalt (een bos bijvoorbeeld) of toevoegt (CO2 bijvoorbeeld), het gevolgen moet hebben voor de natuur en het klimaat. Een leek volgt wat dat betreft zijn 'boerenverstand', ofwel het 'primitieve bijgeloof', zoals Voortman dat noemt.
    Ijn hoeverre hebben we sluitend wetenschappelijk bewijs nodig om te beseffen dat als het laatste koekje uit de koekjestrommel wordt opgegeteten, die trommel leeg is? En welk bewijs is nodig om te weten dat als je niet alleen de natuur zelf haar gang laat gaan, maar massaal kunstmatig meer vuiligheid aan de natuurlijke leefomgeving toevoegt, dat maar in beperkte mate goed gaat? De druppel die de vuilnisemmer doet overlopen?

    BeantwoordenVerwijderen